Ik ontmoette Kristina* op een koude januaridag in Oost-Berlijn, waar ze van een voorbijganger een sigaret probeerde te bietsen. Ze heeft sinds haar elfde geen dak boven haar hoofd en is daarmee een van de naar schatting 2500 vrouwen die in de Duitse hoofdstad op straat leven. De Berlijnse opvangcentra bieden gratis verzorgingsproducten aan, maar voor veel vrouwen zit er alsnog niets anders op dan te freebleeden bij hun menstruatie. Er zijn weinig plekken om je om te kleden – waardoor ze ze een groter risico op infecties lopen – of simpelweg omdat ze niet om hulp durven te vragen.
“Het is heel zuur. Maar als je niks anders hebt, zul je je eigen maandverband moeten maken,” zegt Kristina, terwijl ze een pak tissues pakt. “Ik was zelf altijd te trots om om hulp te vragen, maar als ik nu zie dat meisjes rode vlekken in hun kruis hebben geef ik ze gelijk wat tissues.”
Videos by VICE
Psycholoog Lisanne Hamschmidt helpt deze dakloze vrouwen. Volgens haar kijken voorbijgangers vaak of ze zichtbare sporen van bloed bij ze zien. “Daardoor kunnen ze zich afgewezen voelen, maar ook onveilig, omdat ze zich steeds zo bekeken voelen,” legt ze uit.
Daar komt nog eens bij dat dakloze vrouwen vaak te maken krijgen met (seksueel) geweld, wat het lastig kan maken om de juiste medische zorg te krijgen. “Dan kan het zo zijn dat ze niet willen dat de gynaecoloog bepaalde instrumenten gebruikt, of dat ze zelfs niet eens hun kleren uit willen doen om onderzocht te worden,” zegt Hamschmidt. Ze heeft ook gemerkt dat artsen sceptisch kunnen zijn als ze dakloze vrouwen op bezoek krijgen met symptomen van endometriose, zoals heftige menstruatiepijn. Om meer te weten te komen over hoe het is om te menstrueren als je dakloos bent, sprak ik drie vrouwen die er elke maand mee moeten zien te dealen.
Dagmar*, vier jaar dakloos
“Mijn eerste twee jaar op straat waren een hel. Na een tijdje kom je erachter welke adressen je moet kennen, en zie je dat mensen elkaar helpen. Toch voel je je als vrouw nooit echt veilig. Je hoeft maar een keer met de verkeerde mensen in aanraking te komen, die weten hoe alleen je bent. Je kunt er niet te veel over nadenken; je moet gelijk reageren. Ik heb vaak geprobeerd om ‘s middags in het park te slapen, en soms willen er dan wat kinderen met me praten, terwijl ze best kunnen zien dat ik rust nodig heb. Maar je ligt daar, dus denken mensen dat ze van alles met je kunnen doen.
Ik ga overdag niet zomaar gehurkt zitten, plassen of mijn tampon verwisselen – ik wil niet dat iedereen me zo ziet. Soms ga ik een stukje met de metro om een gratis openbaar toilet te vinden. Misschien hebben we er daar wel meer van nodig. Iedereen heeft een plek voor zichzelf nodig, en niet alleen tijdens je menstruatie. Je kunt met een gynaecoloog afspreken [via gratis openbare programma’s, red.], maar wat doe je als je op straat pijn lijdt? De arts kan je best pillen geven, maar wat als je in je eentje bent? Jezelf slecht voelen terwijl er constant mensen om je heen zijn en naar je kijken is iets wat ik niemand toewens.”
Jennifer (49), werkt als schoonmaker, heeft geen huis
“Van maandag tot zaterdag is alles prima, dan zijn er mensen op straat. Op zondag zijn de straten een stuk leger, vooral ‘s ochtends, en dan kom ik sneller de problemen. Stel je voor dat er zes mannen op je afkomen – misschien wel dronken tieners of criminelen – en jij een dakloze vrouw bent die een paar tassen draagt. Zodra ze je zien, weten ze: deze vrouw is hulpeloos, en niemand zal haar beschermen.
Ik kan bij de opvang gelukkig wel aan maandverband komen. Maar je hebt ook privacy nodig, een ruimte waar je je broek uit kunt trekken en je maandverband kunt verwisselen. Een keer zag ik in het Görlitzer Park een man staan rukken, terwijl er vlak naast hem kinderen aan het spelen waren. Als zo’n man ziet dat je je broek omlaag hebt, wat doe je dan? Als iemand je verkracht, hoe leg je dat uit waarom je je broek niet aan had? Je moet de hele tijd op je hoede zijn. Meestal ga ik naar restaurants of hotels waar ze me kennen, om te vragen of ik naar de wc mag. Ik laat het altijd heel schoon achter.”
Ann-Marie (31), anderhalf jaar dakloos met haar hond Emma. Ze heeft schizofrenie en borderline.
Ik verwissel mijn tampons wanneer dat nodig is, ongeacht waar ik ben. Soms dus in het park, al doe ik het natuurlijk niet midden op een grasveld. Het is iets dat er nu eenmaal bij hoort, en ik gewoon moet doen. Als mensen naar me kijken en zich afvragen “wat voor goors” ik aan het doen ben, boeit dat me helemaal niks. Fuck die mensen.
Ik ben nog best jong en heb een hond. Als je fysiek niet zo sterk bent is het verschrikkelijk om op straat te leven, en vraagt het in mentaal opzicht heel veel van je. Je hebt niet alleen geen bed, maar ook gewoon geen eigen plek. En als je pijn hebt wil je juist een beetje rust. Maar dat krijg je nergens, ook niet bij de opvang. Er zijn altijd mensen om je heen, en er is altijd kabaal. Veel opvanglocaties bieden nu gratis verzorgingsproducten aan, zoals tampons en maandverband, maar als je dat niet weet zul je moeten improviseren – of je moet freebleding en wat vlekken oké vinden.
*Namen zijn veranderd uit privacy-overwegingen.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij VICE Duitsland.