Aan het einde van dit decennium blikken we terug op de vijftig momenten die Europa de afgelopen tien jaar hebben gevormd. Lees meer hier.
Sinds het klimaatakkoord van Parijs is de aandacht voor klimaatverandering niet meer uit het dagelijks leven weg te denken. Je wordt al snel op de vingers getikt als je je magnetronmaaltijd van een plastic wegwerp bordje eet, of voor de vierde keer binnen een jaar een vlucht naar Parijs boekt. En terecht: zo goed gaat het namelijk niet met het klimaat. Jaar na jaar worden onheilspellende warmterecords verbroken en meer dan een miljoen diersoorten worden nu al met uitsterven bedreigd. Als er niet snel iets aan het klimaatprobleem gedaan wordt, dan staat het water ons zo dadelijk letterlijk aan de lippen.
Videos by VICE
Niet gek dus dat het afgelopen decennium het klimaatprobleem een van de belangrijkste en urgente maatschappelijke thema’s is geworden. Maar Nederland is nou niet bepaald het braafste jongetje van de klas als het gaat om vervuiling. Zo zitten we stevig in de top tien binnen Europa wat betreft CO2-uitstoot, en dat terwijl wij natuurlijk een relatief klein landje zijn. Volgens het Planbureau voor de Leefomgeving liggen we helaas ook niet op koers om onze klimaatdoelen – een vermindering in CO2-uitstoot van 25 procent ten opzichte van 1990 – voor 2020 te halen.
Een van de belangrijkste momenten in de klimaatbeweging die de afgelopen jaren op gang is gekomen, is de rechtszaak die Urgenda in 2015, tegen alle verwachtingen in, won van de Nederlandse staat. Urgenda werd in 2007 opgericht met het doel om Nederland sneller duurzaam te maken. Zodoende hebben ze ook een concreet actieplan opgezet om de duurzaamheidsbeweging in Nederland sneller te laten groeien en tot actie aan te zetten. In de rechtszaak eiste Urgenda, dat de staat de uitstoot van broeikasgassen in 2020 met 25 procent verminderd moet hebben ten opzichte van 1990; een doel dat Nederland herhaaldelijk heeft gesteund en op meerdere plekken heeft ondertekend. De staat tekende echter beroep aan tegen dit vonnis en stapte naar het gerechtshof in Den Haag, maar ook hier kreeg Urgenda drie jaar later weer gelijk op alle fronten. De staat is in cassatie gegaan, wat betekent dat op 20 december de Hoge Raad, als laatste en hoogste rechtsprekende orgaan, zich over de Urgenda-klimaatzaak zal uitspreken. Dat wordt dus nog wel even spannend, maar de adviseurs van de Hoge Raad hebben al wel aangegeven dat er niks mis was met de uitspraak van het hof.
Als Urgenda op 20 december het hoger beroep in de klimaatzaak wint, betekent het dat Nederland het eerste land ooit zal zijn dat door zijn eigen rechtbanken verantwoordelijk wordt gehouden om zijn klimaatdoelen te halen. Met andere woorden: Nederland zal het eerste land zijn dat gedwongen wordt om zijn politieke klimaatbeloftes ook daadwerkelijk na te komen. Dat is belangrijk, aangezien onze toekomst er een stuk minder rooskleurig uit zal zien als we de opwarming van de aarde niet genoeg weten in te perken. Als het gaat over het klimaatprobleem, zal deze uitspraak dus bij uitstek de belangrijkste rechtszaak zijn van de afgelopen tien jaar. We vroegen aan een van de oprichters van Urgenda, Marjan Minnesma, waarom de klimaatzaak zo belangrijk is, hoe zij zelf de eerste twee uitspraken van de rechter heeft beleefd, en of het oordeel van de Hoge Raad op 20 december nog spannend gaat worden.
VICE: Waarom zijn jullie in 2007 met Urgenda begonnen?
Marjan Minnesma: Ik was samen met professor Rotmans, die hoogleraar is op het gebied van transitiekunde en duurzaamheid, op dat moment directeur van het Instituut voor Transities aan de Erasmus Universiteit. Wij bestudeerden het ontstaan van transities, oftewel hele grote veranderingen, die wel stapsgewijs plaatsvinden, maar uiteindelijk leiden tot een volledig nieuwe situatie. Op een gegeven moment hadden we ongeveer veertig proefschriften en veertig boeken van promovendi, en toen dacht ik: maar wat veranderen we nou eigenlijk echt in de praktijk? Leuk dat er op de universiteit onderzoek gedaan wordt, maar ik wilde toch liever iets in de echte wereld veranderen. Tegelijkertijd zag ik dat klimaatverandering niet de goede kant op ging, dus eigenlijk vanuit die kennis en een gevoel van urgentie, zijn we begonnen met Urgenda.
Kun je kort vertellen wat jullie de afgelopen tien jaar hebben gedaan?
Toen ik in 2010 fulltime aan de slag ging met Urgenda en naar Amsterdam verhuisde, kwam de focus voornamelijk te liggen op de energietransitie en het voorkomen van gevaarlijke klimaatverandering. Sindsdien hebben we gebouwd aan onze beweging, koplopers op het gebied van duurzaamheid een gezicht gegeven, en veel eco-projecten uitgevoerd om te laten zien dat duurzaamheid veel meer is dan een geitenwollensok en een spaarlamp. Zo hebben we bijvoorbeeld de allereerste collectieve inkoopactie van zonnepanelen gedaan in Europa, waardoor de prijs op de markt met een derde omlaag ging. Daarna dachten veel anderen: dat kunnen wij ook, dus gingen wij weer wat anders doen. We hebben toen de eerste elektrische auto’s, die werden gemaakt in een fabriek in Noorwegen, naar Nederland gehaald en verkocht. En nu zijn we mensen aan het helpen met hun huizen energieneutraal maken, voor gemiddeld 35.000 euro. Dat is ook het bedrag dat je normaal gesproken in 15 jaar uitgeeft aan energie. In principe zijn we dus steeds op zoek naar oplossingen die betaalbaar, haalbaar en aantrekkelijk zijn voor grote groepen mensen. Dat doen we vaak eerder dan de markt; we proberen de markt een beetje op te jagen. We proberen vooraan de golf te zijn en te laten zien dat iets al wel kan, terwijl anderen denken dat het nog te vroeg is of nog niet kan.
Het klinkt alsof de rechtszaak maar een klein onderdeel is van wat jullie doen. Waar kwam de noodzaak vandaan om de Nederlandse staat aan te klagen?
De meeste mensen kennen ons inderdaad van de rechtszaak, maar 90 procent van ons werk is bezig zijn met duurzame oplossingen. De rechtszaak kwam voort uit het idee dat onze projecten leuk zijn, maar gaan ze wel hard genoeg? De conclusie was: nee. Je hebt ook een overheid nodig. Dus toen hebben we heel goed onderzoek gedaan. We zijn in alle cijfertjes gedoken, en het bleek dat de overheid gewoon al heel lang, ook op papier en in allerlei documenten, heeft gezegd dat de industrielanden tussen de 25 en de 40 procent C02 zouden moeten besparen in 2020. Dat is door bijna alle landen ter wereld ondertekend en wordt ondersteund vanuit de wetenschap. Het was echter ook al wel snel duidelijk dat de politiek deze uitstootverlaging niet tijdig ging halen, en dat de overheid de burger hierdoor ook niet voldoende zekerheid geeft dat ze hier veilig kunnen blijven leven. Op die gronden hebben we besloten om in 2012 een rechtszaak te starten.
Wat bedoel je precies met de veiligheid van de burgers?
Mensen realiseren zich niet dat het gewoon gaat over voedselnood, waternood en uiteindelijk oorlog als we niet op tijd wat aan het klimaatprobleem doen. Het komt erop neer dat overheden burgers moeten beschermen, en daartoe moeten ze doen wat ze zelf beloofd hebben, al is dat het absolute minimum. Die norm van 25 tot 40 procent, die hebben wij niet zelf bedacht. Waar we dus de rechter van hebben weten te overtuigen, is dat in juridische termen die zogenaamde gevaarzetting heel erg groot is, en dat de overheid hierbij een plicht heeft, een zorgplicht, om burgers te beschermen. Dus moeten ze zich aan hun eigen minimum van 25 procent houden. Het Hof in Den Haag heeft daar nog eens aan toegevoegd dat de klimaatsituatie zo erg is, dat die zorgplichten niet alleen voortkomen uit het burgerlijk recht, maar ook uit de mensenrechten.
Er wordt vaak geopperd dat Nederland zo’n klein landje is dat het verminderen van onze uitstoot vrijwel niets zal uithalen. Heeft het wel zin dat Nederland zo hard aan de klimaatdoelen gaat werken?
Jazeker, aangezien wij een een extreem fossiel landje zijn. We behoren tot de top als je kijkt per hoofd van de bevolking hoeveel wij uitstoten, en ook in absolute zin behoren we tot de 20% grootste uitstoters van de wereld. Dus als wij die 25 procent vermindering kunnen halen, dan kan het bijna overal. Wij hopen dat zo’n versnelling in het verminderen van de uitstoot anderen inspireert en helpt om hetzelfde te doen. Alle kennis en innovaties die wij creëren om die uitstoot aan te pakken, kunnen we namelijk ook weer exporteren. Als wij het hoofd boven water willen houden dan moet de hele wereld inderdaad mee gaan bewegen. Maar waarom zouden China en India meer gaan doen aan het klimaatprobleem als wij als klein, rijk landje veel meer uitstoten per persoon dan zij, en zelf onze klimaatdoelen niet halen? Ik vind dat je eerst je eigen achtertuin op orde moet hebben voordat je anderen kan vragen om te schoffelen.
Tot nu toe heeft de overheid weinig gedaan om die 25 procent vermindering in uitstoot te halen. Voel je je niet machteloos dat ondanks die uitspraak uit 2015, de overheid de klimaatdoelen aan zijn laars lijkt te lappen?
Nee, het eindspel begint natuurlijk nu pas. Het is net als bij de stikstofuitspraak; ze doen niks tot het allerlaatste moment. Nou is dat treurig, maar blijkbaar gaat het zo in de politiek. Nu moet het direct duidelijk worden dat dit een serieuze uitspraak is, en dat de hele wereld meekijkt. Want ook de Hoge Mensenrechtencommissaris van de VN heeft tegen het Hof in Den Haag gezegd: wij vinden dit heel belangrijk wij willen graag ook een zienswijze indienen. Daarmee weet de Hoge Raad wel dat de hele wereld meekijkt. Want wij propageren dat Den Haag de ‘’stad van recht en vrede’’ is en wij willen ook allerlei tribunalen in ons land hebben. Maar als we ons dan niet aan onze eigen rechterlijke uitspraken houden, zijn we gewoon een bananenrepubliek. Daarom ga ik ervan uit dat ze gaan doen wat de rechter zegt, en dat betekent dat we heel veel sneller moet gaan acteren.
2020 is om de hoek, kunnen we die 25 procent uitstootvermindering wel halen?
Ja. We hebben een veertigpuntenplan gepresenteerd, samen met 750 organisaties, waarin veertig CO2-reducerende maatregelen staan die laten zien dat de 25 procent vermindering gewoon nog steeds een betaalbaar, haalbaar doel is. Inmiddels maken we er nog tien, dus dan komen we uit op vijftig maatregelen. Die 750 organisaties staan ook klaar om het veertigpuntenplan uit te voeren, dus het is echt niet zo dat het niet kan. Daarnaast heeft de overheid ook de middelen om het te kunnen doen. We hebben alle kennis, we hebben geld genoeg, je kan er heel veel banen mee creëren, dus het is gewoon aan alle kanten winst. Het gaat er vooral over of we onszelf nou eindelijk eens recht in de ogen durven te kijken en inzien dat dit echt urgent is, en gewoon de schouders eronder zetten. Want dit is niet een technisch probleem, het is vooral een organisatorisch probleem. De belangrijkste vraag is: willen we het? En als we het eenmaal willen, dan denk ik dat het heel hard kan.
Stel: de uitspraak op 20 december valt weer in jullie voordeel. Is dat dan een van de belangrijkste momenten van de afgelopen tien jaar als het gaat over het klimaatprobleem binnen Nederland?
Onze klimaatzaak gaat eigenlijk hierover: als de overheid niet genoeg doet om klimaatverandering te voorkomen, zijn ze laakbaar, want ze hebben een zorgplicht die ze moeten handhaven. De politiek is van nature tamelijk inert en niet geneigd om koploper te zijn. Dus die politiek moet voortgesleept worden. De rechtszaak helpt daarbij. Hij zit ook al in de boekjes op universiteiten, er promoveren mensen op, en er kijken juristen uit de hele wereld mee, dus dit is echt wel een hele bijzondere uitspraak die de geschiedenisboeken in zal gaan.
Hoe hebben jullie die eerste twee uitspraken beleefd?
De eerste uitspraak was bijzonder omdat eigenlijk 99 procent van de mensheid dacht dat we nooit zouden winnen. Dus het waren eigenlijk alleen de twee advocaten en ikzelf die er wel in geloofden. Ik zat daar vooraan, ik was aan het begin nog aan het twitteren en verslag aan het leggen: oké de urgentie wordt erkent, en op gegeven moment dacht ik: shit, het lijkt er wel op alsof ze ons direct gelijk gaan geven. Toen ben ik opgehouden met twitteren. Ik keek naar de twee advocaten, die onder tafel elkaar even in de handen hadden geknepen, zo van: shit, dit gaat de goede kant op. Je zag het ook aan de ontlading toen we eenmaal gelijk kregen. Iedereen had tranen in zijn ogen. Omdat je wist hoe hard er gewerkt was terwijl de rest van de wereld dacht dat het niet kon. En dan gelijk krijgen, dat is natuurlijk heel erg bijzonder.
Het was bij de volgende rechter natuurlijk weer spannend, want de overheid was er heilig van overtuigd dat het een foutje was geweest van de rechtbank, en dat zij gewoon zouden winnen in hoger beroep. Als je dan verliest, ja dan is er ook weer heel veel hoop de grond ingeboord voor ontzettend veel mensen. De staat had 29 grieven ingediend en die werden allemaal, een voor een, behandeld. Een voor een werden ze allemaal weggetikt. Het was bijna zielig, we kregen op alle fronten gelijk. En dan nu in september het advies van de advocaat-generaal en de plaatsvervangend procureur-generaal aan de Hoge Raad, dat ons ook weer op alle fronten gelijk geeft, en dat wordt in 80 procent van de gevallen gevolgd. Voor mij was het de hele tijd 50/50 of we gelijk zouden krijgen of niet, en nu acht ik de kans wel iets groter.
Deelden veel andere Nederlanders dat gevoel van blijdschap ook?
Niet alleen Nederlanders. Wij kregen binnen een half uur uit de hele wereld reacties, wat we helemaal niet hadden verwacht. We hadden niet echt heel hard campagne gevoerd in andere landen, maar omdat het vonnis ook in het Engels werd uitgebracht, was het gewoon binnen een half uur de wereld over. We kregen huilende mensen aan de lijn. Zo van: ‘we hadden dit nooit verwacht en ik werk al dertig jaar in klimaat en ik had het opgegeven maar nu heb ik weer hoop.’
Gaat het spannend worden, 20 december?
Het is nog steeds hartstikke spannend. Dit is voor de rechters ook een van die hele grote zaken die een keer in de tien, twintig jaar voorbij komt. Je weet het nooit, en je weet ook niet wat een Hoge Raad denkt over zijn eigen rol. Die wil als rechterlijke macht natuurlijk niet de indruk wekken dat ze de politiek gaan overnemen. Maar de rechters zitten er wel om de burgers te beschermen tegen een onmatige overheid. En als het gaat over het voorkomen van ontwrichtende klimaatverandering, wat uiteindelijk van levensbelang is, dan doet de huidige overheid gewoon niet voldoende. Daar mag de rechter best wel wat van vinden. Ik hou mijn vingers gekruist.