De afstudeershows van de kunstopleidingen zijn weer begonnen – hoog tijd dus om de kersverse aanwas aan jonge kunstenaars onder de loep te nemen.
De studenten Art Communication & Design van de Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg hebben hun afstudeerwerk gepresenteerd, en het leeft. Een van de afstudeerprojecten is bijvoorbeeld een geraamte van een kledingstuk, waarop zijderupsen langzamerhand een blouse weven. Klaar terwijl u wacht.
Videos by VICE
Dat is zeker niet de meest efficiënte manier om kleding te maken, maar daar gaat het ook niet om. Bij deze opleiding staat experience design centraal, een manier van vormgeven waarbij het, zoals de naam al zegt, draait om de ervaring. We vroegen vier studenten naar hun afstudeerproject, en hoe ze het willen uitbouwen in de toekomst.
Sophie Kleuskens (21), studeert af met: Social Fuel
Wat is de bedoeling van deze keramische set?
De set werkt als een soort puzzel. Het bestaat onder andere uit kopjes, bordjes, kommetjes, schaaltjes, een theepot, een koffiepot en potjes waar je theelichtjes in kunt zetten. En ringen waarmee je bepaalde onderdelen kunt stabiliseren. Sommige onderdelen zijn bol aan de onderkant, dus dat is nodig ook.
Waarom zijn ze dan bol?
Omdat je elkaar zo moet helpen om de set te kunnen gebruiken, door de onderdelen te vinden. Je moet er voor samenwerken. Ik wilde met dit werk het sociale aspect van eten versterken, omdat ik merk dat veel mensen ’s avonds niet de tijd nemen om rustig samen te eten. Terwijl de avondmaaltijd juist een moment zou moeten zijn waarop je eindelijk samen met elkaar bent, en aandacht hebt voor elkaar. We verwaarlozen ons sociaal contact door onze drukke agenda’s.
Hoe gaat dat eraan toe in jouw eigen leven?
Als ik bij mijn ouders eet, eten we samen aan tafel. Maar zodra we klaar zijn gaan we weer verder met ons eigen ding. Eten is voor mijn gevoel een soort taak geworden, iets dat moet gebeuren, geen rustmoment. Dat beeld kwam ook naar voren uit de enquête die ik bij studenten heb afgenomen.
Wat zijn je plannen voor na de opleiding?
Ik ga mijn project nog verder ontwikkelen, omdat ik denk dat er nog veel onderzoek naar het onderwerp gedaan kan worden en het een relevant onderwerp is voor onze eetcultuur. Ik zou ook graag een eigen ontwerpstudio willen beginnen binnen voedseldesign.
Matthias Gigengack (28), studeert af met while(true)
Je afstudeerproject bestaat uit een performance van een danseres, die met haar eigen 3D-scan danst. Hoe werkt dat precies?
De choreografie wordt bepaald door zowel de danser als de computer. Ze reageren op elkaar: de bewegingen van de danseres worden omgezet in fysieke data, waar de computer vervolgens haar digitale verschijning op baseert. Dat gebeurt op basis van een willekeurig algoritme, waardoor de danser nooit weet welke bewegingen er precies uit haar input ontstaan. Andersom weet de computer niet wanneer de danseres besluit om de sensoren extra te stimuleren. Het is dus een gelijkwaardig samenspel tussen mens en computer.
Wat is het idee hierachter?
De technologische ontwikkelingen van de afgelopen twintig jaar vind ik aan de ene kant beangstigend, maar aan de andere kant enorm fascinerend. We omringen ons met technologie, die tegelijkertijd steeds minder goed zichtbaar is. We weten meestal niet hoe apparaten écht werken. Met dit werk onderzoek ik de relatie tussen het menselijke individu en zijn eigen digitale representatie, en wat er gebeurt als die twee elkaar ontmoeten.
En, wat gebeurt er in dit geval?
De danseres, Steffi de Leeuw, voelde zich in eerste instantie erg geïntimideerd en zag het beeld als een te perfecte kopie van zichzelf. Maar gedurende de samenwerking viel me op dat ze het beeld steeds meer als entiteit is gaan zien. Ze erkende het digitale dus deels als iets levends, iets dat fysiek aanwezig is.
Ga je hierna ook verder met dit thema?
Ja, in september start ik met de master New Media Design aan Tilburg University. Verder ben ik een eigen bedrijfje gestart, genaamd Morphic Digital, waarmee ik nog veel meer projecten wil uitvoeren die zich op de grens tussen fysieke en digitale interactie bevinden.
Iris Seuren (25), studeert af met Purity of silk
Begrijp ik goed dat dit zijderupsen zijn die op een geraamte een kledingstuk maken?
Ja, het wordt een blouse. Het geraamte dat ze daarvoor gebruiken is speciaal ontworpen voor de zijderups; de dikte van de lijnen zijn aangepast op hun grootte. Het geraamte is gemaakt van polyvinylalcohol, waardoor het in water oplosbaar is. Het ontwerp wordt steeds zichtbaarder naarmate de rupsen het zijde weven. De lege vakken tussen de lijnen vullen ze zelf op.
Hoe kwam je hierop?
Mensen verstoren de leefomgeving van de zijderups. Om ze in plaats daarvan juist voor de zijderups te laten zorgen, wilde ik een symbiose creëren tussen de mens en de zijderups, waarbij beiden van elkaar afhankelijk zijn. De rupsen leven in een kunstmatige leefomgeving en hebben de mens nodig om in leven te kunnen blijven. De mens is tegelijkertijd van de rups afhankelijk om zijde te kunnen produceren. Zo draagt de mens dus letterlijk de zorg voor zijn eigen kleding. Door de waarde van het kledingstuk te bevragen, wil ik mensen bewust maken van hun consumeergedrag.
Wil je dat ook na deze opleiding blijven doen?
Tijdens mijn studie heb ik nauw samengewerkt met een van mijn medestudenten, Lieke van der Maas. We hebben ons allebei verdiept in biodesign. De afgelopen tijd hebben we het er vaak over gehad om onze krachten te bundelen en misschien samen een designstudio te beginnen. Verder lijkt het me ook interessant om mijn kennis en ervaring te delen, door bijvoorbeeld les te geven.
Lieke van der Maas (25), studeert af met Itadori
Wat is dat voor plant?
De Japanse duizendknoop, een invasieve plantensoort uit Japan die onze inheemse biodiversiteit en infrastructuur bedreigt. In Nederland wil men er graag vanaf, en wordt het bestreden met chemische middelen of verbranding, wat natuurlijk erg slecht is voor het milieu. Met mijn project maak ik een alternatief lot voor voor deze plant, waarbij deze afvalstof wordt omgezet in iets nuttigs: grondstof, in dit geval voor een collectie potten.
Hoe kwam je op dit idee?
Ik geloof dat we als maatschappij meer circulair moeten produceren, in plaats van lineair, en dus meer moeten kijken naar de mogelijkheden die afvalstromen ons kunnen bieden als grondstoffen. Toen ik onderzocht met welke lokale afvalstromen ik iets zou kunnen, kwam ik bij de Japanse duizendknoop terecht. Om het probleem op waarde te schatten nam ik contact op met de stadsecoloog van Eindhoven, en daaruit bleek dat we in Nederland niet zo goed weten wat we ermee aan moeten.
Hoe heb je de plant tot pot verwerkt?
Ik heb de plant tot de vezels afgebroken, en vervolgens gecombineerd met een aantal varianten van biologisch hars. Ik kwam erachter dat hoe lichter het hars zou zijn, hoe meer vezels ik nodig had om er een verwerkbaar materiaal uit te krijgen, en hoe meer textuur het eindproduct zou krijgen. Uiteindelijk heeft dit geleid tot een collectie potten, waarbij de opbouw van de collectie het proces weerspiegelt.
En hierna ga je dus misschien met Iris samenwerken?
We hebben het er vaak over gehad ja, en ik denk dat dit na de expositie meer vorm zal krijgen. We zijn ook in gesprek met de opleiding om biodesign, of in ieder geval sustainable design, een vastere plek binnen de opleiding te geven. Ik denk dat veel van de kernwaardes van ArtCoDe – omgevingsgerichtheid, kritische reflectie – er goed bij aansluiten.