Muziek

Ondanks alle tragiek was Appelsap 2018 toch een festival om op verder te bouwen

Sinds zaterdag staat er een sculptuur van Piet Parra in het Flevopark. Het is een konijn dat hurkt. Zwart, zo’n 400 kilogram en drie meter hoog, voorovergebogen, met de armen/voorpoten in de nek. Een mooi initiatief en zeker een vette toevoeging aan het park, maar het straalt ook angst, spijt en een zekere vorm van waanzin uit. Zo van: ‘shit, ik heb een festival georganiseerd en ik probeer met beperkte middelen sicke opkomende artiesten te boeken en het lijkt me wonder boven wonder ook nog eens te lukken maar de Amerikaanse rappers waar het publiek naar uitkeek zeggen een paar dagen van tevoren massaal af en jezus waar komen in godsnaam al die wespen ineens vandaan.’ Met dat in je achterhoofd is het tijdens Appelsap – waar het werk werd onthuld – toch moeilijk om op een andere manier naar dat beeld te kijken.

Als ik een flinke zak geld had, zou ik graag de filmrechten kopen van de week voorafgaand aan het festival, omdat het een intrigerende tragedie is, maar ook om de organisatie een beetje tegemoet te komen. Een spa-dagje hebben ze wel verdiend.

Videos by VICE

Wat Appelsap dit jaar beter maakt, is dat ze niet zomaar iedereen die beschikbaar is blind boeken. Dit klinkt als een gigantische open deur, maar in de praktijk toch vaker moeilijker gezegd dan gedaan – zeker als je niet meer afhankelijk wil zijn van stoffige fossielen als Lil Wayne en Fat Joe. Kijk bijvoorbeeld naar de Limburgse sloopkogel $keer & Boo$. Iemand die op het eerste gezicht totaal niet thuishoort op de line-up, maar met z’n zachte G-boombap uit Geleen zo eigenzinnig klinkt, dat het festival het imago van Amsterdams incrowd-feestje al vroeg op de dag ontkracht.

De Amsterdamse artiesten laten zien dat ze met een optreden in hun eigen stad het allerbeste uit zichzelf kunnen halen. De jongens van SMIB uiteraard, De Jeugd van Tegenwoordig kwam even laten zien dat vijftien jaar ervaring zeer bevorderlijk is voor de kwaliteit van een optreden, maar ik denk dat Idaly degene was die het lekkerst ging. Het Flevopark is praktisch gezien z’n achtertuin, en omringd door z’n maten op het Boiler Room-podium leek hij eindelijk eens de sticker ‘extreem getalenteerde knul maar het lijkt er om onbekende redenen nooit helemaal uit te komen’ van z’n kop te kunnen trekken. Yah is in het hiphopwetboek officieel de laatste beat met fluit die gedoogd wordt, dus laten we er vooral van blijven genieten. Ook live.

Hier volgt een alinea mede mogelijk gemaakt door de BVOJDTOEPVKHOFWZZHGPH (Bond Voor Objectieve Journalisten Die Toch Ook Echt Puntjes van Kritiek Hebben Op Festivals Waar Ze Zelf Het Grootste Podium Hosten): ik ben compleet in de war dat Young Ellens is geboekt als ‘mede-vervanging’ van Famous Dex, aangezien dat de man is waar hij z’n hele sound op heeft gebaseerd. En meerappen over je vocalen kan best oké zijn – het lijkt helaas zelfs onvermijdelijk – maar de manier waarop hij het doet slaat echt alles. Het lijkt alsof hij zijn eigen backup-mc is. Hij had wel een mooie broek aan, met strepen, waardoor hij een afgetrainde trap-Obelix met gezichtstatoeages en domme ad-libs leek. En o ja: festivals zonder festivalmuntjes is een goed initiatief, maar vier euro veertig vragen voor een flesje water?

Nu ik toch bezig ben, wil ik ook nog wat zeggen over al het gehaat op Amerikaanse artiesten. Het leek namelijk alsof iedere bezoeker, de organisatie en een aantal aanwezige artiesten een massale heksenverbranding wilden organiseren. En natuurlijk hebben ze gelijk. Ja, ze zijn duur. Ja, ze zijn onbetrouwbaar. Ja, het zijn diva’s. Ja, Nederlandse artiesten zijn live vaak beter. Maar laten we niet vergeten dat juist de organisatie van Appelsap er jarenlang in geslaagd is om met verfijnde smaak de (toekomstige) pareltjes te selecteren, en het zou doodzonde zijn als ze daar mee zouden stoppen omdat ze nu met drie afzeggingen te maken hebben gehad. Ze wisten in 2011 precies al dat Kendrick op zou blazen, ik zag Travis Scott voor het eerst bij Appelsap, en vorig jaar nog werd hier voor het Nederlandse publiek het succes wat 070 Shake nu op de albums van Kanye en Pusha beleeft geschetst. You win some, you lose some.

Het afzeggen van Famous Dex was tragisch en onbeschoft, maar wel de perfecte kans om iets te doen wat al lang had moeten gebeuren: Flonti Stacks boeken. Het trap-alterego van Ronnie Flex sloot het festival op bijzonder memorabele wijze af op het Noisey-podium: hij leek ladderzat, had een man of vijftig op het podium bij zich, vergat z’n tekst, moest op Rotjoch leunen om überhaupt op z’n voeten te kunnen blijven staan, was het totaal niet eens met het volume uit de boxen en riep constant dat hij de allerbeste rapper ooit in Nederland is en dat hij Famous Dex zou neuken als hij in Amerika was geboren. Eindelijk iemand die het eens is met wat ik al jaren verkondig op deze website.

Ik snap goed dat het onsympathiek en onprofessioneel over kwam – eigenlijk precies als het standaard optreden van de Amerikaanse artiesten die hier zo gehaat worden – maar ik zie het als een goed teken. Deze roekeloze Ronnie bestaat ook nog steeds, hij is niet op gruwelijke wijze vermoord door de onvermijdbare gezelligheid van een liveband, gemberthee en festivals als Concert at Sea en Pinkpop. Zijn optreden, en daarmee het festival, eindigde een beetje zoals de aanloop was: zonder glorie, en tragisch uit pure overmacht. Eerst werd de muziek uitgezet, en toen heel langzaam het geluid uit z’n microfoon gewurgd.

Geluidsnormen zijn nou eenmaal geluidsnormen, en als we moeten kappen moeten we kappen. Maar laten we in godsnaam hopen dat dit niet de laatste Appelsap ooit was.

Joel Frijhoff was de hele dag voor Appelsap bij het Noisey podium om foto’s te maken.