Als welgestelde twintiger in een opkomende volkswijk wonen zonder een lul te zijn

Aha, dus jij, hoogopgeleide twintiger/dertiger die je er bent, bent onlangs verhuisd naar een volksbuurt die ‘helemaal opkomend is’? Of bent dit van plan? Gefeliciteerd! Je levert hiermee een actieve bijdrage aan de veryupping van de buurt! ‘Ho, ho’, hoor ik je nu denken, ‘veryupping is een vies woord en ik vind dit een lelijke beschuldiging waar ik het niet mee eens ben.’ Ik snap het. Helaas is het toch zo.

De aanwezigheid van jouw frisse en welgestelde hoofd in de buurt brengt namelijk young urban ondernemers op het idee om er eens een geinige lunchbar te openen, met in grote letters “PUURZAAM” op de ramen geschreven. Waardoor nog meer hoogopgeleide twintigers en dertigers de buurt als ‘helemaal opkomend’ gaan zien, en er gaan wonen. De huisbazen zien dit allemaal met kloppende geldpikken gebeuren en verhogen de huurprijzen, die daardoor alleen nog op te brengen zijn door mensen met een flinke dosis pegels in hun portemonnee.

Videos by VICE

Op een dag hing dit in mijn straat. Dat was even slikken

Zeggen dat alle Belgen dom zijn en naar patat ruiken is nog minder kort door de bocht dan bovenstaand alineaatje, maar dit is ongeveer waar mensen het over hebben als ze termen als ‘verhippen’, ‘veryuppen’ of ‘gentrificatie’ uit de la trekken (wat vrij vaak gebeurt, de laatste tijd). Het stinkt trouwens een beetje in die la: meestal zit er een klagerige ondertoon in stukken die hierover gaan. ‘Het hippe koffietentje’ lijkt een beetje de nieuwe heroïnejunk of hondenpoep, als de grootste bedreiging voor steden. In Nederland moet vooral Amsterdam en langzaamaan ook Rotterdam eraan geloven.

Dat zure toontje is niet helemaal onterecht, want ondanks dat het fijn is wanneer een armoedige wijk er beter op wordt, zitten de mensen die er al jaren wonen niet te wachten op dure slowjuicebarren en dikke huurverhogingen. Aan de andere kant moet jij ook gewoon ergens wonen, het liefst betaalbaar, dus tot de wijk volledig veryupt is, woon je samen met vrolijke Karishma, roddelbuurvrouw Sjaan, dikke Mohammed en klaverjasgeneraal Cor. Misschien hebben ze een iets andere levensvisie dan jij en je kringen in de creatieve industrie/marketing/PR/blogosphere, maar dat hoeft niks uit te maken. Hier wat tips om heerlijk allemaal samen te wonen met elkaar.

Wees geen wandelend cliché

Ik ga gelijk met de billen bloot: ooit moest ik op mijn kleine neefje en nichtje passen, en heb ik ze van school opgehaald met een bakfiets. Met twee blanke kindertjes voorin de bakfiets fietste ik als een prins naar huis. Het is echt leuk op zo’n bakfiets, want als je stuurt gaat er twee meter verderop het voorwieltje naar links of rechts, waardoor het voelt alsof je een ingewikkeld voertuig bestuurt. Dat voelt een beetje magisch. Hoe dan ook, dit was voordat de bakfiets het ultieme symbool van de yuppenmoeder zou worden. Ik zou nu liever niet meer op een bakfiets stappen, want ook al gebruik ik ‘m om wheelies mee te trekken met mijn deathmetalvrienden, ik ben als de dood dat de mensen op straat zullen vermoeden dat ik op weg ben een pak speltpap voor mijn kids Borre en Bliksem te halen.

Als je niet wil dat je buren je zien als archetypische hippe kanariepiet die hun buurt komt verpesten, kun je best een beetje spaarzaam zijn met de dingen die symbool zijn geworden voor de archetypische hippe kanariepiet. Je hoeft als young creative millenial heus niet alle clichés af te vinken, door met een moeilijke muts en een volle baard op je fixie door de wijk te urban cruisen, yolo-end op weg naar de biolo…. etcetera. Een beroepsboef die niet ontmaskerd wil worden doet ook geen boodschappen met een bivakmuts op.

(Dat gezegd hebbende, je moet natuurlijk ook vooral je authentieke zelf blijven, dus als je lichaam een keer snakt naar een glas glutenvrij tarwegrassap: lekker doen!)

Pffff, hou eens op joh

Respecteer de ouderwetse betekenis van ‘buren’

Voor een wereldburger als jij, voor wie ‘tijd en plaats’ achterhaalde begrippen uit een vorig millennium zijn, maakt het geen flikker uit of iemand naast je woont of in New York. Voor je buren in deze oude volkswijk ligt dat misschien anders, en het is wel zo aardig om dit niet geheel in de wind te slaan. Je woont relatief goedkoop, maar dat betekent wel dat je soms tijd moet investeren om op visite te gaan bij buurvrouw Coby, om te luisteren naar de verhalen over haar nieuwe heup. En dat je met Oud & Nieuw even bij haar over de vloer moet komen om over de Toppers te praten, terwijl je al een kwartier lang een rondje knipwit met zalm probeert door te slikken. Dat lukt dan niet goed omdat je vlak daarvoor in je huis een flinke partylijn coke hebt gesnoven, maar dan zet je maar even door. Goedkoop wonen heeft een prijs.

Help het vertruttingsproces niet harder dan nodig

Zoals je het zelf als toerist niet altijd vet vindt dat een plek toeristisch is, of wanneer je in de file staat andere automobilisten de dikke builenpest toewenst, zo ben je misschien ook niet helemaal gelukkig met het veranderen van de buurt, al ben je daar zelf een beetje schuldig aan. Misschien vind je het wel lachen dat er af en toe een kraaiende tante Sjaan uit het raam hangt en er Surinaamse mannetjes backgammon spelen in het bruine café op de hoek. Als je niet al te erg wil bijdragen aan het ver-roséën/roséviceren van je wijk, is het beste wat je kunt doen normaal doen. Bijvoorbeeld door geen dertien euro uit te geven aan sla in een gelijknamige tent, of zeven euro te betalen voor een bakje muesli in het splinternieuwe cornflakescafé in je straat.

[In Londen heb je serieus het Cerial Killer Café waar een bakje muesli zeven euro kost, wat een groep kritische rekels ertoe dreef om het café te besmeuren met verf.]

Oempf! (foto via)

Doe niet alsof je tussen exotische dieren woont

Zo ontzéttend leuk! Die buurman van je, echt nog zo’n typische Turkse man met een klassieke borstelsnor. Schitterend! En z’n vrouw is echt zo’n prach-ti-ge Turkse vrouw, die elke vrijdag haar eigen baklava staat te bakken. Met van die authentieke Turkse gewaden, weet je wel. En die kinderen drinken altijd een glas yoghurtdrank – ‘ayran’ schijnt dat te heten. Fantastisch! Ze luisteren ook naar authentieke Turkse volksmuziek – als je je ogen dichtdoet waan je je helemaal in Alanya. Een écht authentiek Turks gezinnetje. Zo leuk! Zó leuk!

Kijk, het is natuurlijk megadope om in je nieuwe huis opeens even niet omringd te zijn door blanke mensen met een foodblog, maar dat betekent ook weer niet dat er een familie zeldzame blauwe kuifhoenderkoeten naast je woont. Dat doodnormale Turkse gezinnetje zit er echt niet op te wachten een bezienswaardigheid te zijn.

Zoek naar de gelijkenissen tussen jou en je buren

Buurman Ron heeft tot zijn vijfenzestigse op de grote vaart gezeten, jij hebt ooit in een hot tub door de Amsterdamse grachten gedobberd. Ron zweert bij curry op z’n gehaktbal, jij bij gember in je muntthee. Ron heeft een litteken op z’n wang van toen hij een keer een inbreker bij z’n lurven greep, jij hebt jezelf een keer een bloedlip gebeten toen je tijdens een gevecht met Bowser in het lava viel. Ron heeft de babygezichten van zijn inmiddels volwassen zoons Wesley en Jeremy op zijn bovenarm getatoeëerd, jij… hey! Jij hebt óók een tatoeage! Een druilerig lemniscaatje op je pols, maar een tatoeage. Vermijd alles waaruit blijkt dat jullie uit verschillende universums komen, en maak babbeltjes over die dingen waarin jij en je buurman Ron per ongeluk overeen komen. Gelijkenissen verbroederen, immers.

Hummus! Je Marokkaanse buurvrouw kreeg dit als kind met de hummuslepel ingegoten – jij hebt laatst ontdekt dat dit een heerlijke dip is voor op feestjes. Heb het er eens over met elkaar.

Klaag niet als een kleine bitch

Je buren in de volkswijk waar je bent gaan wonen draaien misschien wel eens André Hazes of Rob de Nijs, op een volume dat boven de klanken van je lievelings-EP van Kurt Vile uitkomt. Misschien staat er wel eens een vuilniszak op een niet helemaal juiste plek. Misschien is er in de zomer wel eens een barbecuetje gaande, en krijg je een middelvinger toegestoken als je om elf uur een welgemeende ‘sssst’ laat klinken.

Er natuurlijk zijn grenzen, maar die grenzen mag je best een beetje ruim stellen. Ga niet gelijk de politie bellen, of uit frustratie huilend in de foetushouding op je eikenhouten vloer slaafvrije chocola van de Marqt liggen eten. Breng bij het verhuizen naast je jongcreatieve baba ganoesj-reet ook een beetje tolerantie mee.

Ga niet gebukt door het leven

Sommige jonge, stedelijke, welgestelde mensen zijn zich bewust van hun rol in dat gentrificatiegebeuren, en heel soms schamen ze zich er zelfs een beetje voor. Dit is natuurlijk ook weer onzin. Zolang je geen onuitstaanbare lul bent, kun jij er ook allemaal niks aan doen; ergens wonen is in feite gewoon een onderdeel van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Wees trouwens nooit een onuitstaanbare lul.