Identiteit

Dorre bladeren, dode lichamen en een nieuw begin

Jacques Vermeer, Patrick, cemetery - Black and white photo of a man in a cap resting his head on a spade in a graveyard.

Patrick begon zijn volwassen leven in de rechtszaal. “Ik was een kleine boef, maar wel een vriendelijke,” vertelt hij. Zijn levensstijl bestond in die tijd uit het zwerven van de ene naar de andere vriend: “Ik had niet veel, alleen een beetje Roquefort en wat brood.” Hij kon zich dus wel redden, tot hij op een dag iets stoms deed en werd opgepakt. Toen hij voor de rechter verscheen, stelde die hem voor de volgende keuze: ofwel ga je werken, ofwel zoek je hulp bij een psycholoog. “Waar wil je werken om wat te kalmeren? Binnen of buiten?” Patrick gaat in op het tweede voorstel en niet veel later staat hij bladeren te harken op de Begraafplaats van Elsene.

Na een tijdje stelt een van zijn – intussen gepensioneerde – collega’s hem voor om als grafdelver aan de slag te gaan: “Ik wist niet eens wat dat was”, zegt hij. Vandaag is Patrick 31 jaar oud en is het al zeven jaar zijn fulltime job.

Videos by VICE

VICE volgde hem een jaar lang.

2. Photo.jpg

“Het is zwaar werk. Je schrikt ervan; sommige mensen zijn meteen weer weg”, zegt Patrick terwijl hij vertelt hoe zijn eerste dagen als grafdelver verliepen. Zijn collega’s hebben hem in die beginperiode uitgebreid op de proef gesteld. Hij herinnert zich een van de eerste keren dat hij volledig in shock verkeerde: “Ze riepen me naar het lijkenhuis omdat ze een opgraving gedaan hadden. “In deze kist zit er een metalen doos die we moeten openen, maar ze is toegelast als een conservenblik”, zeiden ze. De taak bestond eruit om de kist te openen en het lijk in een andere kist te leggen om het te cremeren. Toen ik die man zijn gezicht zag en de geur mijn neus

binnendrong, deed ik drie stappen achteruit,” gaat hij verder. Ik hield mezelf overeind tegen de muur, ik was doodsbang! De stank was het ergste. Ik had het gevoel dat ik moest overgeven en niet meer kon ademen. Zoiets vergeet je nooit meer.” 

Maar Patrick hield vol en uiteindelijk werd zijn contract verlengd. Nadat hij er een jaar werkte, ging Patrick zelfs op het kerkhof wonen: “Een viergevelwoning, dat ging me goed af.”

Hij vertelt hoe ver hij verwijderd was van een eigen huis, voor hij dat contract ondertekende. “Ik dacht er voortdurend aan: ik wilde een huis, een groot wit huis!” Maar voor de start van zijn nieuwe carrière, was hij tevreden met een gebouw op het kerkhof.

4. Photo.jpg

“Wonen op een kerkhof betekent dat je iedere keer dat je een deur hoort kraken of een ander geluid hoort, begint te flippen”, vertelt Patrick. Op de Begraafplaats van Elsene gebeuren vreemde dingen, verdachte geluiden zijn hier geen uitzondering. En met een haag die vrij laag is bijgeknipt, heeft Patrick vanuit zijn tuin zelfs uitzicht op het kerkhof om zijn ergste angsten visueel kracht bij te zetten.

Sommige vrienden durfden hem niet meer bezoeken, maar Patrick vertelt hoe hij zijn broer toch kon overhalen om langs te komen: “Ik kon niet meer alleen slapen! Op een nacht droomde ik dat ik neus aan neus stond met zo’n rotte kop.”

6. Photo.jpg

Maar op een dag beseft Patrick dat een van de geluiden die hem de stuipen op het lijf jagen, gewoon het geluid is van de gemeentevlag die tegen zijn badkamerraam wappert.

En hoe meer tijd er verstrijkt, hoe meer Patrick het kerkhof als een vertrouwde plek gaat beschouwen. Uiteindelijk begint hij zich zelfs thuis te voelen tussen de lijken en de nachtelijke wandelingen: “Op een ochtend, midden in de mist, nam ik mijn skateboard en reed ik tussen de graven door. Het was te gek, het leek wel alsof ik in een film zat!”

7. Photo.jpg

Zeven jaar later heeft Patrick zijn vak onder de knie en is hij gewend geraakt aan zijn nieuwe leven. Hij zegt dat hij tevreden is met zijn klassieke acht tot vier werkuren – “’t is een beetje zoals op school” – en klaagt niet over de gigantische werkdruk.

Wat hij wel betreurt, is het feit dat grafdelver een van de vele onzichtbare banen is. “Tijdens een begrafenis bedanken de mensen vaak de priester, maar nooit de grafdelvers,” zegt hij. “Niemand ziet je, niemand praat met je. In het begin was dat heel moeilijk.”

8. Photo.jpg

Al heeft hij intussen de uitzonderingen leren omarmen. “Anderzijds praat ik wel met de mensen die hier regelmatig komen. Er is bijvoorbeeld een jongeman die de hele tijd gitaar speelt op het graf van zijn vader en een die dame die elke week het graf van haar overleden man komt opfleuren. Sommige mensen bedanken me en geven me om het halfjaar pralines. Dat is wel leuk, dan heb ik een kleine voorraad om me ‘s avonds voor de televisie te installeren.”

Minder vrolijke herinneringen zijn verbonden aan de mensen die hij hier leerde kennen, maar intussen overleden zijn.

10. Photo.jpg

“Ik heb alle soorten begrafenissen meegemaakt,” zegt hij. Boeddhisten, katholieken, joden, moslims, zelfs ridders met zwaarden.” Zo herinnert hij zich bijvoorbeeld een vrij intense begrafenis van een voetbalfan; andere fans gooiden blikjes bier en sigaretten in het gat terwijl ze liedjes stonden te zingen. Iedereen heeft zijn eigen manier om afscheid te nemen.

Er was ook eens een Congolese begrafenis waar pleureuses aanwezig waren, een Poolse begrafenis waar mensen tegelijk zongen en huilden en een Aramese begrafenis waar mensen gierst gooiden en blikjes cola aan het uitdelen waren,” zegt Patrick. “En dan heb je nog de bourgeois begrafenissen. Ooit was er een man die zich luidop afvroeg wat ze met de auto van de overledene gingen doen.”

11. Photo.jpg

Er zijn ook mensen die moederziel alleen of met heel weinig gezelschap begraven worden. “Als het begint te regenen en iemand komt alleen aan, dan denken we altijd dat de overledene een slecht mens moet zijn geweest,” zegt Patrick met ironische ondertoon. 

13. Photo.jpg

Dankzij zijn baan heeft Patrick intussen een appartement kunnen kopen. Het is misschien niet het witte huis waar hij een paar jaar geleden van droomde, maar het houdt hem tenminste weg van het kerkhof en diens bijzondere sfeer. Als hij de kans krijgt en het zich kan veroorloven, vertrekt hij naar ergens heel ver hier vandaan. Hij trok al naar China en Japan, en

over een paar dagen vertrekt hij voor drie weken naar Tanzania. De dagelijkse confrontatie met deze sfeer dwingt Patrick om zoveel mogelijk van die dingen te genieten: “Ik ben niet bang voor de dood, maar ik zou het stom vinden om nu te sterven en alles te verliezen.” 

Als ik hem vraag of hij op het kerkhof van Elsene begraven wilt worden, schiet Patrick meteen overeind: “Wat is er mis met jou? “Ik wil hier ver vandaan en zo diep mogelijk begraven worden… Zodat niemand mij nog kan aanraken en de natuur het overneemt.”

Meer foto’s van Jacques Vermeer vind je hier.

17. Photo.jpg
12. Photo.jpg
14. Photo.jpg
15. Photo.jpg
autre.jpg
16. Photo.jpg
autreee.jpg
18. Photo.jpg

Volg VICE België ook  op Instagram.