Soms droom ik dat ik kan vliegen als een vogel. Mooie dromen zijn dat. Cliché, zeker, maar daarom niet minder mooi. Ik vond het dan ook supertof toen ik vorig jaar als cadeau een uurtje een klein vliegtuig mocht besturen. Zo’n Cessna 172, onvergetelijk. Maar je hebt natuurlijk altijd baas boven baas. Jarno Cordia bijvoorbeeld, superman van beroep. Cordia vliegt met zo’n driehonderd kilometer per uur door de lucht in zijn wingsuit. Hij wordt er nog voor betaald ook en gaat er de hele wereld mee over.
Cordia is de meest ervaren wingsuitvlieger van Nederland en behoort tot de kleine wingsuit-elite van deze aardbol. Mocht je het fenomeen niet kennen, kijk dan even dit filmpje. Vergis je niet, Cordia is een superster. Maar zoals dat wel vaker gaat in Nederland, geven we onze helden niet altijd de eer die ze toekomt. Al meer dan 4.500 keer sprong hij met een parachute in verschillende disciplines. Als wingsuitvlieger wordt hij jaarlijks voor tientallen evenementen uitgenodigd over de hele wereld. Bij wedstrijden behaalt hij bijna altijd een podiumplaats. Cordia heeft een leven dat letterlijk met driehonderd kilometer per uur raast. Ik sprak hem in zijn favoriete eetcafé in Den Haag.
Videos by VICE
VICE Sports: Jarno, bedankt dat je even tijd vrij kon maken voor ons. Hoe is het met je?
Jarno Cordia: Goed, ik ben nu even een paar dagen thuis in Nederland, daarna ga ik naar Texel om les te geven bij een van de grootste wingsuitevenementen van Nederland.
Volgens mij heb je een geweldige baan.
Ik mag niet klagen. Het parachutespringen is de laatste vijf jaar is nagenoeg mijn fulltime werk. Ik vlieg wedstrijden, ben internationaal een veelgevraagd coach en werk als testpiloot voor wingsuits. Dit jaar ben ik in Zuid-Afrika en Rio de Janeiro geweest. Canada, Rusland, Finland en Noorwegen staan al op de planning voor de rest van 2016. Elk jaar kom ik nu in vijftien of twintig verschillende landen. Dat is een heel gaaf bijkomend iets.
Hoe ben je er ingerold?
Mijn vader heeft me vroeger vaak meegenomen naar demonstraties van parachutespringen. Omdat zijn tweelingbroer een ongeluk kreeg met parachutespringen, mocht mijn vader het niet meer doen van mijn moeder. Mijn oom heeft zijn rug gebroken met een harde landing. Dus vanuit de familie was er in het begin niet de meest positieve aanmoediging aanwezig. Ik krijg van bijna iedereen te horen dat ze het eng en gevaarlijk vinden, maar iedereen zou het wel een keer willen proberen.
Kan je wingsuitvliegen zomaar proberen?
Je hebt minimaal tweehonderd normale vrije val parachutesprongen nodig voordat je überhaupt een wingsuittraining kunt krijgen. Dat klinkt als veel, maar elke sprong heeft ongeveer een minuut vrije val. Na tweehonderd sprongen zit je op krap drie uur ervaring. In 2003 heb ik een opleiding in het wingsuitvliegen gevolgd. Dat is zo uit de hand gelopen dat het nu mijn werk is.
Hoe ziet een wingsuitwedstrijd eruit?
Je hebt performancewedstrijden, dan spring je met een gps en wordt er gemeten hoe hard je vliegt, hoe hoog je vliegt en hoe lang je een vrije val hebt. Je hebt acrobatics, dan voer je met een team van twee man een set figuren uit. En je hebt in het basejumpen ook een raceformat, dan spring je met zijn tweeën vanaf een klif en gaat het erom wie er als eerste over de finishlijn gaat. Ik ben in alle wedstrijdvormen actief.
Je bent ook bekend vanwege de kurkentrekkers die je kan maken.
Klopt. Dan vlieg ik met ongeveer 250 kilometer per uur grote cirkels om een groep andere mensen. Dat ik puur met bewegingen van mijn lichaam de wind zo kan manipuleren dat ik zulke resultaten krijg, zonder er bij na te hoeven denken, geeft me wel echt een gevoel van superman. Het is een hele andere wereld, daarboven.
Wat is het vetste aspect van wingsuitvliegen?
Het mooiste vind ik het wingsuit-basejumpen. Dan ga je de bergen in en ben je soms drie, vier uur aan het wandelen. Dan kom je bij een exitpunt en ga je met je wingsuit weer naar beneden. Je hebt ook extremen: in Zuid-Afrika was ik begin dit jaar tien uur aan het wandelen. Dat exitpunt zat op drieënhalve kilometer hoogte. Ik kwam compleet buiten adem door de ijle lucht op het exitpunt aan, maar ik was ook echt in de middle of nowhere, niemand anders in de buurt. Dat is een van de mooiste dingen om te doen.
En dan ben je in een paar minuten weer beneden.
Het is kort, maar vergelijk het met een dagje Efteling. Daar ben je effectief meer aan het wachten dan dat je in de attracties zit. Ook al is zo’n rondje in een attractie twintig, dertig seconden, door de intensiteit is het het toch waard dat je ervoor in de rij staat.
Cordia scheert langs een Braziliaanse klif, om daarna op het strand te landen.
Wingsuit-basejumpen ziet er ook ongelofelijk spectaculair uit.
Bij basejumpen strip je alle marge. De hoogte die je normaal hebt, heb je niet. Je hebt geen tweede parachute als backup. In het skydiven kan je echt foutjes maken, dat is redelijk vergevingsgezind. Maar in het basejumpen heb je die marges niet. Als je daar een grove fout maakt, kan dat heel hard afgestraft worden. Ik zie het basejumpen een beetje als motorrijden. Als je elk klaverblad op de motor met 120 kilometer per uur schrapend pakt, dan is de kans dat je in de vangrail eindigt groter dan wanneer je op je gemak met een chopper naar Scheveningen rijdt. De mentaliteit bepaalt grotendeels hoe gevaarlijk het is. Maar basejumpen blijft geen pingpong spelen.
Denk je nooit eens dat je moet stoppen vanwege de risico’s?
Nee, eigenlijk niet. Ik probeer de sport gewoon op een zo veilig mogelijke manier te beoefenen. Ik neem zeker geen onnodige risico’s, al zal dat voor iemand van buitenaf heel anders overkomen. Realistisch gezien kan er ook wat gebeuren als ik de straat oversteek, dus om nou depressief thuis te gaan zitten, daar schiet je ook niks mee op. Ik hoop voor mijn kind ook dat hij later gaat doen wat hij zelf wil. Mijn vrouw en kind zijn ook onderdeel van mijn carrière. Ze komen mee op tripjes. Bij mij zit de overweging er nooit in dat het dodelijk kan zijn. Door de ervaring die ik heb, zit daar ook een stuk zelfvertrouwen in. Op het moment dat je er daadwerkelijk zo mee bezig bent, denk ik dat je beter kan stoppen. Ik heb dat nooit gedacht. Je hebt alleen een paar vrij negatieve bekende mensen in de sport, die het op de verkeerde manier in het daglicht stellen.
Heb je naasten verloren aan de sport?
Ik heb wel eens mensen ongelukken zien maken, niet fataal. Ik heb wel wat vrienden en kennissen die ongelukken hebben gehad en er daardoor niet meer zijn. Wat daar dan de oorzaak van is, daar zit toch een moeilijk element in. Het was vaak de beslissingsstructuur waarin het probleem uiteindelijk zat. Een vriend van mij is een jaar of zes geleden overleden omdat hij uit is gegleden op een exitpunt. Hij heeft nog wel zijn parachute geopend, maar richting een muur. Zat de fout dan in de sprong, of het feit dat hij midden in de winter ging springen met dik ijs op de rand van de afsprong? Het ligt vaak een beetje moeilijk in de sport, omdat het gaat om overleden mensen, waar je niet vervelend over wil praten, maar het is een sport waarin foutjes of slordigheden heel hard afgestraft kunnen worden. Je moet er dus altijd met je hoofd bij zijn. Bij basejumpen hoort niet het beeld van adrenalinejunks dat je in films ziet. De meeste basejumpers zijn heel berekende mensen. Een sprong is volledig gepland. Dan zijn er verkenningslijnen uitgezet, waarbij je wat hoger vliegt.
Hoe plan jij een sprong?
Als het een heel rotsachtig terrein is, moet je meerdere keren testen. Maar in Zuid-Afrika was het terrein bijvoorbeeld heel mooi glooiend. Dan kan je vanaf de afsprong de hoeken al uittekenen en is het alsof je in een parkeergarage naar beneden rijdt. In het geval van Zuid-Afrika bleef ik nog wel tien of vijftien meter boven de grond. In Spanje hadden we eens een stuk of dertien sprongen gedaan op een locatie. Dan kan je dichter bij de grond komen, omdat je het terrein volledig leert kennen. Als je weet dat er een bepaalde drop komt, kan je wat lager vliegen. Daar kwam ik een meter of twee, drie bij de cameraman in de buurt.
Wat is jouw state of mind als je vliegt?
Ontspannen. Ik heb een keer een documentaire voor de Poolse televisie gedaan met een hartmeter om. Tijdens de klim naar boven was mijn hartslag het hoogst. Natuurlijk zit er wel veel spanning bij het springen, maar het is toch bijna een meditatieve state of mind. Je ervaart de sprong ook in een soort slow motion. Ik heb zelf enorme ADHD en de focus van een fruitvlieg, maar binnen het parachutespringen en basejumpen werkt het in mijn voordeel. Met bepaalde dingen heb ik een soort hyperfocus, zoals bij het basejumpen. Dat doe ik bijna met chirurgische precisie.
Is de euforie na al die sprongen nog steeds hetzelfde?
Jazeker. Ik doe ook veel met video en als ik sprongen van tien jaar geleden terugkijk, kan ik me nog elke individuele sprong herinneren. Ik denk niet dat het ooit normaal wordt.
—
Mis niets! Like VICE Sports Nederland voor je dagelijkse dosis ijzersterke sportverhalen.