Is het een goed idee om vlees duurder te maken?

duurvlees

Discussiëren over je vleesconsumptie is nooit echt gezellig. Het begint met de simpele vraag of de mens niet te veel vlees eet, en voor je het weet word je uitgemaakt voor een ‘voorstander van de dieren-holocaust’ of een ‘eco-fascist die zich godverdomme niet zo moet aanstellen’. Toch is het belangrijk om die discussie aan te gaan, want hoe je het ook wendt of keert: de vleesindustrie zoals die nu is, is aan vernieuwing toe. Onze vleesconsumptie zorgt niet alleen voor een hoop dierenleed, maar het is ook nog eens hartstikke slecht voor het milieu en onze volksgezondheid.

Het duurder maken van vlees zou volgens sommigen hiervoor een oplossing zijn. Dat kan door een vleestaks in te voeren, waarbij de btw verhoogd wordt naar 21 procent. Het idee hierbij is dat een goedkope kiloknaller niet de kosten dekt die de boer moet betalen voor een duurzame productie, en ook niet de prijs die we met z’n allen betalen voor onze gezondheid en de impact op de aarde. Partij voor de Dieren pleit voor een vleestaks, ook GroenLinks ziet hier wel iets in.

Videos by VICE

Het idee van zo’n duurder wordend lapje vlees roept uiteenlopende meningen en ook een hoop vragen op. Vergroot dit niet de kloof tussen arm en rijk? Wat gebeurt er met dat extra geld dat we zouden betalen betalen? En mag de overheid zich bemoeien met wat we in onze mik steken? Kortom: is zo’n vleestaks eigenlijk wel een goed idee? We spraken Floris de Graad van de Vegetariërsbond, Jeroom Remmers van True Animal Protein Price Coalition (TAPPC) en Wytse Sonnema van LTO Nederland over dit plan.

Meer betalen voor vlees, minder voor onze gezondheid?

In Nederland eten we twee keer meer vlees dan vijftig jaar geleden, en consumeren we meer eiwitten dan we nodig hebben –  een ontwikkeling die impact zou hebben op onze gezondheid. Volgens onderzoek zou onze overmatige consumptie van vlees namelijk zorgen voor een hoop ziektes zoals diabetes, darmkanker en beroertes. Een vleestaks zou mensen dus stimuleren om minder snel een ongezonde hap vlees naar binnen te kegelen.

“Volgens ons onderzoek vindt 65 procent van de Nederlanders vlees te goedkoop,” vertelt Jeroom Remmers van TAPPC, een organisatie die zich hard maakt voor een eerlijke (en dus hogere) vleesprijs, aan VICE. “We veroorzaken door onze vleesconsumptie in de maatschappij miljarden euro’s aan schade. We vinden het dan ook alleen maar eerlijk dat de consument daarvoor die prijs betaalt, en niet andere partijen.”

Remmers doelt niet enkel op grote schadekosten die we later zullen moeten betalen, maar ook op kosten die we nu al meteen terugzien. Als er in Europa een heffing op vlees zou worden ingevoerd, dan zouden volgens een onderzoek uit 2018 van Oxford University onze gezondheidskosten flink dalen: we zouden 25 procent minder verwerkt vlees eten, wat tot 1680 minder sterfgevallen zou leiden en ons 376 miljoen euro in zorgkosten besparen.

Beter voor onze planeet?

Een van de meest aangehaalde voordelen van zo’n vleestaks is dat het beter zou zijn voor het milieu. Vleesproductie zou verantwoordelijk zijn voor veertig procent van de broeikasgassen die vrijkomen bij de productie van het voedsel voor de gemiddelde Nederlander. Ongeveer een kwart van het wereldwijde watergebruik gaat naar de productie van dierlijke producten. En ja, ook koeienscheten zijn hartstikke slecht voor onze planeet: een gemiddelde koe ruft dagelijks zo’n 400 liter methaangas uit, wat vervolgens onze ozonlaag aantast. Kortom: de manier waarop we vlees produceren, en vervolgens consumeren, is enorm belastend voor onze planeet.

Voor Floris de Graad, directeur van de Vegetariërsbond, is dit een van de hoofdredenen om vlees duurder te maken. Samen met onder andere hoogleraren en economen stelde hij een manifest op waarin ze pleiten voor een prijsverhoging van vlees tot zo’n 25 procent. Voor hem is het heel simpel: enerzijds zou zo’n prijsverhoging ervoor zorgen dat je met dat extra geld het milieu kan herstellen, door bijvoorbeeld te investeren in duurzame landbouw. Anderzijds zou hierdoor de consumptie van vlees teruglopen.

Minder dierenleed?

Van de meer dan 70 miljard dieren die jaarlijks in de veehouderij worden gehouden, brengen 50 miljard hun leven door op fabrieksboerderijen, waar ze vaak in te kleine stallen zitten tot ze – niet altijd op de meest fijngevoelige manier– geslacht worden.

In het voorstel van TAPPC wordt onze vleesconsumptie in tien jaar tijd gehalveerd. Dat zou betekenen dat het aantal slachtingen van dieren ook met de helft verminderd. “Anderzijds willen we dat een derde van die opheffingskosten ingezet wordt voor welzijnsverbeteringen in die hele keten. Dat gaat zowel over de omstandigheden bij de boer, als bij het transport en de slachterij,” vertelt Remmers. Met andere woorden: er zou meer ruimte voor de dieren in de stallen komen, niet alleen omdat er minder dieren nodig zijn, maar ook omdat er geld is om de boer te compenseren en van grotere stallen te voorzien.

Oneerlijk?

Hoewel er genoeg redenen zijn om tegen kiloknallers te zijn, is spotgoedkoop vlees vaak een uitkomst voor mensen die het niet breed hebben. Niet iedereen heeft de middelen om een verantwoord biologische kipfilet te kopen, of om een Beyond Burger te eten als vleesvervanger. Vergroot een vleestaks dan niet de kloof tussen arm en rijk?

Volgens Remmers is dat op te lossen door ander voedsel goedkoper te maken. “De politieke partijen die trouwens voor zo’n vleesheffing zijn, pleiten er vaak ook voor dat de btw van groenten en fruit verlaagd wordt,” vertelt hij. Niet onnodig, als je bedenkt dat sinds 2000 de prijs van groenten en fruit veertig procent duurder is geworden.

Maar al zou ander voedsel goedkoper worden, je totale kosten zullen altijd wat hoger liggen als je toch beslist vlees te eten. “Het is dan belangrijk dat arme mensen meer uitkering krijgen, waardoor ze hun voedsel nog steeds kunnen betalen,” vertelt Remmers.

Volgens De Graad kunnen we sowieso allemaal wel wat minder vlees hebben. “De gemiddelde Nederlander eet veel meer vlees dan nodig is,” vertelt hij. “Het is een achterhaald idee dat je vlees nodig zou hebben.”

Waar gaat dat geld dan naartoe?

Volgens de berekening van TAPPC zou een vleestaks 1,351 miljard euro per jaar opleveren. Een flinke smak geld, dus.

Volgens De Graad zou dit extra geld kunnen gaan naar onderzoek naar bijvoorbeeld goede vleesvervangers, en naar de boeren zelf. Zij zullen dan met andere woorden minder vlees produceren voor hetzelfde geld. Dat benadrukt ook Remmers. “Boeren moeten meer betaald worden voor hun werk, zodat ze zelf meer geld krijgen om duurzaam en diervriendelijk vlees te produceren,” zegt Remmers.

Klinkt als een nobel plan, maar is het ook realistisch? Kan je wel garanderen dat het geld  naar de boeren zelf gaat en niet gewoon verdwijnt in de staatsschatkist? Gaan mensen niet gewoon trucjes vinden om dit plan te omzeilen? Volgens recent onderzoek van adviesbureau EY is de kans op fraude erg groot als je de vleestaks alleen in Nederland zou doorvoeren: slachterijen zouden dan gewoon verhuizen naar net buiten de rand van Nederland. Ze zien alleen succes in het plan als de taks naar heel Nederland wordt doorgevoerd.

“Dat is zeker een terechte zorg,” zegt Remmer. “Het is echt belangrijk dat politici bij de les blijven. Wij hebben hier een voorstel voor uitgewerkt: we vinden dat 600 miljoen euro per jaar extra naar de boeren moet gaan. Maar dat is ook ingewikkeld, want daar zijn ook een hoop regels voor. Maar ja, anderzijds doet de overheid dit ook bij de energieheffing: dat geld wordt nu ook gebruikt om duurzame energie te subsidiëren.”

Wie bepaalt eigenlijk wat jij in je mond steekt?

Mag de overheid zich bemoeien met wat je eet? Een belangrijk vraagstuk, vinden zowel Remmers als De Graad. “We constateren dat er een verschil is tussen wat de achterban van verschillende politieke partijen wil, waaronder ook de CDA en VVD, en wat de politiek doet,” vertelt Remmers. “Ik denk dat ze toch nog bang zijn dat het andere deel van hun kiezers er niet blij mee zal zijn.” Volgens Remmers is de politiek huiverig om in te grijpen in de keuzes van de consument. “Maar ja, aan de andere kant geven ze dan wel een hoop subsidies aan de productie van vlees en zuivel. Daarmee beïnvloed je ook de prijzen van voedsel, want je maakt het daardoor goedkoper. Ze zijn gewoon bang, en dat is onterecht, want als je dit plan goed uitlegt aan je kiezers, kan je duidelijk maken dat iedereen hier beter van wordt.”

Wat vinden boeren hier zelf van?

Wytse Sonnema van Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland, een belangenvereniging voor boeren, laat weten dat ze tegen de vleestaks zijn. Hij beaamt dat vlees te goedkoop verkocht wordt door supermarkten. “De kosten van vlees komen nu nog te weinig terug in de winkelprijs,” schrijft hij in een e-mail aan VICE. “De prijzen houden geen gelijke tred met de productie-eisen en -standaarden. Consumenten kunnen met de keuzes die zij in de supermarkt maken, bijdragen aan duurzaam voedsel dat onze boeren en tuinders produceren. Wij maken ons dus hard voor duurzaamheidsinitiatieven waarbij de boer een meerprijs krijgt ter compensatie van de extra inspanningen voor klimaat, natuur, omgeving en/of dierenwelzijn.”

Toch is de LTO nog huiverig voor een vleestaks. Eerst en vooral vinden ze dat het al dan niet eten van vlees een persoonlijke keuze is. “Daarbij: vlees past in een gezond en gevarieerd voedingspatroon – er zitten veel goede voedingsstoffen, eiwitten en vetten in vlees. Daarnaast vinden veel mensen de smaak van vlees lekker,” schrijft Sonnema.

Volgens Sonnema zouden de kosten van de taks uiteindelijk toch bij de boeren terecht komen. “Om aan de consumenteneisen zoals zorg voor biodiversiteit, milieu en dierenwelzijn te kunnen voldoen, moeten boeren en tuinders fors investeren,” schrijft hij. “Er wordt al veel gedaan om de veehouderij nog duurzamer te maken. Denk aan goede initiatieven als het Beter Leven Keurmerk, dat in bijna alle supermarkten is terug te vinden. We doen dus al veel aan duurzaamheid. Dat blijft helaas veel onderbelicht.”

Remmers reageert op de opstelling van LTO door naar Duitsland te verwijzen, waar deze week een minister met steun van de landbouworganisatie een voorstel heeft gedaan voor een btw-verhoging op vlees. Daarmee wil de landbouworganisatie boeren helpen om stalverbeteringen mogelijk te maken. “LTO vertrouwt het volgens mij gewoon nog niet helemaal. Ze denken gewoon: eerst zien, dan geloven.”

Te complex?

Het is een complex vraagstuk. Er zouden nog een hoop vragen onbeantwoord zijn: wat moet je bijvoorbeeld doen met een pizza waar een stukje salami op ligt? En als er minder vlees gegeten zal worden, hoe kan je dan een grote inkomstenbron garanderen voor boeren? Volgens sommigen is dit plan dan ook te veel gebaseerd op giswerk, en te weinig gefundeerd op goed, empirisch onderzoek dat glasheldere resultaten kan garanderen.

Volgens Remmers is er echter al genoeg bewijs dat dit zou werken, en ook dat de Nederlandse bevolking hier voor open staat. Twee jaar geleden gaf 52 procent van de Nederlanders aan dat ze wel meer voor vlees zouden willen betalen als dat betekent dat groenten goedkoper worden. “We moeten het gewoon doen in de plaats van steeds te wachten op meer resultaten. Het is tijd om nu actie te nemen.”