Identiteit

Moslim en queer: 3 jonge mensen over hun geloof en identiteit

islam en homosexualiteit lgbtq religie

Seksuele geaardheid ligt gevoelig binnen de monotheïstische godsdiensten, waaronder de islam. Voor velen is het gewoon onvoorstelbaar om moslim én queer te zijn. De dominante patriarchale interpretatie van de Koran laat weinig ruimte voor meerzijdige identiteiten en oriëntaties. Op het niveau van persoonlijke ervaring, zijn de dominante verhalen die van moslim LGBTQIA+ personen die door hun familie en gemeenschap worden afgewezen.

Vaak gaan deze verhalen, zo echt en overweldigend als ze zijn, gepaard met een gevoel van superioriteit van het Westen: “Wij zijn geëmancipeerd, jullie zijn achterlijk en bekrompen.”

Videos by VICE

Om dit debat wat te nuanceren vroeg VICE aan Fary* (22), Iliass* (21) en Rim* (20) hoe zij hun religieuze identiteit en overtuigingen omarmen, en welke moeilijkheden dit met zich meebrengt.

Fary* (22), modestudent

“Ik ben opgegroeid met de Islam. Ik heb vertrouwen in mijn geloof, al wankelt het soms een beetje. Maar door mijn persoonlijke standpunten kan ik mezelf niet als een praktiserend moslim beschouwen. Ik heb geen probleem met religie an sich, maar wel met sommige religieuze mensen.

Ik heb altijd al geweten dat ik anders was. Maar pas toen ik een tiener was, besefte ik dat dit verschil ook een naam had. Ik heb mezelf lang voorgelogen en wijsgemaakt dat ik kon veranderen, dat religie me kon helpen. Maar op een bepaalde leeftijd moet je ervoor kiezen om je leven te leiden zoals jij dat wilt. Sindsdien hou ik meer van mezelf en probeer ik niet meer de mannelijke, bescheiden man te zijn die ik mezelf vroeger verplichtte om te zijn.

Mijn familie weet het zonder het te beseffen. In Arabische families wordt er niet gesproken over dit soort taboes. En zolang er niet over gesproken wordt, is er geen probleem. Maar als je ervan uitgaat dat het zo is en mensen beginnen erover te praten, dan beginnen de problemen. Mijn ouders (vooral mijn moeder) hechten helaas veel belang aan hoe andere mensen naar ons kijken. Enerzijds zou ik graag 100 procent mezelf willen zijn bij mijn gezin, anderzijds ben ik blij dat ik mijn privéleven kan behouden. Ik vind mijn vrijheid op andere plekken, buiten de familiekring.

“Op een bepaalde leeftijd moet je beslissen je leven te leiden zoals jij dat wilt. Sindsdien hou ik meer van mezelf en probeer ik niet meer de mannelijke, bescheiden man te zijn die ik mezelf verplichtte om te zijn.”

Ik vind het moeilijk om mijn geloof en mijn identiteit te combineren, omdat het heel wat kracht en overtuiging vraagt om trouw te blijven aan je geloof als er wordt gezegd dat je naar de hel gaat omdat je bent wie je bent. Ik voel me niet afgewezen, eerder verstopt en niet vertegenwoordigd. Bovendien heeft de LHBTI-gemeenschap ook haar gebreken. Als Maghrebijnse homo word je meteen gekoppeld aan clichés; voor velen ben je een fetisj. Mensen zijn ook snel geneigd om te vragen wat je ouders ervan denken, omdat ze weten dat het ingewikkeld is voor ons. “Hebben ze je niet buiten gesmeten?”

Het is al moeilijk genoeg om queer te zijn met alle homofobie op deze wereld, als daar ook nog eens islamofobie bij komt kijken, dan wordt het soms allemaal te veel. Op zich ben ik nog steeds een man, dus ik ervaar de islamofobie niet zo fel als mijn zussen; maar je zou kunnen zeggen dat de homofobie waarmee ik te maken krijg voor compensatie zorgt.”

Rim* (20), student rechten

“Ik groeide op in een heel religieus gezin, dus ik was er al een tijdje mee bezig. Maar toen ik ouder werd, heb ik me ervan losgemaakt, al weet ik niet goed hoe of waarom. Ik denk dat als je in de Islam geboren wordt, je niet echt de kans krijgt om religie te omarmen zoals dat zou moeten. Je leert het niet echt, maar wordt er eerder ingeduwd. Daardoor is het ook makkelijker om je ervan los te maken. Ik verwerp mijn geloof op geen enkele manier, maar op dit moment zit ik er niet meer in en wil ik zeker niet doen alsof ik praktiserend ben.

“Mijn geaardheid opent de poorten naar de hel. Maar dat heeft mijn liefde voor deze religie nooit getemperd.

Ik zag mezelf al op jonge leeftijd met vrouwen, maar op een zeer onschuldige manier. Ik was zo’n kind dat veel verbeelding had: ik stelde me voor dat ik in Disney Channel series een koppel was met Selena Gomez of met Vanessa Hudgens, niet met Zac Efron. Voor mij was dat normaal. In het begin van mijn middelbare schooltijd ging ik uit met een jongen, maar in mijn hoofd speelde zich alleen maar scenario’s met vrouwen af. Op die leeftijd wist ik dat homoseksualiteit verboden was volgens mijn geloof, en dat was beangstigend. Ik stelde mezelf gerust dat het oké was, zolang het maar in mijn hoofd bleef. Ik heb het simpelweg onderdrukt. 

Als het aan mij lag, dan zou ik zeggen dat mijn identiteit en mijn geloof hand in hand gaan. Mijn geloof is er absoluut. Maar het is ook mijn geloof dat iets verbiedt dat niet noodzakelijk bepaalt wie ik ben, maar er wel deel van uitmaakt. Iets waarvoor ik niet gekozen heb. Door mijn geaardheid zijn de poorten naar de hel voor mij geopend. Maar dat heeft mijn liefde voor deze religie nooit getemperd. Het is een beetje oorlog in mijn hoofd. 

“Het is mentaal heel zwaar om je familie teleur te stellen. Mijn leven leiden voelt egoïstisch aan, want het breekt de mensen waar ik het meest van hou.”

Mijn familie weet het al een tijdje, maar zoals veel families van Afrikaanse afkomst doen we alsof onze neus bloedt wanneer iets taboe is. We doen alsof er niets aan de hand is. Maar ik kan de teleurstelling, de angst en het verdriet in hun ogen lezen. Ze kwamen er per ongeluk achter, en dat bevestigde alleen maar de vermoedens die ze al hadden. Al bij al viel het beter mee dan ik had verwacht. Ik woon nog steeds thuis, al voelt de stemming een beetje bitter aan. Het is iets te stil. Ik heb het gevoel dat er elk moment een imam kan langskomen om de duivel in mij te verdrijven. Ik ken het hart van mijn ouders: ze houden van mij, daar twijfel ik niet aan. Maar ze houden bovenal van God.

Het is mentaal heel zwaar om je familie teleur te stellen. Mijn leven leiden voelt egoïstisch aan, want het breekt de mensen waar ik het meest van hou. Ik heb verschillende keren geprobeerd een eind aan mijn leven te maken, omdat ik niet kon veranderen en niet het meisje kon zijn dat mijn moeder wilde dat ik was. Maar na verloop van tijd heb ik er mijn missie van gemaakt om te bewijzen dat geloof onze identiteit niet in de weg mag staan. En dat het mogelijk is om je eigen werkelijkheid te leven, wat anderen ook zeggen. Ik hoop echt dat mijn ouders ermee kunnen omgaan, want ik wil hier niet meer van weglopen.”

Iliass* (21), student bedrijfskunde

“Ik ben praktiserend moslim en weet al van jongs af aan dat ik queer ben. Eigenlijk heb ik het altijd al geweten; sinds de lagere school al. Ik had al langer door dat de maatschappij mij niet als ‘normaal’ beschouwde, dus besloot ik mij te verstoppen. Ik voel mij nog altijd afgewezen door mijn gemeenschap, maar heb ook geleerd om anders naar religie te kijken. 

Moet een godsdienst die vrede en liefde predikt mij veroordelen omdat ik liefde en aantrekkingskracht voel voor een schepping van God? We zullen zien wat er gebeurt, op de Dag des Oordeels.

Wat mijn familie betreft, ga ik ervan uit dat ze het weten; ze zijn niet dom. Bovendien kom ik er vandaag voor uit. Maar je zal het mij ook niet van de daken horen schreeuwen. Niemand is God om zijn mening te kunnen geven over mijn leven. En het kan mij hoe dan ook niet veel schelen wat anderen denken.

“Op een dag moet je opstaan, in actie schieten, voor jezelf opkomen en je plaats opeisen in een maatschappij die nooit zal ophouden ons met de vinger te wijzen.”

Het moeilijkste om mee om te gaan zijn niet de anderen, maar het leren accepteren dat er niemand is die ons leven moet dicteren. Op een dag moet je opstaan, in actie schieten, voor jezelf opkomen en je plaats opeisen in een maatschappij die nooit zal ophouden met ons de vinger te wijzen. Alle beledigingen, clichés, opmerkingen, de zelfmoordgedachten proberen wegduwen… Elke dag opnieuw moet je opstaan en jezelf afvragen of je vandaag veilig en wel thuis zal geraken. Maar de trauma’s in ons geheugen doen het meeste pijn. Elke dag doen opnieuw doen alsof, een rolletje spelen, nooit eens met een gerust hart de dag doorkomen, voortdurend angstaanvallen en een gebroken hart hebben. Nochtans is homoseksualiteit maar een klein deel van mijn leven, er is nog zoveel meer. 

Wanneer iemand harde woorden gebruikt om ons neer te halen, kan ik je verzekeren dat we ons mannetje staan en het gewoon incasseren. Maar wanneer je er ‘s nachts terug aan terugdenkt en het allemaal komt bovendrijven, kan je het aan niemand vertellen. Wat is dan eigenlijk het punt?

Ik weet niet wat mij tijdens die moeilijke periode overeind heeft gehouden, ik weet ook niet waar ik mij vandaag aan optrek. Mijn geloof, misschien? Het geeft me alleszins hoop voor de toekomst. Ik weet dat er een dag zal komen waarop mensen zichzelf zullen aanvaarden en getuigenissen als de mijne niet meer zullen bestaan. Tegen dan ben ik misschien 30, misschien ook wel 89. Hoe dan ook, ik hoop dat die dag er komt. “

*Schuilnamen. Echte namen zijn bekend bij de redactie.

In het boek Habibi: het lief en leed van lgbt-moslims gaat antropoloog en schrijver Wim Peumans in gesprek met queer moslims in België en Nederland die hij tien jaar lang volgde in het kader van zijn doctoraatsonderzoek.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.