Geluidsmannen hebben soms echt schijt aan conventies

De trailer van Those Who Feel the Fire Burning

De twee Nederlandse sounddesigners Taco Drijfhout en Vincent Sinceretti wonnen afgelopen maand op het Nederlands Filmfestival met hun gehele team een Gouden Kalf voor Beste Geluid, voor Those Who Feel the Fire Burning. Voor deze poëtische documentaire reisde Taco samen met regisseur Morgan Knibbe naar Griekenland om het leven van een groep bootvluchtelingen vast te leggen, terwijl Vincent de leiding had over het team dat de uiteindelijke geluiden bedacht, ontwierp en inspeelde.

Videos by VICE

Naar aanleiding van een speciaal programma gericht op sound design van IDFA’s Doclab, praten Taco en Vincent vanavond om 22:15 uur in EYE in Amsterdam over hun vak. The Creators Project zocht ze op en vroeg de geluidsmannen naar hun leven en favoriete voorbeelden van ‘vette geluiden in film’.

The Creators Project: Ha, Taco en Vincent. Waarom hebben jullie voor geluid als vak gekozen? De meeste regisseurs die ik spreek speelden bijvoorbeeld met de videocamera van hun ouders. Maar hoe zit dat bij geluidsmannen?
Taco Drijfhout: Ik was gewoon op zoek naar een studie [lacht]. Nou ja, ik speelde vroeger serieus cello, maar ik vond het zo vermoeiend om dat acht uur achter elkaar te doen. Maar sound design is creatief en veelzijdig. Toen ik op de filmacademie bij de geluidsafdeling kwam, dacht ik meteen: oké, let’s go. Dit is echt vet.
Vincent Sinceretti: Ik heb lang gezocht naar wat ik uiteindelijk zou willen gaan doen. Ik was wel altijd al geïnteresseerd in de technische kant van muziek en het mixen ervan, maar niet echt in het muziek maken zelf. Het was niet echt mijn ding. Tot ik een keer mijn neef hielp op de filmset. Ik heb een keertje staan klooien met het opnemen van geluid op de set en toen dacht ik: dit vind ik prima om de rest van mijn leven te doen.

Wat denk jij dat mensen denken dat jij doet?
Vincent: Ik denk dat zij geen idee hebben, want ze zijn er niet bewust mee bezig. Dat is het leuke van geluid: het is zo vanzelfsprekend. Je hoeft er nooit intellectueel over na te denken. Daarom kunnen wij ook al die shit uithalen. Bij Those Who Feel the Fire Burning is het wel heel opvallend af en toe, vindt men.

Ik heb zo’n idee dat geluidsman of -vrouw zijn een ondergewaardeerd vak is.
Taco: Bij sommige filmmakers merk je wel dat ze een beetje onwetend over geluid zijn. Die hebben dan nog niet echt ervaren wat het allemaal toe kan voegen. Maar dat is ook leuk, want je kunt ze dan dingen laten zien.
Vincent: Geluidsmensen vinden het sowieso allemaal wel prima. Je kiest ook voor dit vak omdat je achter de schermen wilt zitten. Je vindt het leuk om aan een film te werken en vanuit die invalshoek een film beter te maken en niet –
Taco: – de hele tijd interviews geven. [lacht]
Vincent: Ja, dit is wel grappig om mee te maken. Morgan reist de hele wereld over met die film en moet het een of twee keer per week doen. Nu voelen we zijn leed.

Vertel eens meer over hoe achter de schermen ging met Morgan?
Vincent: In het begin hebben Morgan, Xander (de editor) en ik bedacht hoe de film eruit moest zien en klinken, en waarom dat ook nodig was voor het verhaal. Wat we aan het begin hebben bedacht en willen doen is uiteindelijk ook teruggekomen in de film.

Wat was dat dan precies?
Vincent: Het perspectief van het verhaal eigenlijk. Het idee was om een film te maken die over vluchtelingen gaat maar we wilden een strakke stijl, waardoor je de film meer als een ervaring ging beleven. In plaats van dat je denkt dat we een reportage over zielige vluchtelingen hebben geschoten.

Wat was de belangrijkste keuze in de film geweest voor het geluid?
Vincent: Dat we hebben besloten om een hoofdpersoon te gebruiken. Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van iemand die verdrinkt, maar zijn geest gaat door. Dat houdt in dat er een voice-over is en we kunnen ook mensen horen denken. We worden vanuit het hoofdpersonage gestuurd: af en toe hoort hij iets en dat geeft hem een reden naar het geluid toe te gaan.
Taco: Zijn ervaring van de wereld maakt het een soort vagevuur, een geest die tussen hemel en hel zweeft. Deze metafoor hoorde Morgan van vluchtelingen toen zij vertelden over hoe zij zich voelden. Dat hoor je terug in het geluid: de wereld die je hoort is geen realistisch Griekenland in de avonden, maar een spel van drones.

Dat je hoofdpersonage een geest is geeft veel vrijheid, neem ik aan.
Vincent: Ja, uiteindelijk kun je doen en laten wat je wil: je kunt van dag naar nacht en van de een naar de andere plek zonder dat iemand denkt dat het niet klopt. Maar soms was het ook verwarrend, want wie horen we nu en wie is wie? Daar hebben we ook op lopen puzzelen.

Op welk element in de film ben je echt trots qua geluid?
Taco: Ik vind de opening wel echt vet. Het beeld is supersuggestief. Je ziet heel weinig maar je gaat er helemaal in op en je wordt direct op je plek gezet door het geluid van de zee, en dan die boot. De reden waarom ik zelf meer ben gaan houden van de openingsscène was omdat een Afghaanse jongen een keer vertelde dat hij zelf op die manier naar Europa was gekomen en dat de scene precies zijn ervaring was. Toen dacht ik: lullig om te horen, maar het klopt dan wel.

Zijn er discussies geweest over bepaalde geluiden?
Taco: Er is één ding waar jij, Vincent, wel pittig over was. Op een gegeven moment draaiden we in een moskee en gaan er allemaal mensen bidden, en dan hoor je eigenlijk een windachtige ruis. De voice-over vertelt over zijn verleden en vrouw, en dan zakt de man naar de grond en gaan ze bidden. Ik en Morgan dachten dat het bidden zachter moest, en Vincent dacht: het is er wel óf het is er niet. Als het nog zachter moet, dan haal ik het gewoon weg.
Vincent: Nu zit het ertussen in. Maar achteraf gezien kun je je altijd vragen of het ook maar iemand iets uitmaakt.

Taco en Vincents favoriete voorbeelden van geluid in film:

Surplus: Terrorised into Being Consumers (2003)

Taco: Ik heb niet per se een scène, de hele film is echt heel vet. Ze gebruiken alle audiovisuele videoclipachtige middelen van kapitalisme om de tegenovergestelde boodschap over te brengen. In deze scene zie je ook goed hoe geluid, montage en muziek helemaal samenkomt.

4 Elements (2006)

Vincent: Dit is een documentaire die goed gebruik maakt van geluid. Het is in vier hoofdstukken opgedeeld. Van alle elementen wordt gebruikgemaakt, dus niet alleen beeld of geluid of montage, maar met elkaar doet het wat. Het pakt elkaar de hele tijd over. Een kijker blijft dan verrast.

Taco: Qua geluid hebben ze het heel zintuigelijk hebben gemaakt, dat je voelt dat ze geluid hebben gezocht die de elementen symboliseren.

Terminator 2: Judgment Day (1991)

Vincent: Zoals je ziet in deze scène gaan ze helemaal in op één karakter. De hele scene is gebouwd tot het moment dat het helemaal stil wordt, en dan vliegt de boel in de fik. Dat is perfecte Hollywood moviemaking.

La grande bellezza (2013)

Vincent: De makers hebben bij de film gewoon schijt aan alles. In deze scene lopen ook mensen in Mexicaanse outfits rond; die zie je af en toe in het publiek en dan hoor je ook ineens een Mexicaanse riedel dwars door de housemuziek heen. In één scene doen de makers vijf verschillende dingen met de muziek. En je pikt het als kijker nog ook.

Apocalypse Now (1979)

Vincent: Dit geluidsbeeld is totaal bizar. Je hoort allemaal rare shit door elkaar.

Taco: Het is een oorlogsscène en je ziet gewoon bommen vallen, maar het geluid laat het klinken als een kermis.

Vincent: Je hoort ook wat mensen schreeuwen – spookachtige schreeuwen die zijn overtrokken en abstract gemaakt. Maar toch klopt de scène wel, het is niet heel vreemd. Je hoort een valse draaiorgel, maar het past, want zij zitten in dat gevoel van die scène.