Louis Theroux over schijnwerkelijkheid en scientology

In Amerika zullen de meeste mensen die Louis Theroux zien lopen waarschijnlijk gewoon langs hem heen kijken – de lange man met bruine ogen, een stoppelbaard, en bril is geen opvallende verschijning. Maar na ons interview in een restaurant in New York sprong een Brits koppel dat vlakbij ons zat uit hun stoelen om een selfie met hem te maken, en praatten ze daarna nog enthousiast na over dat ze Theroux in het echt hadden gezien. Theroux mag dan een documentairemaker zijn, maar in Engeland is hij praktisch een rockster.

Voor zijn laatste film My Scientology Movie – de nieuwste toevoeging aan zijn arsenaal van documentaires en televisieprogramma’s, waarin hij onder andere neonazi’s, de Westboro Baptist Church, pornosterren en de Britse tv-presentator Jimmy Savile heeft geprofileerd – moest hij een andere benadering bedenken. Hij wist dat hij niet zijn gebruikelijke strategieën kon gebruiken om binnen te komen bij de ongrijpbare en media hatende Church of Scientology – hij moest creatief zijn. Dus vertelt hij in zijn film het verhaal van de controversiële leider van de kerk David Miscavige door acteurs een aantal verontrustende anekdotes van voormalige scientologyleden te laten naspelen. Samen met beeldmateriaal waarin hij gestalkt wordt door scientologyleden, lukt het Theroux om zijn kijkers een glimp van het leven van de kerkleden te geven zonder echt in hun wereld te infiltreren.

Videos by VICE

Ik sprak de regisseur over zijn nieuwste film, het naspelen van de waarheid, en hoe je afstand houdt als iets heel dichtbij komt.

VICE: Waarom besloot je deze film op zo’n unieke manier te filmen?
Louis Theroux: Het was een plotselinge ingeving. Toen ik besefte dat ik niet kon doen wat ik normaal doe, moesten we terug naar de tekentafel en onze strategie veranderen. Een van de meest fascinerende dingen aan de leden van scientology is de manier waarop zij mensen aanvallen die zij zien als vijanden. Als je jezelf wil neerzetten als een heel normale of ethische groep, moet je je wel realiseren dat het erg vreemd overkomt als je journalisten die over je proberen te schrijven gaat achtervolgen en filmen. Ik had al bedacht dat we wel iets konden met het feit dat ze ons waarschijnlijk zouden filmen, maar afgezien daarvan hadden we nog iets nodig om de rest van de film omheen te bouwen. Toen kwamen we op het idee van reconstructies – een film in een film. Toen ik [de film van Joshua Oppenheimer] The Act of Killing zag, realiseerde ik me dat die reconstructies konden werken als een soort voortvloeisels van de personages. Het waren niet mijn reconstructies, het waren de reconstructies van voormalige scientologyleden, en zij moesten erachter staan.

De film levert niet alleen commentaar op de band tussen scientology en Hollywood, maar ook op films maken in het algemeen. Het laat de achterkant van het maakproces van een documentaire zien, van openlijk praten over het filmen van b-roll tot Marty Rathbun die constant klaagt over repetitieve vragen.
Een van de scènes die ik leuk vind, is wanneer we de zogenaamde “drill” doen [waarbij kerkleden leren hoe verschillende aspecten van de beruchte audits werken] doen. Marty lijkt plezier te beleven aan het leiden van de groep jonge acteurs en de beetjes scientology die hij nog steeds als waardevol beschouwt over te brengen. Hij denkt dat hij echt iets aan het doen is dat psychologisch bruikbaar is voor hen.

Aan het einde, toen ik zei “een applausje voor L. Ron Hubbard?”, liep hij boos weg. Je krijgt het gevoel – wat vaak mijn favoriete moment in documentaires is – dat de film in het honderd loopt. Iemand roept “fuck jou”, de set wankelt, en de microfoon valt op de grond. Je hoort ze nog op de microfoon: “Ik ben fucking klaar met deze shit. Sluit je anders lekker aan bij de sekte van Louis Theroux.” In dat soort momenten zit de spanning, de magie, wanneer het een beetje schuurt. Als [Rathbun] zegt “je vragen zijn fucking flauw en repetitief. Stel me eens een echte vraag,” zegt hij eigenlijk, “je bent een journalist van niks, en ik ben klaar met jou.” Daar zit een bepaalde echtheid in.

Nadat je klaar was met de opnames van deze film, maakte je voor de BBC een documentaire waarin je terugkijkt op jouw relatie met Jimmy Savile. Waarom?
Ik maakte die documentaire [waarin Savile geportretteerd wordt] in 2000, en die werd toen veel bekeken en kreeg goeie recensies. Het voelde voor mij alsof ik goed werk had geleverd. Ik bleef contact met hem houden, en zag hem nog zo af en toe. Het was echt een schok toen er na zijn overlijden werd ontdekt dat hij zo lang en zo vaak kinderen had misbruikt. Ik was er echt van slag van. Toen ik hoorde wat hij allemaal op z’n kerfstok had, begon ik te denken: hoe ga ik hiermee om op zowel een persoonlijke als een professionele manier? Ben ik het aan mezelf, en ook aan zijn slachtoffers, verschuldigd om te proberen erachter te komen hoe ik dit niet heb kunnen zien?

Was het op persoonlijk vlak een moeilijke docu om te maken?
Ja, zeker. Ik moest me verdiepen in een van de ergste dingen die je kan doen – seksueel misbruik van kinderen. Je moet dealen met iets dat zo schokkend is, en dan is de dader ook nog iemand die je kende en waar je enige genegenheid voor voelde. Het is iets dat je op afstand moet houden – ik heb eerder al documentaires gemaakt over pedofielen – maar het is zo anders als het iemand is die je kent.

Zijn er nog onderwerpen die je in je volgende films wil belichten?
Er zijn er heel veel. Ik denk dat R. Kelly fascinerend is voor een documentaire. Ik ben een fan. Ik vind dat hij een briljante muzikant, zanger en songwriter is. Ik vind zijn hele stijl en gevoel voor humor erg aansprekend. Hij heeft duidelijk zijn ups en downs gehad…Ik weet alleen niet of hij ooit zal willen meewerken.

Je maakt veel dingen in Amerika. Waarom kies je zo vaak voor de Verenigde Staten?
Er gebeurt hier gewoon zo veel. Er is een interessante dynamiek tussen Engeland en de VS, waarbij Britten een klein beetje neerkijken maar ook een klein beetje opkijken tegen Amerika, omdat het meer geld en glamour heeft, maar in hun ogen ook weer minder verfijnd is. Er is de gedeelde taal; er is genoeg gedeelde cultuur voor een goede verstandshouding. Maar tegelijkertijd is er ook genoeg verschil om het interessant te houden – op dit punt is de VS de enige superpower ter wereld. Het is een plek van vrijheid en kansen, maar aan de andere kant wordt het land ook geteisterd door criminaliteit en disfunctie en zit het vol extremen. Dat levert goeie verhalen op.

Bedankt!