Seks

Waarom het hoog tijd is om sekswerk uit de illegaliteit te halen

Illegaliteit-sex-work-Belgium-3

In april lazen we dat de Belgische minister van Justitie Van Quickenborne (Open VLD) sekswerk uit de strafwet wil halen. Het voorstel werd goedgekeurd door de Ministerraad, en gaat nu naar de Raad van State voor advies. Daarna beslist het Parlement of het voorstel al dan niet wet wordt. Als sekswerk effectief uit de strafwet verdwijnt, dan wordt het een job zoals een ander. Eentje met rechten en de bijbehorende plichten – zoals een zelfstandig psycholoog, bijvoorbeeld.

VICE sprak met Klaus Vanhoutte, de directeur van Payoke (een ngo die strijdt tegen uitbuiting en mensenhandel) over de warwinkel van het Belgische sekswerk, en vroeg aan twee sekswerkers Hannah* (34) en Eléonore* (25) wat zij van het voorstel vinden. 

Videos by VICE

Het sekswerk in België bevindt zich in een grijze zone. Sekswerk op zich is niet strafbaar, maar alle derde partijen – denk aan een bankdirecteur, boekhouder of verzekeraar – die een sekswerker helpen om hun beroep te organiseren, zijn dat wel. Bovendien bestaat er op dit moment geen specifiek statuut voor sekswerkers. Velen schrijven zich daarom in onder andere statuten – zoals dat van masseur of personal trainer, bijvoorbeeld. Met andere woorden: seks hebben tegen betaling mag, maar sekswerkers helpen of hen ondersteunen is misdadig. 

Een absurde situatie, die het resultaat is van de strafwet die sekswerkers als slachtoffers bestempelt. De wet moet sekswerkers beschermen tegen misbruik en uitbuiting, maar het is net dat beleid waarbinnen pooiers en mensenhandelaars zegevieren. Doordat uitbating en tewerkstelling binnen de sector verboden zijn, kunnen er geen regels worden opgesteld. Het gebrek daaraan zet de deur wagenwijd open voor misbruik. “Al het misbruik binnen onze sector vloeit voort uit die grijze zone”, zegt Hannah. Zolang daar niks aan verandert, kunnen werkers niet opkomen voor hun rechten of ingaan tegen hun werkgever.”

“Door een duidelijk wettelijk kader te scheppen haal je sekswerk uit die grijze zone, dan is het voor iedereen helder. Ze moeten niet meer afkomen van ‘ik wist het niet’ of ‘ik had het niet door.” – Klaus Vanhoutte

Er is dus nood aan een duidelijk wettelijk kader. Niet alleen voor sekswerkers, maar ook voor uitbaters, klanten, politie en parket. “Vandaag zijn de regels heel onduidelijk”, zegt Vanhoutte. “Door een duidelijk wettelijk kader te scheppen haal je sekswerk uit die grijze zone, dan is het voor iedereen helder. Wie zich buiten de lijnen beweegt – of dat in het kader van zwartwerk, uitbuiting of eender wat is – is per definitie strafbaar. Ze moeten niet meer afkomen van ‘ik wist het niet’ of ‘ik had het niet door’.”

Vice-1.jpg

Hannah is al twee jaar aan de slag als sekswerker. Ook zij vindt dat het hoog tijd is voor een duidelijke regelgeving: “Quasi al onze problemen gaan terug op het feit dat onze job zich in die grijze zone bevindt. Als we daaruit geraken, kunnen we eindelijk beginnen met heel wat andere problemen binnen de sector aan te pakken.” 

Want problemen, die zijn er genoeg. Die zijn er al jaren, maar corona serveert ze ons nu stuk voor stuk en buitenproportioneel op ons bord. De lege vitrines, panden die te koop of te huur staan en de duizenden mensen die al meer dan een jaar nergens recht op hebben, bewijzen hoe hard de sector getroffen werd. 

“Naar schatting zijn er in ons land 15.000 sekswerkers”, zegt Klaus Vanhoutte. “Dat zijn 15.000 mensen die al een jaar lang niks hebben. Dan mogen we echt niet verwonderd zijn dat die mensen op den duur toch beginnen te werken”. Hannah bevestigt: “Ik ken heel veel vrouwen die toch zijn blijven werken omdat ze nergens recht op hebben. Maar als hen nu iets overkomt, zullen ze al helemaal niet naar de politie durven te stappen”. 

“Vijf sekswerkers hebben al hun moed samengeraapt en zijn tòch naar de politie gestapt. Die wist ons te zeggen dat dit geen verkrachting is, maar een handelstransactie. Daarvoor moesten we bij de handelsrechtbank zijn.” – Eléonore

Ook de klanten weten dat, en dus permitteren die zich soms meer dan voor corona. Dat weet ook Eléonore, zij werkt intussen vijf jaar als prodomme. “Er is een man in Brussel die al een hele tijd een specifieke community van trans werkers lastigvalt. Hij huurt hen volledige nachten in en misleidt hen met een valse overschrijving. Er is hier echt wel sprake van een non-consent situatie, dat is gigantisch traumatisch voor die werkers. Vijf van hen hebben al hun moed samengeraapt en zijn tòch met hun verhaal naar de politie gestapt. Die wist ons te zeggen dat dat geen verkrachting is, maar een handelstransactie. Daarvoor moesten we bij de handelsrechtbank zijn. Zelfs als we hun redenering volgen en dus compleet negeren dat er wel degelijk  sprake is van verkrachting, kunnen we niet eens naar de handelsrechtbank stappen. We hebben geen rechten! We kunnen letterlijk niks doen. De wet bestempelt ons als slachtoffers, maar in werkelijkheid kunnen we niet eens een slachtoffer zijn. Ons systeem geeft ons letterlijk de boodschap dat we niet mogen bestaan.”

Waarom ze dan niet op straat komen, die 15.000 mensen, om het debat op tafel te gooien? Omdat ze bang zijn om te worden uitgesloten door vrienden en familie, of nooit meer aan een ‘normale job’ te raken, durven veel sekswerkers niet vrijuit spreken. 

“Wij moeten dit anoniem doen”, legt Eléonore uit. Niet per se uit schaamte voor ons werk. Nee, misschien ben ik zelfs best trots op wat ik doe. Maar doordat alles rond sekswerk zodanig gecriminaliseerd en gestigmatiseerd is, staat er gewoon te veel op het spel. Stel, wij spreken elkaar en je verwijst in het artikel naar m’n echte naam. Ik kan mijn huis verliezen, zelfs vrienden en familie die mij op een of andere manier hebben geholpen kan ik vervolgd zien”.

 “De belangrijkste tools in de strijd tegen criminaliteit en uitbuiting zijn de werkers zelf, en wij worden het zwijgen opgelegd.” – Eléonore

Het gebrek aan een duidelijk wettelijk kader legt sekswerkers het zwijgen op, en dus horen we hen amper. Daardoor is er een gebrek aan (correcte) representatie in media en maatschappij. Dat gat wordt opgevuld (lees: dieper gemaakt) door organisaties, politici en abolitionisten die maar al te graag in hun plaats spreken. Ze gooien met cijfers waarover we niet beschikken, en praten over mensen waarmee ze nooit eerder spraken. Dat gebeurt zo vaak, dat belangenvereniging Utsopi er zelfs haar lijfspreuk van heeft gemaakt: “Nothing about us, without us”.

“Als er iemand is die weet hoe het eraan toegaat binnen de sector, dan zullen het wel de sekswerkers zijn. Wij weten perfect waar de problemen zitten”, zegt Eléonore. “De belangrijkste tools in de strijd tegen criminaliteit en uitbuiting zijn de werkers zelf, en wij worden het zwijgen opgelegd. Als we zelf niet de mogelijkheid hebben om erover te spreken omdat we bang zijn om onze eigen veiligheid in gevaar te brengen, dan is het gewoon heel moeilijk om die zaken op te sporen.” 

Dat er nog altijd drukkingsgroepen (zogenaamde abolitionisten) op zowel nationaal als Europees niveau alles op alles zetten om sekswerk illegaal te maken, noemt Vanhoutte dan ook “compleet idioot”: “t Is allemaal mensenhandel”, wordt er dan gezegd. Klinkklare onzin. Er bestaat vandaag geen enkele onafhankelijke studie die aantoont dat er ook maar enige correlatie is tussen een nationaal beleid in het kader van sekswerk en fluctuaties in slachtoffers van mensenhandel. Die twee zaken staan volkomen los van elkaar. Wat wél zo is, is dat wanneer je sekswerk decriminaliseert, je mensenhandel volledig in de criminaliteit duwt. Ze moeten dan wel op zoek naar andere, illegale manieren om hun praktijken te blijven voortzetten. Maar dan heb je als politiediensten en parket wel een heel helder voordeel: alles wat zich buiten het wettelijk kader afspeelt, daar kunnen we achteraan.”

Die slachtofferrol bezorgt sekswerkers naast heel wat praktische en juridische problemen ook een heel groot stigma. Sekswerk in België wordt onlosmakelijk geassocieerd met louche praktijken, akelig flikkerende neonlampen en slachtoffers van misbruik. We lezen het in de krant, we zien het op televisie, het staat verdorie in de wet. Eléonore: “Als dit het nieuws haalt en het debat wordt gevoerd zonder sekswerkers aan tafel, dan is de kans heel groot dat de narratief opnieuw stopt bij “we moeten die slachtoffers van mensenhandel redden”. Waarschijnlijk uit goede bedoeling, maar praat misschien eens met ex-slachtoffers van mensenhandel en vraag welke dingen het voor hen moeilijk hebben gemaakt om eruit te stappen. Als we die mensen niet aan tafel krijgen in dit debat, dan zal het stigma rond sekswerk door de associatie met mensenhandel alleen maar groter worden.”

“Is het dan zo moeilijk om te vatten dat sommigen dit écht een leuke job vinden?” – Hannah

Bovendien voelen veel sekswerkers zich helemaal geen slachtoffer. Integendeel, voor velen is het een bewuste keuze. “Voor mij is sekswerk pure empowerment”, zegt Eléonore. Persoonlijk heb ik daar heel veel kracht in gevonden. En het idee dat wij allemaal slachtoffers zijn en niet mogen bestaan, is daar gewoon zo’n gigantisch grote tegenhanger van.” Hannah: “Hoe komt dat toch dat we het zo moeilijk vinden om te geloven dat er ook sekswerkers bestaan die géén slachtoffer zijn van mensenhandel of een of andere wanhopige financiële situatie? Is het dan zo moeilijk om te vatten dat sommigen dit écht een leuke job vinden?.”

ELLE.jpg

Eléonore begrijpt dat spannende en ‘serieuze’ verhalen met veel negatieve emoties goed verkopen: “Spijtig genoeg zijn die verhalen er ook, absoluut. Maar het is zo vaak doordeweeks. Nu is eigenlijk een fantastisch voorbeeld: ik ben net klaar met een sessie en zit in een park te bellen met een zak vol dildo’s op m’n rug. Natuurlijk zijn er – zoals bij elke job – uitdagingen en verantwoordelijkheden die je moet nemen. Maar het is ook maar wat het is, weet je. En heel vaak is het gewoon een boke met choco eten in mijn pyjama terwijl een van mijn klanten de living schoonmaakt.” 

“Zelfs als sekswerk uit de strafwet wordt geschrapt, zal dat initieel bijzonder weinig impact hebben op de visie van het grote publiek.” – Hannah

Een boke met choco, dat moet de doorsnee Belg toch kunnen slikken? “We mogen ons geen illusies maken”, zegt Vanhoutte. “Zelfs als sekswerk uit de strafwet wordt geschrapt, zal dat initieel bijzonder weinig impact hebben op de visie van het grote publiek.” “Het kan er misschien wel voor zorgen dat men stilaan gaat begrijpen dat sekswerk effectief gewoon een job is”, zegt Hannah. “Er wordt een dienst verleend, en daar wordt voor betaald.”

Terwijl het op federaal niveau maandenlang radiostilte was, deelde Covid vernietigende klappen uit aan het Belgische sekswerkbeleid. Tot voor kort was er geen enkele politicus die het aandurfde om zich over de sector uit te spreken, maar het lijkt erop dat men stilaan begint te beseffen dat dit debat maar één doel kan hebben: sekswerkers een wettelijk kader bezorgen met rechtvaardige plichten, maar ook met de rechten die we hen als maatschappij verplicht zijn.

Dat bijna alle sekswerkers belastingen betalen maar daar geen sociale rechten voor terugkrijgen, is discriminerend. Dat sommige steden belastingen heffen op sekswerk, waardoor het ook een economische meerwaarde is voor onze maatschappij, bijzonder hypocriet. 

De sector decriminaliseren is de enige manier om ervoor te zorgen dat sekswerkers comfortabel hun job kunnen uitoefenen, zonder boekhouders, chauffeurs, webdesigners of familieleden vervolgd te zien. Het is de enige manier om criminele praktijken tegen te gaan, want het is de enige manier om erachter te komen waar de problemen zitten. Er moet dus geluisterd worden. Binnenkort (hopelijk) naar de regels, maar nu vooral naar de sekswerkers zelf. 

(*) geen echte namen, echte namen zijn bekend bij de redactie

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.