Muziek

Marcel Dettmann geeft ons een techno-tour door Berlijn

“Traum-zau-ber-baum.” De man die over heel de wereld bekend staat om zijn Vikingachtige verschijning en zijn tientallen technoproducties probeert de naam van zijn lievelingskinderliedje te dicteren in zijn telefoon, om zo uit te vinden wie het heeft gecomponeerd. “Oh, ja! Het is van Reinhard Lakomy. Mooi!” Tijdens onze autorit blijkt dat Marcel Dettmann een jaloersmakende algemene kennis heeft, en voor alles dat hij niet weet, schakelt hij Siri in.

Het is oktober en Dettmann heeft al 97 optredens gehad dit jaar. Dit weekend speelt hij in Italië en Frankrijk, maar toen we elkaar een uur geleden ontmoetten, liep hij zijn Berlijnse appartement uit met wat kokoswater. Het is donderdag. “Sorry, ik ben nog steeds kapot van gisteren,” zegt hij. Toch is hij alert en betrokken in ons gesprek. Als je zijn muziek luistert en naar zijn intimiderende uiterlijk kijkt, zou je niet denken dat hij zo open is.

Videos by VICE

Vandaag neemt hij ons mee op tour door zijn thuisstad om te laten zien hoe hij ooit verzeild is geraakt in techno. Het is de perfecte timing, aangezien hij druk bezig is met een mix maken voor de legendarische DJ-Kicks-serie. De ruitenwisser brengt een toepasselijke, doffe kickdrum voort wanneer we door regenachtig Berlijn rijden. De eerste stop is het voormalige Stasi-hoofdkwartier, wat nu een historische plek is. We kijken naar een bord met foto’s, waarop onder meer de beruchte Berghain-doorbitch Sven Marquardt als punker te zien is in zijn jonge dagen, pal naast een lid van de Volkspolizei.

Twee van de mensen op de bovenstaande foto werken nu bij Berghain.

“Ik heb zwart-witfoto’s altijd fascinerend gevonden,” zegt Dettmann over het prachtige beeld dat in 1985 geschoten werd. De TV Toren is nauwelijks te zien in de verte, met alle wolken die eromheen hangen. Dit is volgens Dettmann het echte Oost-Berlijn. De ramen van de voormalige politiekantoren zijn dichtgemaakt, er leven nu vluchtelingen in de kamers, verstopt achter dekens en sjaals. Dettmanns studio is hier niet ver vandaan.

Dettmann groeide op in Fürstenwalde, een klein dorp net buiten Berlijn. Hij was twaalf jaar oud toen de Berlijnse muur viel en hij lag in bed toen het gebeurde. De volgende dag was hij een van de weinige scholieren die kwam opdagen op school. Dettmann nam destijds judolessen om zijn opvliegerige hormonen te bedwingen. “Daarmee stopte ik toen ik veertien werd, omdat mijn interesses verschoven naar muziek en vrouwen,” geeft hij toe. Maar voor dat zover was, hebben vechtkunsten hem geleerd om op eigen poten te staan – een belangrijke eigenschap voor dj’s. Zijn vader was fan van Depeche Mode, maar hij prefereerde zelf EBM-artiesten als Front 242.

Dettmann kreeg zijn eerste technocompilatie van de oudere broer van een klasgenoot. “Het eerste feest waar ik ooit draaide was een jeugdclub, waar ik van vier uur ‘s middags tot acht uur ‘s avonds speelde. Een vriend en ik mixten dan onze twintig platen aan elkaar.” Zijn muziekdocent leerde hem daarna pas dat je een mixer nodig hebt om te kunnen draaien. “Ik had eerst alleen twee versterkers en twee platenspelers, en ik gooide de fader van rechts naar links zonder enige tact.” De mixer die hij daarna kreeg had geen ingang voor koptelefoons, dus draaide hij nog een jaar zonder.

In 1992 gingen Dettmann en zijn vrienden voor het eerst naar clubs in Berlijn. Hij nam de trein naar Tresor en E-Werk, de belangrijkste plekken voor techno in de vroege jaren negentig. “We gingen daar om 11 uur heen en Tresor opende om middernacht. Om drie uur gingen we altijd weer terug. Destijds was er weinig te doen op dat tijdstip. Daarom zaten we de volgende dag weer netjes bij onze ouders aan de ontbijttafel.” Drugs speelden toen nog geen rol voor Dettmann en zijn vrienden. Ze dronken buiten de clubs biertjes die ze bij een tankstation op de kop hadden getikt.

De verlaten hal van het voormalige radiostation.

Thuis luisterden Dettmann en zijn maten naar DT64, een voormalig radiostation dat technoshows uitzond vanuit een enorm betonnen gebouw in Berlijn. Het gebouw wordt niet langer gebruikt als radiostation, maar het unieke houten interieur van de opnamestudio is volledig herbouwd. Het is een enorme ruimte van zo’n achthonderd vierkante meter, met een plafond dat vijftien meter hoog is. In het midden staat een enorm orgel, die al vijftig jaar niet meer werkt. Dettmann staart naar beneden vanaf het podium, wat hem herinnert aan de festivalpodia waar hij optreedt.

“Op festivals kan je vanaf het punt waar we nu staan de eerste vijf rijen met mensen die voor jou komen niet zien”, zegt hij, “maar je ziet wel de mensen die achterin drinken en praten.” Wanneer hij een thuiswedstrijd heeft (en dus in Berghain speelt) is alles anders: de dj en het publiek bevinden zich op dezelfde verdieping. “Ik ben niet die gast die tegen het publiek roept dat het feest kan beginnen,” legt hij uit, “maar op sommige festivals zoals Dekmantel krijg je alsnog het clubgevoel terwijl je voor 10.000 man staat te draaien.”

Dettmann reist al een lange tijd de wereld rond voor zijn optredens. “Zuid-Amerika, Italië en Frankrijk – dat is waar het momenteel gaande is,” vertelt hij. Hij draaide een keer onder een voetbalstadion in Tbilisi in Georgië. “Club Bassian is enorm en helemaal donker, echt compleet gestoord.” Zijn tours brengen hem ook naar Ibiza, of zelfs Tomorrowland, mede omdat hij mensen de kans wil geven om eens iets anders te horen en zijn muziek te ontdekken. “Ik begon tenslotte mijn carrière in willekeurige raves in kleine dorpen.”

We lopen het radiostation uit. Voordat we verdergaan roken we een sigaret en dan vertrekken we naar de Warschauer Brücke, waar toeristen rondhangen die in de stad zijn om te feesten. Het dient als perfect uitkijkpunt naar het verleden en de toekomst van Berghain.

“Het is gestoord hoeveel hier gebouwd wordt,” zegt Dettmann. “Ik heb gehoord dat ze hier een enorme straat uit de grond trekken vol met winkels en clubs.” We zien een paar meter verderop advertenties voor deze bouwplannen. Als we er naar kijken zien we een plan voor een club die zich middenin een enorm winkelcentrum bevindt. “Holy shit!”, reageert Dettmann.

Hij wijst naar beneden op het bord. “Ostgut zat hier ooit, waar Mercedes-Benz nu zit.” De legendarische club van de Berghain-oprichters die is vervangen door een autofabrikant was de eerste thuishaven van Panorama Bar, die open was van 1998 tot 2003. Dettmann herinnert zich de eerste keer dat hij daar was: “Mijn vrienden zeiden dat er een nieuwe spot in Berlijn was. Van de driehonderd mensen die daar waren, waren er tweehonderd gay, en de hetero’s waren met hun partners. Die mix van mensen heeft deze club gemaakt tot wat het nu is, net zoals Berghain.” Een jaar nadat de club sloot, werd Dettmann resident in Berghain.

De plek waar Ostgut ooit was blijft veranderen.

Als dj kreeg hij daar enorm veel aandacht en heeft hij er veel geleerd. “Toen ik 21 was, heb ik ooit in Ostgut gedraaid om 9 uur ‘s ochtends terwijl ik vrij dronken was en geen shirt aan had. Ik kreeg daar aardig wat gezeik mee de volgende dag. Dat is daarna nooit meer gebeurd. Ik realiseerde me dat ik iets had gedaan wat ik nooit had mogen doen en dat ik moest veranderen.”

Uiteindelijk sloot Ostgut in 2003. DJ Boris speelde de allerlaatste track in de club. “Ik was twee jaar vervreemd van de scene. Ik had geen plek om heen te gaan, waar ik kon relaxen of losgaan. In die zin heeft Berghain mij eigenlijk gered. Ik ben nog steeds onder de indruk wanneer ik de trappen van de club oploop.”

Dettmann en de mensen uit zijn omgeving waren verrast toen de muziekpers het opeens over het geluid van Berghain begon te hebben, want het enige dat ze deden was platen draaien, naar eigen zeggen. Ze waren echter niet verrast toen ze werden bekroond als de beste club van 2009 door DJ Mag. “Natuurlijk is Berghain de beste club van de wereld. Dat wist ik allang.” Nadat ze deze onderscheiding ontvingen maakte de club een stressvolle periode mee. De media in Duitsland schreef over vuisten, het strenge deurbeleid en de drugs die in de club genomen zouden worden. Maar dat waaide snel weer over.

Het deurbeleid blijft een onderwerp waar men zich over fascineert. “Mensen vragen me constant hoe je binnen moet komen. Ik zeg altijd dat ik geen idee heb en dat je jezelf moet zijn,” vertelt Dettmann terwijl hij door de modder slentert achter een voormalige kerncentrale. De plek waar we nu lopen is waar de afgewezen mensen wegsluipen om niet weer vol schaamte langs de rij te moeten lopen. Dit fenomeen kende Dettmann nog niet.

Dettmann vertelt me dat hij niet het gevoel heeft dat Berghain hem het meest beïnvloed heeft. Wat hem gevormd heeft is het Oost-Berlijn voordat het een techno-instituut werd. Het was een moeilijke tijd voor hem. “Voor mijn Ostgut-fase moest ik hard knokken voor elke plaat die ik kocht en elk optreden dat ik had. Ik verkocht mijn kleding en leende geld van mijn broer om nieuwe muziek te kunnen kopen. Ik draaide zodat ik geld had om te kunnen draaien.” Wanneer zijn budget op was, feestte hij op het parkeerterrein van E-Werk in plaats van binnen in de club.

We rijden weg van Berghain, naar het voormalige E-Werk-terrein waar niets meer van de club te bekennen is. “Hier was ooit de ingang,” zegt Dettmann terwijl hij naar een evenementenlocatie wijst die ook E-Werk heet. Van de broedplaats van clubs die het ooit was is niets meer te bekennen. WMF, Cookies, Elektro en Picknick zijn allemaal dicht. Door ons autoraam zien we merklogo’s voor elektronica en cosmetische producten. Dit is waar de ingang van het oude Tresor ooit was, waar je heen ging om Jeff Mills te zien spelen.

Dettmann in Hard Wax.

Volgens Dettmann komt de Detroit-legende nog altijd winkelen bij platenzaak Hard Wax wanneer hij in Berlijn is, net als Carl Craig en andere topartiesten. De winkel in de wijk Kreuzberg is misschien wel de grootste technopilaar van de stad. Het is onze volgende en laatste halte, en Dettmann is hier al vaste klant sinds de vroege jaren negentig. “Dit is waar ik me realiseerde dat ik dit écht leuk vind.”

Daarbij heeft Dettmann ook bij Hard Wax gewerkt in 2003. Hij werd aangenomen zonder te solliciteren, omdat hij al tien jaar over de vloer kwam. “Alles dat Hard Wax heeft is fantastisch: de muziek, de mensen, de sfeer.” Twee klanten vragen of ze met Dettmann op de foto mogen, terwijl we voor een groot vak staan met daarop de letters MDR, wat staat voor Marcel Dettmann Records. Je vindt er platen van artiesten als Kobosil, Answer Code Request en Wrong Copy.

Hoewel Berghain al twaalf jaar bestaat, voelt het voor Dettmann maar als vijf jaar. “Toen ik in 1998 al een lange tijd draaide, vroeg ik mezelf af hoe techno zich zou ontwikkelen. Die gedachte inspireerde me om daar zelf onderdeel van uit te maken.”