Eind 2013 trokken honderdduizenden Oekraïners naar het Maidanplein in Kiev. Het volk protesteerde tegen de corrupte overheid. Na honderd dagen Maidanrevolutie en onderdrukt protest, waarbij de politie en het leger veel te hard optraden, waren er meer dan honderd mensen dood: The Heavenly Hundred. President Janoekovitsj – volgens de demonstranten een marionet van Poetin –ontvluchtte het land en kort daarna annexeerde Rusland het schiereiland de Krim. Minstens tienduizend burgers, separatisten en soldaten kwamen om.
Twee jaar na het einde van deze revolutie reisden fotografe Robin Alysha Clemens en de half Oekraïense schrijfster Lisa Weeda door de Oekraïne, om met eigen ogen te zien hoe het leven er nu is. Ze werden met open armen ontvangen en op sleeptouw genomen. Want hoe chagrijnig Oekraïners ook kijken, ze willen je graag helpen en boven alles hun verhaal doen.
Videos by VICE
Lisa schreef een non-fictie novelle over de reis: ‘De Benen van Petrovski’. Aankomende vrijdag wordt het boek gepresenteerd tijdens het Wintertuin festival. Robin legde alle ontmoetingen vast op beeld. Hieronder zie je een selectie, met telkens een stukje tekst over de persoon.
Dasha (28) en kat Houston, Kiev
Dasha neemt ons een hele week op sleeptouw in Kiev. Ze toont ons musea, vegetarische eettentjes en hippe koffiezaken. Ze woont samen met haar kat Houston en haar Russische huisgenoot Julia in een buitenwijk van Kiev. Dasha maakt online radio voor Radio Aristokrat. Op een van onze avonden in de stad nodigt ze ons bij haar thuis uit. Ze maakt typische Oekraïense gerechten voor ons. Wij brengen de wodka mee. Samen met Dasha, huisgenoot Julia en hun vriendinnen zitten we tot diep in de nacht in de keuken, zoals het hoort. We praten over politiek, liefdesproblemen en de toekomst. En we proosten: ‘Budjmo!’ Als Dasha genoeg heeft gedronken en over haar verlegenheid heen is, laat ze Robin deze foto maken.
Julia (23), Kiev
“Het politieke systeem van Rusland is rot, de politiek is overal verbonden aan NGO’s. Het is een corrupt systeem. Iedereen staat in dienst van elkaar. Zo werkt dat niet,” zegt ze. “Ik woon nu vier maanden in Oekraïne en ik wil niet meer weg.” We zitten met de Russische Julia in haar keuken in een oud Chroestjov-appartement in Kiev. We drinken thee en luisteren naar de tirade van het jonge meisje. Na haar studie politicologie aan de Staatsuniversiteit in Moskou besloot ze weg te gaan. In Oekraïne werkt ze aan het integratieprogramma EmigRussia, voor Russen die naar Oekraïne vertrekken. ‘Als Rus wordt je hier lang niet altijd geaccepteerd. Ik probeer zo veel mogelijk Oekraïens te spreken.’
Matilda (28), Danyil (29) en Dima (27), Kiev
Mathilda wil een muur bouwen tussen Oekraïne en Rusland, Danyil kan niet vaak terugreizen naar de Krim waar hij geboren is, en Dima is homoseksueel, maar houdt dat zo goed en kwaad als kan verborgen. Alledrie zijn acteur en spelen in het toneelstuk Metamorphosis, waarin ze vertellen over Oekraïne in verandering. Wij zitten op de tribune in het Les Kurbas theater in Kiev. De verwarming werkt niet en het licht valt telkens uit. Een van de centrale vragen in het repetitieproces is: “Wat is erger, oorlog of corruptie?” Als we het aan de acteurs vragen, zeggen ze allemaal: corruptie.
Vladimir (32), Lviv
Op het plein voor het operagebouw in Lviv vindt de herdenking van de slachtoffers van de Maidanrevolutie plaats. Mensen branden kaarsen in rode glaasjes. Verderop staat een grote legertent. De oude man die er geld, jassen, eten en sokken inzamelt voor soldaten, nodigt ons uit om binnen te komen. In een hoek zit de Kazachse Vladimir. “Tijdens de Sovjet-Unie is mijn vader meermaals opgepakt door de KGB, zonder reden. Nu voel ik het als mijn roeping om terug te vechten tegen de Russen. Het leger van Oekraïne was ongetraind en niet voorbereid op de annexatie van de Krim en al helemaal niet op de schaduwoorlogvoering in het oosten van het land.” zegt hij. “Op de legerbasis was je eigenlijk vooral aan het schoonmaken.”
Onbekende man, Vynnyky
Gelukkig kost een Oekraïense simkaart met 3G geen hol en werkt Google Maps hier prima, anders hadden we deze dagopvang voor daklozen nooit gevonden. In het dorpje Vynnyky stappen we na een rit van dertig minuten uit een gammele bus. We lopen steeds verder modderige landweggetjes op. “Jullie moeten na de gele boerderij naar links.” Na de hoek om te slaan, staan we ineens tussen een groep naar pis en alcohol stinkende mannen en vrouwen. Ze hebben wonden op hun handen en gezichten, missen tanden als ze glimlachen. Hier, in dit kleine gebouw met een keukentje, een washok en twee douches kunnen daklozen uit Lviv en omstreken schone kleren uitzoeken, iets eten en zich wassen. Het is loeidruk bij het gebouwtje. Dit is een van de weinig instanties waar daklozen terecht kunnen. Deze man wil pas op de foto als we hem 50 grivna betalen. Dat is twee euro.
Max (15), Vynnyky
Max neemt ons mee naar zijn slaapkamer boven het kantoor van de daklozenopvang. Jarenlang leefde hij op straat. Samen met zijn zus zwierf hij achter zijn ouders aan, tot zij in het opvangtehuis in Vynnyky terechtkwamen. Ze woonden er een tijdje, tot zijn ouders rusteloos werden en weer de straat op wilden. De ouders wonen nog op straat, Max en zijn zus keerden terug en wonen nu, onder voogdij van een van de psychologen van het opvanghuis, vast in het pand in Vynnyky. Via de Google Translate-app praat hij met ons, al spreekt hij prima Engels. ‘They taught me to restrain my feelings,’ typt hij. ‘In the future I will be a masterchef.’
Vadym (30) en Ihor (22), Vynnyky
Niet ver van de dagopvang is het Emmaus opvanghuis. Een groep mannen en vrouwen bouwt aan een vaste woon- en werkplek voor voormalig daklozen en verslaafden. Ze verven de muren lichtgroen en lichtblauw, hangen glimmende glitter-Jezussen in elke hoek van de kamer. Wij mogen meteen mee-eten met de lunch. Iedereen wenst ons een goede maaltijd en zegt dat we een extra bord borscht moeten nemen. De mannen en jongens die hier zitten zijn schichtig en vriendelijk. Ze laten ons de werkruimte zien waar ze oud meubilair opknappen. Als we een foto maken, trekken ze eerst een chagrijnig hoofd, daarna lachen ze verlegen. Vadym is begeleider in het opvanghuis, Ihor woont hier samen met zijn moeder.
Vika (4). Dochter van (25) Vova en Alenka (23), Dnipro
Vika laat ons haar sprookjesboeken, oplichtende bestuurbare auto en de kat zien. We eten chocolade uit een bakje op de bank en vragen haar moeder Alenka hoe hun leven eruit ziet. “Vladimir is fixer, hij rijdt met journalisten naar het oorlogsgebied in het oosten, ik zorg voor Vika.” Het huis, waar ze met z’n drieën, de kat en twee vogels wonen, is in totaal twintig vierkante meter. De badkuip staat in de keuken, er liggen honderdduizend knuffels van Vika op de vloer.
Maria (28), Dnipro
In een grote Volvo rijdt Maria ons een middag door Dnipro. Maria’s ouders zijn maïsmagnaten. “Iedereen moet eten, dus voor ons is er altijd werk,” zegt ze. Maria neemt ons mee naar een oud en vervallen Sovjet-Paleis. Sinds 2000 staat het pand, dat in 1927 werd gebouwd, leeg. Overal ligt Sovjetpropaganda, in de grote bibliotheek, waar alle boeken verdwenen zijn en de verf van de muren bladdert, staat nog een Leninbeeld. We zwerven door het uit elkaar vallende gebouw langs stoffige theaterzalen, een bioscoop, sportzaal en veel kleine halletjes waar gaten in de vloer zitten. “Ik wil het bedrijf van mijn vader niet overnemen,” zegt Maria. “Ik vertrek met mijn Deense man naar Barcelona. Daar is het leven fijner.”
Anna (18), Odessa
De laatste avond van onze reis zijn we uitgenodigd om bij de familie van Lisa in Odessa te eten. Lisa’s oma is geboren in Oekraïne, veel familie woont er nog, zowel in het westen van het land als in het oorlogsgebied. Haar nichtje Anna is zestien en woont al haar hele leven in de havenstad. We eten en praten over de oorlog, over de verschillen tussen Rusland en Oekraïne, over het land toen de Sovjet-Unie nog bestond en over de toekomst. Halverwege de avond barst Anna in tranen uit. Ze wil naar Londen om te studeren, maar weet niet of dat wel kan. Of er genoeg geld is, of ze wel een visum krijgt. Ze houdt van de stad, die ze van foto’s kent, en wil daar Spaans leren. En nog beter Engels.