Francis Pourcel en Micheline Dufert van Chemin des terrils
Alle foto's zijn gemaakt door Vincent Schmitz
Muziek

Twee oude punkers tonen waarom ze het ‘verrotte’ Charleroi zo mooi vinden

In de jaren 70 waren Francis Pourcel en Micheline Dufert succesvolle punkartiesten – nu hebben ze een wandelroute opgezet in ‘de lelijkste stad van Europa’.
VS
Brussels, BE

Toen Francis Pourcel en Micheline Dufert nog jong waren, konden ze harde muziek wel waarderen. Nu ze in de zestig zijn, gaan ze liever een stukje wandelen. Maar dan wel op een plek waar de geur van punk nog een beetje hangt: Pays Noir, een gebied bij Charleroi dat zijn naam dankt aan de steenkool die er te vinden is. De wandelroute die ze daar zelf hebben opgezet heet de Boucle Noire, de zwarte rand.

Advertentie

Wanneer we er afspreken is het koud en waait er een stevige wind. Maar dat weerhoudt Francis en Micheline er niet van om vol trots over Charleroi te vertellen, de stad die ze tien jaar lang in hun muziek lieten terugkomen. In de jaren zeventig experimenteerden ze met Kosmose met sonische geluiden, en daarna verschoven ze met SIC van punk naar cold wave, een variant van darkwave, gothic rock en postpunk uit Frankrijk. Hun muziek werd in 2012 opnieuw uitgebracht door het Amerikaanse label Dark Entries, en onlangs ook door het Belgische Waffles Records.

We ontmoetten het duo vlak buiten de stad van de carolo’s, en spraken ze over hun muziek, wandelpaden en de geest van punk.

VICE: We staan hier nu op een steenberg van Dampremy. Hoe zou je aan mensen die nooit buiten de ring van Brussel komen uitleggen wat dat eigenlijk is, een steenberg?
Micheline Dufert: Het is eigenlijk gewoon een hoop aarde en stenen die voor de mijnbouw in de weg lagen. Om één ton te produceren, moesten ze zeven tot tien ton aarde en stenen verwijderen. Dus het zijn vooral kunstmatige heuvels die veel ruimte in beslag nemen. Aan de weerszijden van de stad zaten eerst twee industriële knooppunten, maar die in het oosten – waar staal werd verwerkt – is nu bijna helemaal verdwenen. Bij die in het westen staan nu drie hoogovens – of eigenlijk vier, maar de vierde is al tien jaar inactief. Veel carolo’s zouden graag willen dat-ie blijft staan, maar hij wordt al ontmanteld.

Advertentie
1579700548412-20191112-DSC035703

Het uitzicht vanop de top van een steenberg.

Waarom zou die hoogoven er moeten blijven?
Micheline: Omdat het de geschiedenis van de stad vertelt. We moeten niet vergeten dat Charleroi met zijn staalindustrie sterk heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van Wallonië en België. We snappen dat niet alles er eeuwig kan blijven staan, maar alleen al het silhouet van zo’n hoogoven is ongelooflijk. Het is iets eigens, iets dat de verbeelding van de stad kan blijven voeden. We wilden lang geen woord horen over het Pays Noir, we moesten naar de toekomst kijken. Maar het Pays Noir bestaat nog altijd, zoals je ziet.

Vinden jullie Pays Noir eigenlijk een goede naam voor deze plek?
Micheline: Op het internet zie je vaak dat Charleroi bijvoorbeeld ‘de verlaten stad’, of ‘lelijkste stad van Europa’ wordt genoemd. Daar moet je ook een beetje mee spelen, door te zeggen dat er wel een eigen identiteit ontstaat en mensen dat vooral maar met hun eigen ogen moeten zien. Het heeft ook een fascinerende, fotogenieke kant. Het roept de vraag op wat hier gebeurd is: hoe kunnen de mensen hier nu zo arm zijn als het in 1900 nog zo’n industriële en economische grootmacht was?

1579700439256-Terril1

Francis en Micheline op de top van een steenberg.

Die identiteit heeft zich vooral in de laatste jaren ontwikkeld.
Micheline: Ja, in de vorm Rockerill bijvoorbeeld. Zij waren misschien wel de eersten die zoiets hadden van: we kopen een oude fabriek en organiseren er muzikale optredens. Dat vonden we fantastisch. Het is helemaal niet interessant om naast oude ruïnes te leven – de steenbergen zijn geen museumstukken. Het is goed als er nieuwe dingen op oude plekken ontstaan, zonder de oude kenmerken verloren te laten gaan.

Advertentie

Francis: Al die steenbergen hier, dat zie je nergens anders. Het vormt de scheidingslijn tussen de industrie en de bewoonde wereld: we zitten er precies tussenin. De bergen waren eerst ook echt zwart. Maar nu die wat groener zijn geworden, heeft het meer weg van een soort natuurpark. Ook de carolo’s herkennen het niet meer terug. Hiervoor zeiden ze altijd: “Het is gevaarlijk, het kan instorten, en er is geen pad om te bewandelen.” Dus toen besloten we een pad aan te leggen, zodat iedereen er makkelijker kan komen. Om verbindingen tussen de bergen te leggen, maar ook tussen de mensen zelf.

“Je kunt in veel dingen punk zijn, zelfs in tuinieren.”

Micheline: Als we hier mensen zagen, vroegen ze altijd wat we hier kwamen doen. Er was niets te zien, zeiden ze. Terwijl het juist zo’n mooi landschap is.

Francis: Als je zo’n steenberg hebt beklommen voelt dat als een beloning. Je bevindt je in een landschap, maar ook in de stad. En het vertelt ook het verhaal van die stad.

1579700677010-20191112-DSC03548

Een deel van het parcours dat Francis en Micheline hebben gecreëerd.

Het blijft wel een beetje onstuimig.
Francis: Zolang je er maar langs kunt vinden wij het prima. Voor bepaalde stukken hebben we samengewerkt met het Maison du tourisme – wat goed is, alleen denken we niet overal hetzelfde over. Zij maken paden die net een snelweg zijn. En wij willen dat het wilde karakter van de steenbergen behouden blijft. Soms zijn de afdalingen wat lastig, en is het wel erg punk, maar we willen de plek ook niet totaal verbouwen. Plekken als de Dirty Corner [een sluikstort die je tijdens de wandeling tegenkomt] heten ook gewoon zo omdat het zo vervallen is.

Advertentie
1579700974124-20191112-DSC03551

Uitzicht vanop de top van een steenberg.

Klinkt wel als een goede naam voor een band, Dirty Corner.
Francis: Toen we nog punk maakten hadden we op een gegeven moment wel een liedje dat Dirty heette.

Zien jullie jezelf nu nog als punkers?
Micheline: We zien er niet echt uit als punkers. Maar we herkennen onszelf nog steeds in de vindingrijkheid van punk. De Amerikaanse punkers maakten ook hun eigen tijdschriften, en kleedden zich in wat ze maar vonden.

Francis: Punk zijn gaat er niet om dat je er op een bepaalde manier uitziet. We hebben nooit aandacht besteed aan ons imago. Je kunt in veel dingen punk zijn, zelfs in tuinieren. Op de steenbergen wilden we geen rechte lijnen of toeristische snelwegen maken. Als er een boom is, dan gaan we er wel gewoon langs. Aan mooie paaltjes en nette borden doen we trouwens niet. We smeren liever wat rode en witte verf op een steen.

Jullie muziek was voor die tijd ook nogal andere koek.
Francis: Ja, Kosmose was vooral voor die tijd erg experimenteel. We zochten naar iets origineels. Ik combineerde de bas bijvoorbeeld met drumstokken en de distortion-pedaal.

Micheline: Je broer had ook een echo-apparaat getweakt, zodat jij ook loops kon maken.

Francis: Hij verwijderde de onderdrukking van de echo door de tape te verlengen, die geloof ik achttien seconden duurde. Daardoor zou het weer terugkomen.

“We noemden het toen nog industriële muziek. Dat heeft dus zeker invloed gehad op onze muziek.”

Advertentie

Wat voor muziekscene was er toen eigenlijk in Charleroi?
Francis: Vooral blues en rock. Vacation, Brain Masturbation, Bloody Fuck, dat soort namen. Een beetje jazz ook. Er gebeurde van alles, er waren lokale groepen, maar ook wat grotere, die gingen dan bijvoorbeeld naar La Ruche.

1579619061311-SIC

SIC in de jaren zeventig: Alain Neffe (bas-synthesizer), Micheline Dufert (zang), Francis Pourcel (gitaar) en Mario Berchicci (drums).

Hoe heeft de stad jullie muziek beïnvloed?
Francis: We namen met Kosmose op aan de rue de Trazegnies, vlak bij het station. Er ging een trein naar Brussel en aan de andere kant een goederentrein naar de fabrieken. En in het midden reed ook nog een tram. Toen wandelden we ook al over de steenbergen en langs de fabrieken. We noemden het industriële muziek. Dat heeft dus zeker invloed gehad op onze muziek.

Micheline: Je kon er lekker veel lawaai maken.

Francine: Je scheen ons te kunnen horen tot aan het station van Marchienne. We maakten inderdaad best wat kabaal, maar de buren klaagden nooit. Terwijl we nu gelijk de politite op ons dak zouden krijgen. Vooral met dit soort muziek.

Na het experimentele Kosmose kwam de cold punk van SIC. Daarmee waren jullie ook in Engeland te horen, dankzij het label Rough Trade en radio-dj John Peel van de BBC. 
Francis: Ik wilde wat meer structuur. We waren fan van The Stooges en zochten een zangeres die ook goed kon schreeuwen. Zo werd Micheline zangeres van SIC, waarmee we behoorlijk agressieve teksten hadden. Wat wel bijzonder was, was dat onze bas op de synth werd gemaakt. Dat zorgde voor lage, maar wel vaste tonen. Daarna gingen we meer de kant van minimal wave op, omdat de synths ook toegankelijker waren geworden.

Advertentie

En nu is jullie muziek ook uitgebracht in de Verenigde Staten.
Francis: In 2012 nam een Amerikaan contact met ons op omdat hij Cover girl smile op YouTube had gezien. Er stonden al heel veel compilaties van onze liedjes online, zonder dat wij daar iets mee te maken hadden gehad, dus toen zette ik ze zelf ook maar op YouTube. En daar had hij het ook gevonden.

“We noemen Charleroi ook weleens ‘Charlouze’, omdat we op een gegeven moment als losers werden gezien.”

Hoe reageerden jullie daarop?
Micheline: In het begin konden we het amper geloven. Hij zei: “Of deze muziek blijft nog dertig jaar in een lade liggen, of we brengen het opnieuw tot leven.”

Francis: We hadden al afstand gedaan van ons auteursrecht. We waren weggegaan bij Sabam, omdat dat niet zo goed beviel. We hadden de originele tapes niet eens meer, alles stond op een K7, die weer gekopieerd was van een kopie. Maar alles is goed opgelost, het klinkt nu heel goed.

Gaan jullie in de komende dertig jaar ook nog muziek maken?
Micheline: Muziek was erg belangrijk voor ons, maar nam ook veel ruimte in beslag. Toen we een gezin kregen zijn we gestopt.

Francis: Ik heb nog wel wat materiaal liggen, daar wil ik nog wel wat mee klooien, maar ik zie mezelf nu meer als onderzoeker dan als muzikant.

Jullie zijn een beetje punk gebleven, maar bovenal carolo’s.
Micheline: We hadden ergens anders heen kunnen gaan, maar deze plek heeft zo’n interessante identiteit. We noemen Charleroi ook weleens ‘Charlouze’, omdat we op een gegeven moment als losers werden gezien. Maar uiteindelijk hebben we juist een schat gevonden.

Advertentie

Francis: Het heeft wel iets vreemds om zo gehecht te zijn aan zo’n ‘verrotte’ stad.

Micheline: Juist daarom zijn we er zo aan gehecht. Iedereen die uit Charleroi komt staat voor hetzelfde gevecht; we hebben de achteruitgang sinds de jaren zeventig aan den lijve ondervonden.

Francis: Het is ook een speeltuin. We begonnen onze wandelroute op te zetten zonder iets aan iemand te hebben gevraagd. Niks officieels of zo.

Micheline: We wisten niet eens of het privéterrein of openbaar was, en toen zeiden mensen dat we het gewoon maar moesten doen. Het blijft rock'n'roll hè. Zeg het maar niet te hardop, maar Charleroi blijft voorlopig ook nog wel een hele leuke speeltuin.

1579701169845-Terril2

Een deel van de Boucle Noire

1579701179444-Terril3
1579701191034-Terril4

De benen van Francis en de eerste steen van de Boucle Noire.

1579701200876-Terril5
1579701209089-Terril6

Volg VICE België ook op Instagram.