Toen ik met een vriend in Kenia was, kregen we via een connectie bij een lokaal radiostation de mogelijkheid om een bezoekje te brengen aan een illegale abortuskliniek, die gerund werd door een katholieke dokter. Nadat we een uur in de brandende zon door de stoffige Kibera-sloppenwijk in Nairobi hadden gelopen, bereikten we de kliniek. Terwijl onze vriend Jobe de nodige afspraken maakte, zaten wij er vrij ongemakkelijk bij.
De apotheek was niet groter dan mijn slaapkamer. Achterin deze kleine kamer bevond zich een deur waar een portret boven hing van de Keniaanse president Mwai Kibaki. Exemplaren daarvan zijn alom vertegenwoordigd in bedrijven in heel Kenia.
Videos by VICE
Peter, een dokter uit Kisii, opende de kliniek een paar jaar eerder. Werken in de sloppenwijken kan erg zwaar en soms zelfs gevaarlijk zijn. Na de Keniaanse presidentsverkiezingen in 2007 brak geweld uit in het land, waardoor duizend doden vielen en een kwart miljoen mensen noodgedwongen moesten vluchten. Peter lapte de strijders op in ruil voor bescherming. Ondanks de risico’s die dat met zich mee bracht, zorgde het grote aantal inwoners en het gebrek aan concurrerende medische instellingen in de sloppenwijken ervoor dat Peter een winstgevend bedrijf kan runnen; hij verdient meer dan sommige artsen in grote ziekenhuizen.
Achter de houten deur bevond zich een behandelkamer waarin Peter kleine chirurgische ingrepen uitvoert. Wat we aantroffen was niet meer dan een paar stoelen, een houten bureau en een blauw, gescheurd, plastic matras waaruit de vieze, geelgekleurde vulling stak. Abortussen werden hier vier tot vijf keer per maand uitgevoerd: hetzij chemisch, met behulp van Misoprostol, hetzij door middel van handmatige vacuümaspiratie.
Abortus is nog altijd illegaal in Kenia; vrouwen kunnen er geen vragen over stellen in het openbaar. “Mensen praten niet over abortus uit schaamte,” wist Peter ons te vertellen. “Ze weten dat het gebeurt, maar ze zijn bang om erover te praten, en ze schamen zich ervoor.” In plaats van abortus in de openbaarheid te brengen, vinden er zorgvuldige, geheime onderhandelingen plaats: “In eerste instantie komen vrouwen binnen voor een zwangerschapstest, waarvan de uitslag wellicht positief is. Dan vertelt de dame: ‘Ik ben ongehuwd’, ‘Ik ben gescheiden’, wellicht ‘Ik zou een baan moeten zoeken’, en daarna ‘Ik wil deze zwangerschap niet’.”
Als de vrouw getrouwd is, moet er overleg plaatsvinden met haar man, zelfs in de meest afschuwelijke noodsituaties. “Ik voer de abortus uit, mits haar man komt, en we het eens zijn.” De reden voor deze regel blijkt een zeer praktische te zijn: “Als je niet met hem overlegt, krijg je hier te maken met geweld. Ze zullen je aanvallen. Hij regelt een paar van zijn foute vriendjes en ze vallen je aan, dus mij niet gezien.”
Voor een abortus leg je tussen de 3.000 en 5.000 Keniaanse shilling neer: ongeveer 25 tot 45 euro. Vooraf moet de vrouw cash betalen. Als ze dat niet kan, gaat het niet door. De prijs is hoog, omdat Peter jongere vrouwen wil ontmoedigen. Daarnaast beschouwt hij sommige abortussen als onnodig. “De patiënt moet volwassen en verantwoordelijk zijn.” De meesten zijn ongehuwd en 22+; veel van hen kunnen het zich onmogelijk veroorloven om een kind op te voeden. Seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes is wijdverbreid in de sloppenwijken.
Peter voert een abortus alleen uit bij vrouwen die niet langer dan zestien weken zwanger zijn. De vrouw wordt behandeld, kan tien minuten uitrusten en keert een aantal dagen later terug voor een vervolgafspraak. Hoewel er nog geen patiënten zijn overleden, is de ingreep risicovol. De meest ernstige complicaties zijn bloedingen. Als de abortus mis dreigt te gaan, wordt de vrouw per taxi vervoerd naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis—zich bewust van het feit dat ze daar gearresteerd kan worden.
Deze risico’s wegen echter niet op tegen het alternatief. Omdat abortussen illegaal zijn, worden veel zwangerschappen thuis beëindigd. De methodes die daarvoor gebruikt worden zijn barbaars: “Ze nemen een overdosis kinine, of ze steken een scherp voorwerp in hun baarmoeder,” aldus Peter. Vaak loopt zoiets uit op een onvolledige abortus en ernstig inwendig letsel, waarna de patiënten bloedend bij de kliniek arriveren.
Evenals de meeste van zijn collega’s, vindt Peter dat abortussen legaal zouden moeten zijn: “Heel veel vrouwen overlijden aan de gevolgen van zwangerschapsbeëindigingen die uitgevoerd worden in dorpen. In Lindi gaat geen maand voorbij waarin je niet hoort dat een vrouw op sterven ligt dankzij een of andere kwakzalver. Twee van deze gevallen per maand is geen uitzondering.” Zoals ook in veel andere landen het geval is, heeft het wettelijk verbieden van abortus in Kenia niet als gevolg dat deze niet worden uitgevoerd, maar dat de ingreep een stuk dodelijker is geworden.
Voor een arts is het makkelijk om aan de benodigde materialen te komen. Hoewel Misoprostol een geregistreerd geneesmiddel is, kunnen dokters er vrij gemakkelijk aan komen. Het wordt namelijk ook gebruikt voor de behandeling van maagzweren. Daarnaast verstrekken een aantal overheidsinstanties vacuümaspiratiekits, die Peter op een geheime locatie vlakbij de kliniek heeft opgeslagen. Indien de politie de sloppenwijk aandoet – wat zeldzaam is – en de kliniek doorzoekt, zullen ze dus geen bewijs van strafbare feiten vinden.
Omdat abortussen illegaal zijn, worden artsen niet opgeleid om deze uit te voeren. Om het bestaan van hun kennis en vaardigheden te waarborgen, zijn zij genoodzaakt deze van mond tot mond te laten gaan. Peter liet ons bewijs zien van de bijstand die door verschillende westerse overheden verleend wordt. Deze zouden op de hoogte zijn van zijn activiteiten, en training en advies verstrekken aan hem en zijn collega’s.
Tijdens ons gesprek merk ik de Bijbel in Peters bureaula op: “Ik ben gelovig, katholiek.” Peter bleek een echte family man te zijn: hij is getrouwd en heeft drie kinderen. Hoewel zijn vrouw – en vrome katholiek – hem ondersteunde in de kliniek als apotheker, staat ze negatief tegenover de nevenactiviteiten van haar man: “Ze is erop tegen, ze is er ontzettend op tegen.”
Zijn vrouw spoorde Peter met succes aan om zijn geloof weer op te pakken, maar zijn terugkeer naar de kerk leidde tot een gewetenscrisis over zijn werk als abortusarts: “Nadat ik drie jaar geen voet in een kerk had gezet, heb ik onlangs een dienst bezocht. Nu ben ik van mening dat ik aan de verkeerde kant sta.” Gedreven door de hereniging met zijn geloof, vertelt Peter ons dat hij de zwarte markt wil verlaten. “Ik probeer het deze maand voor de laatste keer te doen. Het is zondig. Het leven begint bij de conceptie. Als je een moment bereikt waarop je beseft dat abortus een zonde is, denk ik dat God je kan vergeven.”
Maar hoe zit het met de vrouwen die zullen sterven zonder zijn hulp? Peter voorziet een vreselijk dilemma: “Wat ik ga vragen [aan zijn priester] is: ‘Wat staat mij als arts te doen?’ Stel: een vrouw komt bij mij vanwege een onvolledige abortus, bijvoorbeeld doordat haar moeder de zwangerschap probeerde te beëindigen in de thuissituatie. Hoe ga ik te werk? Behandel ik de vrouw, zodat ze blijft leven? Of laat ik deze mensen aan hun lot over, omdat ik een christen ben? Wat moet ik doen? Omdat de dorpelingen weten dat er een dokter is die kan helpen, brengen ze deze patiënten naar mij. Als ik hen vervolgens dood laat gaan, keert het hele dorp zich tegen mij.”
Peter kan niet zegevieren. Zijn praktijk voortzetten zou hem een crimineel en een zondaar maken, terwijl het sluiten van zijn praktijk veel vrouwen ter dood kan veroordelen. Op veel plaatsen over de hele wereld is dat de grimmige realiteit van abortussen – mijlenver van theoretische debatten in blogs, kranten, kerken en parlementen. Conservatieven hebben de illusie dat abortus verdreven kan worden door middel van wetgeving of sociale druk. In werkelijkheid zijn abortussen aan de orde van de dag, wat naar verwachting niet verandert: de enige keuze waarvoor we staan, is hoeveel vrouwen wij willen laten sterven, en of artsen als Peter strafbaar gesteld moeten worden voor hun poging om deze vrouwen te redden.