Het is half negen ‘s ochtends als ik met twee krentenbollen in de trein naar Leeuwarden zit. Ik ga vandaag ook andere bollen, eh, ballen eten, realiseer ik me als ik mijn tanden in de eerste krentenbol zet. Ik slik. Ik heb met chef Willem Schaafsma (33) afgesproken om testikels te koken. Een paar uur later sta ik bij hem in de keuken. Als hij twee kloten uit een plastic vacuümzak haalt, slik ik nog een keer. “Wow, ze zijn vet groot,” roep ik uit. “Het lijken gewoon net piemels!” Willem lacht. “Ja, dit zijn stierenkloten, dat zijn grote jongens. Stieren zijn goed bedeeld over het algemeen.”
Eindeloos