In 2007 woonde ik in Torreón in Mexico, op ongeveer 450 kilometer van de grens met de Verenigde Staten. Het land zat toen midden in een bloederige drugsoorlog, en er waren zestien keer zoveel moorden in de stad als voorheen. Torreón was altijd op haar eigen manier een gezellig, Hollywood-achtig stadje voor drugskartels en gangsters: alles was rustig, ze chillden in hun huizen, in hun auto’s en een leefden een relatief rustig leven met hun families. Maar toen de beruchte leider van het Sinaloa-drugskartel,Joaquin “El Chapo” Guzmán – die voor de tweede keer uit de gevangenis was ontsnapt – de controle over de stad verloor, veranderde alles.
Het Sinaloa-kartel werd uit de stad verdreven door de brutaalste drugsbende van het hele land, Los Zetas. Het kartel stond erom bekend de hoofden van hun rivalen op een scherpe paal te spiesen, en de letter Z in de lichamen van slachtoffers te snijden.
Videos by VICE
Tijdens die periode veranderde de manier waarop de kartels hun cocaïne aan de man brachten. Je kon bijvoorbeeld niet meer vragen of het bij je thuis kon worden gebracht, maar je moest naar een bepaalde plek om het op te halen. Het was niet heel veel anders dan bier halen in de supermarkt.
Mijn vriendinnen en ik moesten de drugs vaak halen als er ergens een feest was – alle jongens waren te bang. Daardoor kregen we de bijnaam Las Malilas. ‘La Malila’ is een kater na een heftige nacht.
Een plek vinden om te kopen was nooit moeilijk, je ging gewoon naar één van de bekende wijken, keek of je wat stevige jongens bij een altaar van de Maagd van Guadeloupe zag staan en vroeg ze om cocaïne.
Het was op sommige momenten best eng, omdat undercoveragenten nooit ver weg waren. Je kon nooit weten of je ineens gearresteerd zou worden, dus de transactie moest snel afgewerkt worden. Soms hadden de dealers niks bij zich, maar dan zeiden ze heel vriendelijk wanneer de carrito bimbo – het busje dat de cocaïne aflevert – terug zou zijn.
Rond die tijd kwam ik erachter dat Los Zetas hun eigen, nogal opmerkelijke, manier hadden om drugs te verpakken. Ze gebruikte kleine, gekleurde, waterdichte zakjes met logo’s die ze daar speciaal op hadden geprint. Toen ik een keer wat spullen ophaalde bij een dealer zag ik al die verschillende ontwerpjes liggen en raakte ik erdoor gefascineerd. Ik vroeg me af hoeveel er waren.
Ik kreeg de indruk dat de zakjes een seizoensgebonden thema hadden. Met kerst hadden ze er bijvoorbeeld een kerstman op geprint. Met Thanksgiving stond er een kalkoen op de zakjes en rond Driekoningen een kroontje. Soms waren er ook speciale versies, met een Superman-logo of een Rolling Stones-logo of wat dan ook.
Aanvankelijk bestond mijn collectie uit een paar zakjes die ik zelf had gekocht, maar toen mensen hoorden dat ik die zakjes verzamelde kreeg ik ook die van hen. Zelfs nu, een paar jaar later, krijg ik berichten van mensen die hun zakjes willen doneren. Ik had nooit verwacht dat mijn verzameling ooit zou uitgroeien tot een groot archief van drugszakjes van een van de gevaarlijkste drugskartels van Mexico, maar dat gebeurde wel.
Dit zijn enkele van de zakjes die in Torreón rondzwierven tijdens die extreem gewelddadige periode.
Bekijk ook: Graham MacIndoe bewaarde jarenlang al z’n heroïnezakjes