In de Bijlmer vangt een groep anarchistische christenen illegale asielzoekers op

Alle afbeeldingen via noelhuis.nl. Foto door Gerritjan Huinink

Het is een dinsdagavond in de Bijlmer. Op de voordeur van een onopvallende nieuwbouwflat hangt een bordje met daarop: ‘kernwapenvrij verklaarde woning’. Het is het Jeannette Noëlhuis: een christen-anarchistische woongroep die illegalen opvangt, waaronder bootvluchtelingen. Een Afrikaanse vrouw doet open en loopt voor me uit naar de keuken. Ze vraagt of ik misschien mee wil eten. Aan de muur een Gandhi-poster en een Jezusbeeld.

Op de site van het opvanghuis staan vrolijke groepsfoto’s, maar ook teksten als “Onze loyaliteit aan het Koninkrijk van God is groter dan aan het Koninkrijk der Nederlanden.” De levensstijl van de vaste bewoners is gebaseerd op de Catholic Workerbeweging uit Amerika. Wat voor mensen wonen in dit huis? En hoe radicaal zijn ze?

Videos by VICE

In de keuken zit Mattias (28) aan tafel. Hij is één van de vaste bewoners (vier mensen plus aanhang) in het huis. Hij woont hier al zes jaar, en doet hier de huiswerkbegeleiding en administratie. Ik vraag hem of het niet een extreme stap was om hier te komen wonen. “Je hebt geen privacy,” zegt hij. “En vaak hebben de mensen die we hier opvangen trauma’s. In dat opzicht is het extreem.” Laatst nog woonde er een Noord-Koreaan in de kamer naast hem, met wie hij geen woord kon wisselen. Mattias is hier gaan wonen omdat hij een ander leven wilde dan een eigen appartement met IKEA-meubelen en een plasmascherm aan de muur, vertelt hij.

Foto door Sophie Hinger via noelhuis.nl

Ondertussen luidt de Afrikaanse vrouw die opendeed een bel: het is etenstijd. Een groepje Afrikaanse vrouwen, een Aziatische en een Arabische man betreden de grote keuken. Vanavond eten ze rijst met satésaus en broccoli. Voor het eten is het stil; een paar mensen bidden.

Volgens Mattias zijn er nog nooit politie-invallen in het huis geweest, waar plek is voor de (tijdelijke) opvang van maximaal 18 illegalen, waarvan ongeveer 15% bootvluchteling. “Sterker nog, een keer bracht de politie een vrouw met peuter hier. Ze was slachtoffer van huiselijk geweld, had geen papieren en had acuut een slaapplek nodig. Daarbij: invallen heeft geen zin. Dan pak je maar een heel klein deel aan.” Hij wijst naar buiten. Zuidoost is de buurt waar de meeste ongedocumenteerden van Nederland wonen.

Dan komt Saskia (64) binnengelopen. Ze is lerares en geeft hier twee keer per week Nederlands. Ze houdt een stapel kopietjes vast met de tekst van Aan de Amsterdamse grachten, die ze de bewoners probeert te leren. Ze vindt dat de Nederlandse media op een verkeerde manier aandacht besteden aan de bootvluchtelingen. “Nederlandse burgers worden slapende gehouden, of door de tv, of door drugs, of door tranquilizers. Dit is een democratie zonder kritische burgers.”

Ze loopt door naar de gang. Die is bijna dertig meter lang, met aan weerszijden slaapkamerdeuren. Saskia steekt twee kaarsen op een altaar aan. “Laat maar branden voor de heilige geest,” antwoordt een huisgenoot.

Aan de muren in de gang hangen religieuze en activistische posters. Een deur in het midden, met een plaatje van biddende handen erop, leidt naar de gebedsruimte. Binnen hangt een kruis aan de muur en liggen bidkrukjes en bijbels op de grond. De ruimte kijkt uit op een bedrijventerrein.

In de studeerkamer zit Frits (53), die sinds 1996 in het huis woont. Hij draagt een ruitjesoverhemd en Birckenstocks, en vertelt dat hij vroeger al meedeed aan protestmarsen in Nevada tegen kernproeven. Vorig jaar, tijdens de Nuclear Security Summit, werd hij samen met een andere huisgenoot opgepakt. Toen protesteerde hij tegen kernenergie.”Er zit altijd wel een Catholic Worker in de gevangenis.”

Daarin zit het radicale van de beweging, die in de jaren dertig in Amerika ontstond: op punten waar zij het oneens zijn met hun overheid – in dit geval dus immigratie en milieubeleid – vinden zij de wetten van het christendom, over bijvoorbeeld naastenliefde, zwaarder wegen. De oprichter van de beweging, Dorothy Day, liet zich af en toe arresteren en voor enkele weken gevangennemen, om haar protest kracht bij te zetten. De vier vaste bewoners van het huis in de Bijlmer wijden zich fulltime aan het huis, actievoeren en religie (zo is er elke woensdag een bidavond). Wereldwijd zijn er meer dan tweehonderd van dit soort huizen.

De vaste bewoners. Matthias (rechtsboven) en Frits (linksonder)

Ik vraag Frits naar zijn mening over het Bed, Bad en Brood-akkoord. Op de site van het huis hebben ze hier namelijk een uitgebreid statement over geplaatst, waarin ze spreken over de situatie van ‘illegale Untermenschen’. “Ik vind dat het tot twee doodlopende wegen leidt. Ik ben niet voor het wegsturen en afwijzen van asielzoekers, maar ook niet voor het pamperen. Ik ben voor fair trade: zorg dat het beter gaat in de landen waar de vluchtelingen vandaan komen, zodat ze niet meer hoeven te vluchten. En geef de mensen die wel komen een sofinummer en laat ze dan zelf werk on onderdak zoeken, met behoud van reispapieren, zodat ze verder of terug kunnen migreren als het hier tegenzit of thuis opklaart.”

Volgens Frits is het bekeren van de opgevangen mensen geen doel. “In het huis wonen alle religies door elkaar. Wel probeert het huis te ademen vanuit de geest van God.” Ondertussen komt dochter Jia Jia (17) erbij zitten. Zij is in het huis opgegroeid en naar eigen zeggen niet anders gewend. Ze helpt vaak met het maken van spandoeken voor wakes en protesten. Zo stond ze bijvoorbeeld voor de vrijlating van Bradley Manning voor het Amerikaanse consulaat met het spandoek ‘Jesus Loves Wikileaks’.

Een volgende actie die Frits voorbereidt heeft te maken met drones. “Vanuit Amerika loopt er een glasvezelkabel naar de Amerikaanse luchtmachtbasis Ramstein in Duitsland. Die kabel is verbonden met dronebestuurders in Amerika, die drones in het Midden-Oosten aansturen. Vanuit Ramstein worden deze signalen uitgezonden. Het lijkt mij geweldig om met een groep mensen die kabel op te graven en door te knippen.”

Frits zegt dat hij mensen kent die thuis ongedocumenteerden opvangen. Iets wat steeds meer Nederlanders doen. “Dat is wel intenser. Dan heb je iemand in je privésfeer, en dan ga je je helemaal in zo iemand verdiepen. Met een groep kun je meer bereiken en meer delen. En het is een stuk gezelliger.”