Duran Lantink is een van de meest iconische opkomende modeontwerpers van Nederland. Hij staat onder andere bekend om zijn genadeloos verknipte hybrides van gerecycelde designerkleren en -schoenen en liet zijn modellen vergezellen door drones terwijl ze door post-apocalyptische gangen liepen. Ook werkte hij met de crème de la crème van de popmuziek: onder anderen Janelle Monáe en Billie Eilish behoren tot zijn clientèle. Maar zijn meest recente project is misschien wel ook het meest ambitieuze: hij gaf de democratie een restyling.
Democracy was de titel van een van zijn twee shows op de Amsterdam Fashion Week, begin deze maand. In het kader van Outsiderwear, een project waarbij kunstenaar Jan Hoek modeontwerpers koppelde aan creatieve talenten uit sociale werkplaatsen, werkte hij samen met Bea Otte aan zeer extravagante creaties. Otte is lid van theatergroep Theater LeBelle, waarvan haar collega’s tijdens de show model liepen.
Videos by VICE
Nu heeft Democracy ook een gelijknamige tentoonstelling in de Hermitage in Amsterdam, waarbij het concept nog veel verder werd doorgetrokken. De Hermitage huisvest al jaren het Museum van de Geest, een museum voor outsiderkunst: kunst van mensen die niet goed in de ‘gewone’ kunstwereld passen. De Democracy-tentoonstelling wil dit onderscheid opheffen, door ook niet-outsiders toe te laten. Lantink liet zich inspireren door The Factory, het atelier van Andy Warhol. Ook Warhol had het niet zo op hokjes, en nodigde naast topmodellen, rocksterren en acteurs ook junks uit op zijn extravagante feesten en kunstmaaksessies.
De sfeer tijdens de opening van Democracy is gemoedelijk: de amfetamine waarmee Warhol en zijn vrienden de sfeer synthetisch oppompten lijkt afwezig. Wel zijn er, net als tijdens Warhols feesten, allerlei dingen ingepakt in folie. Maar terwijl Warhol zilverfolie gebruikte als decor voor zijn glamoureuze leven, gaat het hier om aluminiumfolie, en zijn er banale spullen ingepakt. Het is een verwijzing naar het hoarding-gedrag van Warhol, dat pas nadat hij gestorven was aan het licht kwam. Hat aluminiumfolie-kunstwerk lijkt zo te hinten op het verval dat onvermijdelijk volgt op de hype. De glimmende spiegel-installatie is ontsproten uit het brein van kunstenaar en internetfenomeen Victor Crepsley, in samenwerking met Joran ter Horst, Jacob Schwartz en Duran. Crepsley kan zelf ook een flink potje hoarden, zoals zijn grote collagekunstwerken van alledaagse voorwerpen verderop in de zaal bewijzen.
Verschillende schermen in de zaal worden bevolkt door de supersterren uit Lantinks Factory: de leden van Theater LeBelle. Ze dragen de fantastische creaties die ze ook tijdens de eerdere modeshow van Lantink droegen. Hun dansjes zijn open en ontwapenend. Ze verschuilen zich niet achter een hautaine façade, zoals supersterren die normaal gesproken opwerpen om zichzelf te beschermen tegen een al te gretig publiek. De maskers zijn af vandaag. Ze liggen verderop, in een reeks vitrines. Vreemdsoortige fetisj-gezichten vol penissen van Shalva Nikvashvili, een manisch breisel van Bertjan Pot en een naargeestige beulenkap van Johan Vanderschelden.
De popart van Warhol was democratisch omdat hij de begrijpelijke en verleidelijke beeldtaal gebruikte die de mensen kenden van de billboards en de televisie. De popart van Duran Lantinks mede-sterren is nóg democratischer, want het volk mag er zelf aan meewerken. Elke aanwezige krijgt een stift mee om mee te kliederen: op de witte vloeren en muren, het plexiglas voor de schilderijen en de grote beeldschermen. “Democracy has bad taste – Grayson Perry” staat bij de ingang te lezen. Ernaast is een soort kuiken getekend dat een dikke sigaar rookt, en een gekke cactus.
Jan Hoek vertrouwt me toe dat er tijdens de exclusieve persopening eerder vanochtend wel heel voorzichtig getekend werd door een bekende televisiepresentatrice. “Maar gelukkig maken mensen nu wel hele grote tekeningen.” Duran Lantink heeft er juist een beetje moeite mee dat het wonder van de democratie nu is losgelaten op zijn tentoonstelling. “Je raakt er toch een beetje aan gewend dat het er allemaal netjes uitziet in zo’n museum.”
Toch leidt dat loslaten tot een heerlijk ontremd en erg lief model voor een eventuele nieuwe maatschappij. Fran Stuijf, die op de expo-poster schittert in een Amerikaanse-vlag-gewaad, maakte een tekening van een hele reeks eigen vlaggen: rood met een wit hoekje. “I PLEDGE ALLEGIANCE TO THIS FLAG” heeft iemand eronder geschreven. “AND I DON’T” schreef iemand anders. Het is een respectvol debat, zoals je dat zelden tegenkomt in de Tweede Kamer of in sociale media-comments. Mocht het onverhoopt toch niet goed komen met de wereld, dan heeft het aan deze supersterren in ieder geval niet gelegen. Desiré van den Berg klikte flink met haar camera om ze vast te leggen terwijl ze poseerden.