Kunst kijken is leuker en makkelijker dan je denkt. Tijdens de Nationale Museumweek is er op Creators extra veel aandacht voor kunst die je – je raadt het al – in het museum kan bekijken. Er zijn werkelijk o-ver-al musea waar veel leuks te beleven is. Je hebt echt geen reden meer om je reet niet linea recta naar het museum te bewegen.
“Hoi ik ben Rody en wil graag naar het Stripmuseum in Groningen maar mijn partner wil niet mee en ik vind het saai om die reis alleen te maken. Dus laat wat van je horen!”
Videos by VICE
Dit soort oproepjes staat sinds deze week op de site van de Museumkaart, die iets nieuws hebben bedacht: de MuseumkaartMatch, een manier voor museumliefhebbers om een museummaatje te vinden. Afgelopen dinsdag had ik de eer om als allereerste op MuseumkaartMatch te gaan. Zelf hoefde ik geen oproepje te plaatsen, want door een koppelaar van de Nationale Museumweek werd ik gematcht met ene Lies, “een ontzettend leuke meid van 25”. De koppelaar schrijft: “Wij beschouwen het niet als Tinder, maar we laten VICE/Creators vrij in jullie interpretatie ;-) Maar Lies heeft een heel leuk vriendje haha!”
Lies en ik spreken af bij Naturalis. Ik dacht dat dat het museum was van die bioloog die heeft ontdekt dat er necrofiele, homoseksuele eenden bestaan, maar dat blijkt het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam te zijn. Naturalis is een biologiemuseum in Leiden. Vrienden vertellen me dat Naturalis heel tof is, dat het vol betoverende objecten staat, dat er een geurenexpositie is en ook een opgezette Tyrannosaurus Rex. Dat zal dus wel goedkomen.
Een beetje gespannen ga ik naar Leiden, want het is dan wel geen tinderdate, maar als Lies straks somber het museum verlaat, dan betekent dat dat ik officieel een saaie lul ben in de ogen van ontzettend leuke meiden van 25. Dat zou jammer zijn. Zelf ga ik het liefst in mijn eentje naar een museum – of liever helemaal niet, want ik vind musea vaak saai – maar als ik zou gaan, dan ga ik denk ik graag alleen, want dan hoef ik met niemand rekening te houden. Of ik ga met iemand die ik goed ken.
Het bezoek aan Naturalis begint met een domper: het museum is gesloten in verband met een verbouwing. Het enige wat open is is T. Rex in Town, een dino-tentoonstelling in een bijgebouw genaamd het Pesthuis. Als klein jochie hield ik van dino’s, maar nu ik dertig ben gaat mijn interesse uit naar andere dingen. Op mijn weg naar binnen moet ik me door een horde brugklassers heen worstelen, die de deur waar ‘INGANG’ boven staat als uitgang gebruiken. Ik verwacht binnen meer scholieren, wat me droevig stemt.
Lies en ik ontmoeten elkaar op de binnenplaats. Het is opvallend rustig, geen kinderen te bekennen. Wel is er een restaurant, dat heel geinig “rextaurant” is genoemd. Lies is inderdaad leuk, ze praat en lacht veel en het voelt alsof ik haar al lang ken. Ze heeft een bril, sproeten en een vrolijk gezicht. We drinken een kopje koffie in de zon, en een glas water, waarvoor we een flesje moeten kopen want aan kraanwater doen ze niet in het rextaurant.
Lies werkt als jobcoach in de sociale psychiatrie. Als mensen met psychiatrische problemen weer een baan willen, dan helpt Lies ze daarbij. Vanochtend was ze bijvoorbeeld bij een sollicitatiegesprek in de Febo. Ze gaat graag met haar tweelingzus naar het museum, want die weet veel van kunst. Zelf is ze geneigd om snel door een museum te lopen, en haar zus remt haar een beetje af. Ze gaat niet graag alleen, daarom vindt ze de MuseumkaartMatch een leuk idee. “Ik hou ervan om een beetje tegen iemand te kunnen praten, over wat ik van dingen vind.”
Lies heeft ooit een museummaatje gehad, tijdens haar stage, en die heette toevallig ook Henk. Het was “een grote, dikke man in een scootmobiel met een depressie.” Henk wilde altijd naar het museum. “Hij was dik, gay, had een woeste baard, een ketting aan zijn broek, en zat onderuitgezakt op zijn scootmobiel sigaren te roken, over z’n longen,” vertelt Lies, die met hem meeliep en hem wees op scherpe bochten en obstakels. Als Henk dingen lelijk vond, schreeuwde hij dat door het museum. Na afloop gingen ze hamburgers eten, want Henk spaarde kortingsbonnen van een burgerbar.
Lies en ik stoppen onze rugtassen in een kluisje en lopen de dino-expo in. Het eerste wat ze uitroept is “Oh my god!”. We staan oog in oog met twee mechanisch bewegende vleeseters die zogenaamd een dode planteneter aan het oppeuzelen zijn. Verderop staat nog zo’n tafereel, alles achter hekken. Aan die hekken hangen beeldschermen, waarop een man in een oranje pak uitleg geeft. Hij praat op een toon die duidelijk bedoeld is voor tieners met energydrink in hun maag, en omdat hij op vier schermen tegelijk te zien is en vier verhalen door elkaar vertelt, zijn we meteen overprikkeld. Later komen we erachter dat deze man Anne heet, en dat hij de hoofd-paleontoloog is van de dino-expositie.
Wat leuk is aan mijn MuseumkaartMatch met Lies is dat ze veel verhalen vertelt, bijvoorbeeld over “het dinodorp”, een spel dat ze vroeger met haar broers en plastic dino’s in de tuin speelde. Laatst vonden haar ouders nog een dinosaurus onder de heg. Ze stelt ook slimme vragen. Bij een tafereel met mechanische dino’s met haar vraagt ze: “Hoe weten ze eigenlijk wat voor kleur dino’s hadden, of dat ze haar hadden?”
Dat soort vragen kunnen we in de volgende zaal stellen aan Annemieke, een medewerker die alles weet over dino’s. Er staat ook een compleet skelet van een T. Rex, genaamd ‘Trix’, wat best wel vet is. Wat jammer is, is dat je aandacht in deze ruimte meteen wordt getrokken door een lichtgevende tegel waarop “Maak hier je selfie!” staat. Omdat ik in het diepst van mijn wezen een slaafse consument ben, stel ik aan Lies voor om een selfie te maken. Annemieke maakt ook een foto van ons, en daarna vertelt ze duizend dingen over dino’s. Vet interessant, maar ook een murwbeukende hoeveelheid feiten.
Na de T. Rex-zaal is er nog een ‘dino-doe-ruimte’, waar we met nepspuitbussen een digitale dino verven en die naar mijn e-mailadres laten versturen, maar die afbeelding komt nooit aan. Daarna doe ik een fietswedstrijd tegen een T. Rex, die ik eerst verlies, maar daarna nog eens doe en win, omdat ik me niet ga laten vernederen door een uitgestorven diersoort. Ook doen Lies en ik een wedstrijdje ‘dino-versieren’ met danspasjes. Lies wint.
In een knutselzaal maken we een praatje met een man in een witte jas die een Triceratops-bot aan het zandstralen is. Hij wijst ons op een stellingkast waar de rest van het beest ligt opgeslagen. De botten van een miljoenen jaren oude dinosauriër doordringen me met een gevoel van kleinheid, maar ik krijg ook zin om buiten een biertje te gaan drinken. Dat gaan we ook doen, want de expo is ten einde.
Lies vond onze MuseumkaartMatch geslaagd. “Ik denk dat we elkaar aanvullen,” zegt ze. Dat komt ook omdat ik Jurassic Park vier keer heb gezien en haar kon uitleggen waarom een Triceratops een Triceratops heet. Het eerste stuk met de mechanische dino’s vond ze “echt verschrikkelijk” en kon ze “niet serieus nemen”, maar dat we samen Trix hebben gezien vond ze wel “bijzonder”. Ik vond dat ook.
De MuseumkaartMatch met Lies was superleuk, maar de dino-expo van Naturalis was niet echt de ideale setting. Qua bezoekers was het gelukkig rustig, maar qua beelden en informatie krijg je veel binnen, dus het is geen expositie waar je op de dinsdagmiddag even lekker tot rust gaat komen. We vonden de Match allebei een geslaagd concept, maar je moet het wel treffen, want voor je het weet zit je een middag opgescheept met Gerdine uit Boterveen, op wandelschoenen met zelfgesmeerde boterhammen met cervelaatworst.
Bij het verlaten van het museum ontdekken we het leukste onderdeel van de expo: de T. Rex Train. In een pausmobiel-achtig wagentje kunnen we een rondrit door Leiden maken, voor een euro per persoon. En de trein kan ons ook nog afzetten bij het station. Ik haal nog snel twee biertjes, en daarna gidst chauffeur Peter ons door Leiden. Met Leids accent vertelt hij verhalen over de stad, die hij zo nu en dan onderbreekt om te schreeuwen tegen fietsers die hem geen voorrang geven, of omdat zijn telefoon gaat. Lies stelt veel vragen, zoals “Zijn er veel grachten in Leiden?”, en ondertussen proost ze met mensen die op een terras bier drinken.
Bij het station nemen Lies en ik afscheid. Het was een geslaagde MuseumkaartMatch.