Drugs

Werkt microdosering eigenlijk wel? Wetenschappers zijn er nog niet over uit

A smiley face character wearing a in bucket ha

“Ik heb me anders gevoeld en ik ben anders geweest. Of het nu door de microdosering komt of vanwege het placebo-effect, de afgelopen maand heb ik veel dagen gehad waarbij ik terugkeek en dacht: dit was echt een goede dag.” Dit schrijft auteur Ayelet Waldman tegen het einde van haar boek A Really Good Day uit 2017, over haar ingrijpende maandlange experiment met microdoses LSD.

Microdosering is het innemen van een kleine hoeveelheid psychedelica waardoor er geen visuele effecten, vette trip of een lachkick ontstaan. Het is een modieus millennial-wondermiddel geworden tegen van alles, van angst tot creatieve blokkades. Volgens de Global Drug Survey van 2021 heeft één op de vier recente gebruikers van psychedelica microdosering geprobeerd. In de media is er veel aandacht voor het verschijnsel. Therapeutische toepassing is nu op grote schaal beschikbaar, vaak tegen redelijke prijzen, terwijl er op social media veel accounts voorkomen die vrolijk en openlijk microdoseringscapsules verkopen.

Videos by VICE

Wetenschappelijk onderzoek was tot voor kort schaars, maar een reeks studies heeft nu twijfel gezaaid over de vraag of microdosering de gemoedstoestand verandert. Zouden eventuele verbeteringen in de emotionele huishouding veroorzaakt kunnen zijn door het placebo-effect, waar Ayelet het over had? Ik probeer door de hype heen te prikken met de vraag: is microdosering een mythe?

Dr. Torsten Passie, een Duitse psychiater verbonden aan de medische faculteit van de Universiteit in Hannover, schreef in 2019 het boek The Science Of Microdosing Psychedelics. In 1947 vond voor het eerst onderzoek plaats naar de effecten van kleine doses LSD. Experimenten gingen door tot eind jaren zestig binnen wat bekend zou komen te staan als de eerste golf van psychedelisch onderzoek. Er is toen echter beperkt onderzoek gedaan naar de effecten van microdosering – wat meestal een dosis is tussen de 5µg en 20μg LSD of 0,1g tot 0,4g paddo’s (werkzame stof: psilocybine) – op de geestelijke gezondheid.

James Fadiman is een Amerikaanse psycholoog die sinds de jaren zestig onderzoek doet naar psychedelica. In 2010 begon hij een database van gebruikerservaringen op te bouwen, en hierdoor ontstonden concrete onderzoeksgegevens over de effecten van microdosering. Sommige van die ervaringen werden opgenomen in zijn baanbrekende boek The Psychedelic Explorer’s Guide uit 2011. Niet lang daarna belandde microdosering van psychedelica in ons culturele bewustzijn, in eerste instantie via een artikel in het tijdschrift Rolling Stone uit2015 over tech-medewerkers in Silicon Valley.

A woman walks past an
Een giftige vliegenzwam. Foto: Philippe Huguen/AFP via Getty Images

In 2019 volgde een verkennend artikel gebaseerd op meer dan duizend ervaringsverhalen uit Fadiman’s database. Hieruit bleek dat microdosering leidde tot een lange lijst aan verbeterde resultaten op het gebied van de geestelijke gezondheid. Daarnaast zijn er een heleboel andere positieve artikelen en een inmiddels tweehonderdduizend personen tellende subreddit waar fervente microdosers van zich laten horen.

Hoewel we het belang van subjectieve ervaringen niet kunnen negeren, zal de effectiviteit van microdosering moeten worden bewezen binnen een strenger wetenschappelijk kader om medisch legitiem te worden beschouwd. Dus wat zegt het onderzoek eigenlijk?

Een studie uitgevoerd in 2020 met 24 deelnemers aan de Universiteit van Maastricht meldde in de samenvatting dat “de huidige studie selectieve, gunstige effecten van lage doses LSD op de gemoedstoestand en cognitie aantoonde in de meerderheid van de observaties.” Intrigerend is dat dezelfde onderzoekers ontdekten dat microdosering van LSD het niveau van BDNF verhoogde, dit is een eiwit dat de neuroplasticiteit in de hersenen reguleert. Als de neuroplasticiteit (simpel gezegd: het vermogen van je hersenen om zich, op basis van nieuwe ervaringen, aan te passen) niet goed functioneert, zou dit depressie kunnen veroorzaken. Verhoogde neuroplasticiteit zou dus, in theorie, een effectieve behandeling voor depressie kunnen zijn.

Maar een studie van het Centrum voor Psychedelisch Onderzoek van het Imperial College in London die in maart 2021 werd gepubliceerd, veranderde de toon van het debat rond microdosering. 191 ‘burgerwetenschappers’ namen deel aan een placebogecontroleerde studie waarbij ze hun eigen gelcapsules maakten die ofwel een microdosis LSD (geschat op 13µg), ofwel een placebo bevatten. Psychologische verbeteringen van de gemoedstoestand, minder angst en meer creativiteit werden opgetekend, maar er was een addertje onder het gras: degenen die placebo’s innamen ondervonden vergelijkbare resultaten. De reacties op dit artikel in de media richtten zich op de vermeende negatieve resultaten. Men concludeerde dat microdosering op de een of andere manier niet ‘werkt’. Maar klopt dit?

“De mensen in de microdosering-groep rapporteerden verbeteringen in welzijn, levenstevredenheid en mindfulness. Ik denk dat dat veel van de argumenten over microdosering ondersteunt en ik geloof sowieso dat mensen die microdoseren zich over het algemeen beter voelen dan mensen die dat niet doen,” zegt dr. Balázs Szigeti, hoofdauteur van het artikel. “Maar dat is maar één deel van het verhaal – het andere deel is dat deze effecten ook plaatsvinden als mensen een placebo nemen. Maar dat is niet hetzelfde als geen effect hebben.”

Het :text=About%20half%20the%20chronic%20back,Northwestern%20University%20researchers%20in%20Chicago.” target=”_blank” rel=”noopener”>chronische rugpijn tot het tillen van zwaardere gewichten – is zowel een complex als potentieel krachtig hulpmiddel. Neem bijvoorbeeld deze meta-analyse uit 2018 die weinig verschil opmerkte tussen de effecten van antidepressiva en placebopillen. Een studie uit 2021 vond dat positieve verwachtingen de resultaten op het gebied van de geestelijke gezondheid verbeterden als er microdoses psychedelica werden gebruikt.

Ik vraag dr. Dimitrios Liokaftos, onderzoeker aan het Public Health Institute van de John Moores Universiteit in Liverpool, of positieve berichtgeving in de media over microdosering vooringenomen onderzoeksresultaten en berichtgeving heeft veroorzaakt. “Zonder twijfel,” zegt hij. “Gezien het niche-karakter van microdosering, zou je kunnen stellen dat het de afgelopen jaren behoorlijk veel aandacht heeft gekregen in de media, met name in de reguliere media. Het merendeel van die berichtgeving was gebaseerd op anekdotische verslagen, die zich bijzonder goed lenen voor het placebo-effect.”

Twee laboratoriumstudies volgden op Szigeti’s artikel, met kleinere datasets van respectievelijk 56 en 75 deelnemers. Beide studies suggereerden dat microdosering weinig invloed had op de emotionele huishouding of gemoedstoestand.

Beckley Foundation founder Amanda Feilding in a country garden
Amanda Feilding: “De hype rondom microdosering is niet gefundeerd in gedegen wetenschappelijk onderzoek.” Foto: Imogen Freeland for VICE

Amanda Feilding is de oprichter van de Beckley Foundation, een Britse stichting die psychedelisch onderzoek financiert, waaronder de studies van het Imperial College en de Universiteit van Maastricht. Hoewel ze het beschikbare onderzoek erkent, heeft ze wel haar bedenkingen bij Szigeti’s artikel, die hier nader worden toegelicht. Feilding stelt een aantal manieren voor waarop toekomstige studies naar microdosering kunnen worden verbeterd.

“Zoals onze Beckley/Maastricht studie heeft aangetoond, waren de gunstige effecten op de gemoedstoestand het duidelijkst na de hoogste dosis LSD die werd getest (20 µg). Dit ligt aan de bovengrens van wat over het algemeen als een microdosis wordt beschouwd,” zegt ze. “De wijdverbreide opvatting dat microdosering ‘subperceptueel’ (een zeer lage dosis, red.) moet zijn, moet daarom ernstig worden heroverwogen, tenminste als het gaat over de effecten op de gemoedstoestand.”

Feilding voegt eraan toe dat ze op dit moment bezig zijn met het ontwikkelen van studies die zullen kunnen bepalen wat de optimale microdosis voor een individu is. “Tot nu toe zijn er geen rigoureuze studies geweest die de effecten van microdosering op depressieve individuen nader hebben onderzocht. Het onderzoek dat tot nu toe is uitgevoerd is beperkt gebleven tot gezonde individuen, wat mogelijk de discrepantie verklaart tussen anekdotische rapporten en laboratoriumresultaten.”

De Beckley Stichting zal binnenkort een onderzoek beginnen dat gericht is op de mogelijke synergie tussen microdosering en meditatie. Een ander onderzoek kijkt naar het pijnstillende potentieel van psychedelica bij chronische pijn. Ook loopt er momenteel een onderzoek in Maastricht naar de effecten van microdoses LSD op ADHD. James Fadiman stelde in het eerder vermelde Rolling Stone artikel uit 2015, dat het microdoseren van LSD “een uiterst gezond alternatief is voor ADHD-medicatie en de ‘studie’-drug Adderall”, bijvoorbeeld voor computerprogrammeurs die lang willen doorwerken.

Ik vraag Feilding of de mediahype rond microdosering nuttig is geweest of juist een belemmering. “In zekere zin heeft het geholpen om psychedelica meer bekendheid te geven. Microdosering is veel beter verteerbaar voor het grote publiek, omdat veel mensen terughoudend zijn als het gaat om het proberen van volledige hallucinogene doses psychedelica,” zegt ze. “De media-aandacht voor microdosering is echter niet wetenschappelijk onderbouwd, en dat is betreurenswaardig.”

Het lijkt erop dat we ons begeven naar een nieuwe fase van psychedelisch onderzoek, met een meer kritische benadering. Dit blijkt onder meer uit een recente online ruzie tussen wetenschappers over de mogelijk verkeerd gerapporteerde resultaten van een artikel over psilocybine. Dus hoe zit het nou met microdosering?

Zeus Tipado schrijft over psychedelica en behaalde zijn PhD op dit gebied aan de Universiteit van Maastricht. Hij vertelt me dat “de wetenschap misschien nog niet de instrumenten heeft ontwikkeld die nauwkeurig genoeg zijn om die minieme hoeveelheden cognitieve voordelen te detecteren”. Maar hij is er niet van overtuigd dat microdosering de nodige gegevens zal opleveren om serieus genomen te worden. “Als ik zou moeten gokken, dan denk ik dat we alle mogelijkheden hebben uitgeput om microdosering zijn juiste plaats in de wetenschap te geven.”

Szigeti – die na de publicatie van zijn rapport “veel kritiek van de microdosing-gemeenschap” kreeg – stelt: “Als ik in één microdosering-project of startup zou moeten investeren, zou ik me richten op ADHD.” 

Ondanks de levensingrijpende effecten van haar experiment, eindigt Ayelet Waldman A Really Good Day met een weloverwogen oproep tot beter onderzoek naar microdosering. Ik mail haar op een avond om te vragen hoe ze nu over die oproep denkt.

“Ik begreep altijd al dat het mogelijk was dat een deel van de effecten die ik ervoer, konden worden toegeschreven aan het placebo-effect – en recent onderzoek geeft aan dat dat inderdaad het geval zou kunnen zijn,” zegt ze. “Ik ben de laatste tijd erg geïnteresseerd geraakt in het idee van gemiddelde doses met half-regelmatige tussenpozen – bijvoorbeeld 50 µg om de paar maanden. Ik zou graag zien dat daar onderzoek naar gedaan wordt. Onderzoek dat zich richt op vrouwen zou ik ook verwelkomen, omdat wij zo vaak onvoldoende worden bestudeerd.”

In mei werd een groot systematisch overzicht van 44 microdoseringsstudies gepubliceerd in het tijdschrift Neuroscience & Biobehavioral Reviews. Daarin wordt gesteld dat “beweringen dat de effecten van microdosering grotendeels te wijten zijn aan verwachtingen voorbarig en mogelijk onjuist zijn”.

Amper een maand later verscheen in het wetenschappelijke tijdschrift Scientific Reports een ander groot waarnemend, niet-blind onderzoek zonder placebo’s naar microdosering van psilocybine. Het “identificeerde kleine tot middelgrote verbeteringen op het gebied van de gemoedstoestand en geestelijke gezondheid”. Het artikel wijst er op dat toekomstig placebo-gecontroleerd onderzoek wetenschappers zou helpen te bepalen in hoeverre positieve verwachtingen het microdoseringsproces beïnvloeden.

De auteurs van de studie vermelden hun ‘tegenstrijdige belangen’ in een apart deel van het artikel. Met zoveel gevestigde belangen in de positieve werking van microdosering – en psychedelica in het algemeen – is het soms moeilijk te weten wat je precies moet geloven.

Maar of microdosering nu wordt onthuld als mythe of medicijn, remedie of placebo, het is nu als wetenschappelijk onderwerp in het vizier van Feildings tijdgenoten. “Ik hoop dat het werk dat ik samen met de Beckley Stichting doe, dit gat spoedig zal opvullen,” zegt ze, “dit zal een duidelijker beeld opleveren van wat microdosering wel en niet kan bereiken.”

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op VICE UK.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.