Identiteit

Ik heb een moslimachtergrond en ik beleef Islam (en Ramadan) op mijn eigen voorwaarden

Islam ramadan

Van 23 maart tot 21 april is het ramadan, een van de vijf pijlers van de Islam. Hoewel de meest bekende regels zijn dat drinken, eten, roken en seks verboden zijn tussen zonsopgang en zonsondergang, gaat het over veel meer dan een reeks verboden zaken voor zij die eraan meedoen. Voor sommigen is het een maand van rust en bezinning, voor anderen een maand van familiefeesten, en nog anderen om consumptiepatronen te evalueren. 

Ongeacht de betekenis die we eraan geven, zorgt het begin van de ramadan voor bezinning bij moslims en mensen met een moslimachtergrond. Er zijn degenen die er niet aan deelnemen, maar het niet durven te vertellen aan hun familie; degenen die proberen maar uiteindelijk opgeven; zij die alles eraan doen om ‘voorbeeldige’ moslims te zijn, elke nacht naar de moskee gaan en hasanaat (goeie daden) uitvoeren omdat ze meer waard zijn tijdens deze heilige maand; en anderen twijfelen aan de regels die ze aangeleerd kregen om te volgen zodat ze meer in dezelfde lijn liggen met hun eigen visie op de wereld. 

Videos by VICE

Wat mezelf betreft, ik ben het kind van een Algerijnse moslimvader en een Belgische katholieke moeder. Als kind beschreef mijn vader ons gezin als “gelovig, maar niet in de praktijk” – er stond alcohol op tafel tijdens familiefeesten enz. Als kind zag ik mijn ouders voor het eerst meedoen met de ramadan toen we op vakantie waren bij mijn moslimfamilie. De jaren daarna bleven ze dat doen, en wij dus ook eens we oud genoeg waren, maar voor de rest deden we niets. Ik had moeite met dat ‘tussenin’ leven – racial imposter syndroom? Dus begon ik op mijn 16e, midden in een puberteitscrisis, vijf keer per dag te bidden en mijn geloof te belijden, in een zoektocht naar mijn plaats in de wereld en mijn identiteit. Mijn vader en broer deden hetzelfde, en mijn moeder bekeerde zich, waardoor mijn zus (een lesbische en atheïst) uit de boot viel. Enkele jaren later, in mijn studententijd, stopte ik met bidden en leefde nogal ver weg van religie. 

Al bij al heeft religie verschillende (en soms ingewikkelde) plekken ingenomen in mijn leven, en elk jaar gaat het begin van de ramadan hand in hand met een heleboel vragen voor mezelf. Ga ik het toch doen dit jaar? Hoe en vooral waarom? Omdat ik het wel wil doen maar ook in de war ben over de betekenis en methode die ik wil toepassen, besloot ik erover te praten met Yasmina Tayoub (28), een danser, choreograaf, dj en kennis. 

Met muntthee en chebakias – enorm cliché – praat ik met haar over mijn gebrek aan gevoel met de huidige moslimgemeenschap. Yasmina vertelt me over een groepschat op Messenger bestaand uit meer dan 80 mensen van de moslimgemeenschap; gelovigen en niet-gelovigen, die al dan niet hun geloof betuigen, en vooral – maar niet enkel – queer personen. Ze voegde me toe aan de groep, en daar leerde ik Miou (28) kennen. Miou, die liever hun echte naam niet deelt, is een tattoo artiest en communicatiemedewerker in een vereniging die opleidingen organiseert voor sans papiers, en Abbas (26) is een cultureel werker, die liever anoniem blijft uit angst voor represailles. 

Terwijl ik praat met deze mensen over mijn en hun spirituele levens, besef ik dat het hunne net zo chaotisch is als dat van mezelf. We hebben allemaal zo’n periode gehad van strikte religiositeit, het verliezen of zelfs ontkennen van de Islam, een periode van niet-religieus spiritualisme, en voor sommigen een terugkeer naar geloof/spiritualiteit die deze drie verschillende stadia van het leven in achting neemt. Zelfs als onze achtergronden en rituelen niet hetzelfde zijn, groeiden zowel ik, Miou en Abbas in zeer religieuze families op. We gingen naar Islamitische godsdienstlessen en Islam was aanwezig bij ons thuis in verschillende gradaties. Tot we het hebben afgewezen. 

“Opeens werden de vrouwonvriendelijke interpretaties die we van kinds af mee kregen vertaald op een open en inclusieve manier die eindelijk logisch leken.”

Er waren heel veel redenen om het te verwerpen. Als feministische vrouw in queer kringen, ging ik niet meer akkoord met het homofobische en seksistische discours van veel moslims, zeker dat van mijn familie. Voor Miou, wiens moeder van Marokko komt en vader een bekeerde Belg is, kwam door onderzoek en het bijwonen van lezingen over de Islam het besef dat die zichzelf niet meer herkende in het geloof. Maar seksisme speelde ook een rol: “Mijn ouders maakten gebruik van de Islam om mijn lichaam onder hun controle te houden, ik maakte uiteindelijk de keuze mezelf te distantiëren van het geloof, maar ook van mijn ouders,” vertelt Miou me per telefoon. “We hebben al drie jaar niet meer gesproken.” 

Als dochter van twee Marokkaanse ouders, en in het verleden zelf zeer gelovig en toegewijd, vernoemt Yasmina ook het islamofobische klimaat waarin ze opgroeide. “Ik denk dat we soms de impact van islamofobie en racisme op ons geloof onderschatten,” zegt ze. “Het is moeilijk om een deel van je identiteit niet af te wijzen wanneer de media en de maatschappij rondom je het zó veroordelen. Ik wou zó graag erbij horen dat ik me gedroeg alsof ik een witte persoon was. Ik had voor mijn 27ste nog nooit gehoord van de term “racisme intégré” (geïnternaliseerd racisme) en besefte opeens ik kapot ging aan het feit dat ik me probeerde te gedragen als witte mensen die nergens in geloven, het brak mijn hart.” Het is duidelijk dat je pubertijd – een periode in je leven wanneer iedereen precies naar je kijkt – overleven als een moslim, kort na 9/11, geen gemakkelijk gegeven is. Ik was 12 jaar toen het gebeurde, en ik herinner me nog goed hoe niet-moslims zich gedroegen tegenover mijn familie en mijn moslim klasgenootjes. Het was het begin van de link tussen moslim zijnde en terrorisme; het begin van het einde. 

Abbas heeft twee Marokkaanse moslimouders en studeerde ijverig verschillende ideologieën binnen de Islam, gaande van het meeste strikte Wahabisme tot het meer progressieve. Als een jonge man ging hij vaak naar de moskee, en toen hij 15 was besloot hij een hijab te dragen (destijds identificeerde hij zich als vrouw). Islam was een manier van leven en hij was erdoor gepassioneerd. 

Maar toen hij 20 werd, begon hij te twijfelen, zeker na het lezen van Socrates. “Ik begon na te denken, hoe kon ik na zoveel jaren Islam te bestuderen en zelf erover les te geven toch nog twijfels hebben? Was ik wel moslim?” vertelt hij tijdens een telefoongesprek. Tijdens een korte identiteitscrisis – ongeveer zes maanden – besliste hij zijn hijab niet meer te dragen. Hij beseft nu dat hij Islam eigenlijk altijd al heeft afgewezen in zijn jonge jaren, al zeker door het fysieke en mentale misbruik dat hij ervaarde binnen de moskee. “Je werd gestraft voor vragen zoals ‘waarom denken Christenen op die manier en wij op deze,’ terwijl het absoluut normaal is om nieuwsgierig te zijn als kind,” vertelt hij. 

Mijn afwijzing gebeurde wel niet van de ene dag op de andere; het was een gestaag proces van afstand nemen, vol tegenstellingen, overschrijdingen en vaak doordrongen met een schuldgevoel. Deze distantiëring was ook heel eenzaam voor ons allen. Yasmina en ik namen afstand van onze moslimkringen, en Miou, die opgroeide in een witte omgeving, voelde zich ook daar eenzaam. “De druk kwam niet alleen vanuit mijn familie,” vertelt Miou. “Omdat ik altijd al trots was een Marokkaan en moslim te zijn in mijn witte omgeving, voelde het ook alsof ik die identiteit moest uitstralen. Toen ik mijn geloof afwees, voelde ik me een leugenaar.” En Abbas, die durfde amper iemand erover te vertellen. 

Uiteindelijk was hetgeen wat we vooral tekort kwamen in onze lessen over Islam tederheid en liefde, in plaats van angst. “We leerden over Islam in een context van angst en bijgeloof: angst voor de hel en voor God. Maar dat is niet Islam. Islam draait om liefde,” vertelt Yasmina. We hebben alle vier herinneringen aan vrouwonvriendelijke lessen van toen we jong waren, of nog beter, van bedenkelijke verhalen die mythe en religie vermengen zoals: “stap niet op een rioolput want de duivel zit eronder” of “als je je nagels afbijt en dan weggooit, zal de duivel komen en je ermee krabben in de hel.” Het is belachelijk en zever als je het zo zegt, maar voor een kind creëert dat een klimaat van angst en het maakt het geloof minder geloofwaardig. 

Dat was dezelfde dynamiek van angst die mijn ramadan binnendrong destijds: de angst dat ik het niet perfect zou doen en dat God mijn zonden niet zou vergeven. En tijdens de periode dat ik afstand nam van Islam, verdubbelde dat schuldgevoel alleen maar: is het nog logisch om het vol te houden als ik ga feesten en niet eens regelmatig bid? Ik kan je nu al vertellen dat vasten en katers geen goeie combo zijn. 

Yasmina en ik merkten ook op dat we na onze afstand, toenadering zochten bij niet-religieuze spirituele praktijken: meditatie, alternatieve therapie, astrologie enzovoort. Alsof we rituelen nodig hadden om onze mentale gezondheid te behouden. Dat was ook zo voor Miou: “Ik heb verschillende esoterische praktijken geprobeerd, maar nu probeer ik gewoon rationeel te denken. Maar ik blijf er wel bij dat Tarot, bijvoorbeeld, een interessante tool is om jezelf te onderzoeken.” Vandaag is Miou uit de kast als trans persoon, claimt atheïsme en wil gewoon een goed persoon zijn, “niet uit angst, maar omdat dat normaal is.” 

“Je eigen geloof in twijfel trekken, dat is je eigen verantwoordelijkheid, maar niet meedoen met de ramadan of ermee stoppen kan reacties uitlokken. Het is daarom dan ook best een moeilijke beslissing om te maken, een soort van outing als niet-moslim.”

In tegenstelling tot Miou, hebben Yasmina, Abbas en ik ons verzoend met Islam in verschillende gradaties. Wat voor Yasmina en mezelf een echte verandering teweeg bracht was hoe het feministische en queer discours de seksistische (en exclusief mannelijke) interpretaties van de Koran in vraag stelden, en een nieuwe lezing voorstelde waarin we onszelf beter kunnen herkennen. Een sura heeft verschillende mogelijke betekenissen, en in verkeerde handen kunnen die heel gevaarlijk zijn. Volgens deze mensen bestaan er geen homofobische teksten in de Koran, het zijn eerder homofoben die homofobische interpretaties tot stand hebben gebracht. Zo leerde ik bijvoorbeeld in de godsdienstlessen dat ik niet kon vasten als ik mijn maandstonden heb want ik was “onrein”, maar volgens andere lezingen zijn de redenen om niet te vasten tijdens je regels puur voor je gezondheid (fysiek en mentaal). Opeens werden de vrouwonvriendelijke interpretaties die we van kinds af mee kregen vertaald op een open en inclusieve manier die eindelijk logisch leken. We merken zelfs dat onze niet-religieuze spirituele rituelen compatibel zijn met de Islam: bidden is uiteindelijk een vorm van meditatie, en best filosofisch, en de Islam maakt ook gebruik van de maankalender. 

Voor Abbas was het een telefoontje dat hem in 2018 wakker schudde, het kwam van een van zijn leraren uit de Koranschool waar hij vroeger lessen volgde, een paar maanden nadat hij voor zichzelf had besloten dat hij geen moslim meer was. “Hij stelde me een moslimretraite voor in Spanje, eentje met soefistische invloeden (een meer spirituele vorm van Islam), en eerst had ik dat afgewezen. Deels omdat ik mezelf niet langer zag als een moslim en omdat ik die stroming me nooit echt aansprak,” vertelt hij. “Maar we hadden een lang gesprek over mijn ervaringen en ik besloot uiteindelijk om te gaan.” In de retraite herontdekte hij een open Islam, waar hij vrij kon praten over seksualiteit en homoseksualiteit met de Sheikh (de leraar) in het hartje van een gemengde moskee waar je zelfs geen hoofddoek mocht dragen. “Dat was ondenkbaar voor mij,” vertelt hij. Sinds 2020 identificeert Abbas zich als trans man, hoewel hij zich nog niet ge-out heeft in al zijn kringen. 

Ik heb het gevoel dat het nodig is om al deze personen hun verhalen uit te leggen om te kunnen praten over de ramadan, want de verschillende fasen in onze levens leggen ook onze relatie uit met deze maand. De Islam heeft vijf pijlers: de geloofsbelijdenis, bidden (vijf keer per dag), aalmoezen geven, ramadan en de bedevaart naar Mekka. Radaman is waarschijnlijk de bekendste en meest zichtbare van de vijf, want tenzij je stiekem eet, is niet vasten een zichtbare daad, en soms zelfs een statement in bepaalde contexten. Niet meedoen met de ramadan betekent openlijk zeggen tegen je omgeving (je familie, je maten of zelfs je godsdienstleraar), “ik betuig mijn geloof in Islam niet.” Je eigen geloof in twijfel trekken, dat is je eigen verantwoordelijkheid, maar niet meedoen met de ramadan of ermee stoppen kan reacties uitlokken. Het is daarom dan ook best een moeilijke beslissing om te maken, een soort van outing als niet-moslim. 

Tijdens deze maand van ramadan zijn onze ervaringen uiteenlopend. “Ik keek vroeger uit naar de ramadan,” vertelt Miou. “Elk jaar was ik enorm emotioneel en begon altijd te huilen tijdens het eerste gebed, ik bad altijd voor Palestina.” Voor hen was het een maand van zuiverheid, verbondenheid, familie en verzoening. Maar nu is het een maand vol eenzaamheid: “het is pijnlijk want ik voel me echt alleen,” geeft Miou toe.

Sedert een paar jaar doet Yasmina weer mee met de ramadan, en wat voor haar vooral belangrijk is, is om mild te zijn voor zichzelf en doen wat voor haar werkt. We stellen ons beiden vragen bij niet drinken tijdens het vasten: is het echt gezond, wat betekent het voor onszelf en waar komt deze restrictie vandaan? Yasmina heeft een eetstoornis, daardoor let ze heel erg op tijdens het vasten. “Ik luister naar mijn lichaam en als ik merk dat het niet samengaat met wat ik doe tijdens de dag, dan eet ik.” Deze aanpak zou ze ook graag toepassen op het bidden. “Mijn zus is opnieuw aan het bidden en ik zou dat ook graag willen doen, maar ik durf niet omdat ik bang ben dat ik het niet vaak genoeg ga doen,” vertelt ze. “Maar eigenlijk ben ik steeds vaker aan het denken dat ik niet zoveel druk moet uitoefenen op mezelf. Een gebed per dag is al goed genoeg voor jezelf en je weg naar Allah.” 

Abbas heeft diabetes en heeft dus nooit gevast tijdens de ramadan, hij heeft het dan ook altijd al moeilijk gehad om zich verbonden te voelen met dat ritueel. Het duurde voor hem een aantal jaar tegen dat hij begreep dat het meer was dan enkel vasten, het is meer een maand van persoonlijke bezinning. “Tijdens deze maand wil ik werken aan mijn relatie met God en mezelf,” zegt hij. “Men zegt dat de duivel er niet is tijdens ramadan, maar het ego zal er altijd zijn. Ik wil mijn gedrag observeren in die context.” 

Voor mezelf is het de eerste keer in een lange tijd – na enkele jaren van best wel verwarrende ramadans waar ik een paar dagen hier en daar zou vasten en uiteindelijk het opgaf en ging gaan feesten – dat ik beslist heb om de hele maand te vasten. Naast het vasten heb ik ook een doel gesteld om meer te mediteren, het in mijn sociale en professionele leven wat rustiger aan te doen, mijn consumptiepatronen te herzien (mijn aankopen reviseren maar ook een simpel en gebalanceerd dieet aanhouden in de avond), de sheitan van het feesten vermijden en wat rustige momenten doorbrengen met vrienden en familie. De ramadan is nog niet voorbij tijdens het schrijven van dit artikel, dus er kan nog van alles veranderen. Misschien mislukken sommige van mijn voornemens – en dat is oké. En hoewel ik betwijfel of de term zelfs in de Koran voorkomt, is mijn doel voor deze ramadan om te chillen.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.